e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
op het leger liggen in groefleger liggen:   ǫp˱ ǝt lɛ̄gǝr leqǝ (Schimmert) II-9
op het lengs [eggen] overlangs heen en weer eggen:   ǫp˱ ǝt leŋs (Nederweert) I-2
op het lijf gesneden passen:   op `t līēf gesneen (Eksel) III-1-3
op het lijkstrooi liggen opgebaard zijn:   hij lit óp ’t liekstroj (Gennep, ... ), op ’t lijkstrooi liggen (Beringen) III-2-2
op het lot gelden poffen: vgl. Meeswijk Wl. (pag. 390): lot [looët], 2. hoeveelheid waarop een koop betrekking heeft.  oppe lot (Obbicht) III-3-1
op het lot kopen poffen: vgl. Meeswijk Wl. (pag. 390): lot [looët], 2. hoeveelheid waarop een koop betrekking heeft.  oppe lot (Obbicht) III-3-1
op het maal roepen uitnodigen voor een begrafenis:   ope mool roepe (Lontzen) III-3-1
op het midden van de plak groot geploegd middendeel:   op˱ ǝt medǝ van dǝ plak (Lottum) I-1
op het nest spelen op het gevoel van ouderschap spelen:   op ’t nis sjpieële (Wijlre), Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.  op ’t nès spiële (Bilzen) III-3-2
op het nest zitten wonen:   op t nest zitten (Doenrade) III-4-1