e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
omhoogrippen verzakt spoor ophogen:   ǫm(h)ǫwxrepǝ (Bilzen) II-8
omhoogspannen de hoogkar doen achteroverslaan:   omhǫu̯xspanǝ (Bilzen) I-13
omhoogstoten de hoogkar doen achteroverslaan:   ǫmhōxstōtǝ (Hoeselt, ... ), ǫmhūxstutǝ (Gelieren Bret), de stortkar doen achteroverslaan:   ǫmhūxstutǝ (Gelieren Bret), het rondsel lichten:   ǫmhő̜wxstő̜wtǝ (Heks) I-13, II-3
omhoogtrekken luien:   ǫmhūxtrękǝn (Paal), optrekken, opdraaien:   ø̜mhō.xtrękǝ (Sluizen), ǝmű.xtrękǝ (Neeroeteren) II-3
omhoogvoerbuis stijgbuis:   omūǝx˲vø̜̄rbø̜js (Stokkem) II-11
omhoogwerken de wand volvlechten:   ǫmuǝxwɛrǝkǝ (Sint-Truiden) II-12
omhoogzetten lichten:   ǫmhő̜wx˲ze̜tǝ (Alken) II-3
omhouwen de kim kappen:   ømhǫwǝ (Blerick, ... ), een boom omhakken:   omhǫwǝ (Sint Odilienberg, ... ), ømhǫwǝ (Sevenum, ... ), rooien:   õmhǫu̯wǝ (Eisden), vertuieren:   omhø̄u̯ǝ (Meeuwen), omhø̜i̯wǝ (Opglabbeek), ōmhø̜̄u̯ǝn (Bree), werveluitsteeksels losmaken:   ø̜mhǫwǝ (Maastricht) I-11, I-8, II-1, II-12
omhuizen verhuizen:   ómhŭŭze (Gruitrode) III-2-1
omhulsde cartouchen gehulsde patronen:   omhulsde cartouchen ([Zwartberg]) II-5