e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
opschoffelen schoffelen, wieden met de schoffel:   ǫpšǫfǝlǝ (Smeermaas) I-5
opschoggelen schoven opschudden:   ǫpšǫgǝlǝ (Maasmechelen) I-4
opschokkelen schoven opschudden:   ǫpšǫkǝlǝ (Bocholtz) I-4
opschoppen dorsvloer keren:   ǫpsxøpǝ (Beringen, ... ), ǫpsxø̜pǝ (Velden), ǫpšø̜pǝ (Buchten, ... ), ǫpšōpǝ (Baarlo, ... ) I-4
opschoren ondersteunen:   ǫpšōrǝ (Neeritter) II-9
opschorten borgen:   opschórtə (Venlo), verzetten:   opschorte (Venlo) III-3-1
opschot opschot:   opschot (Griendtsveen) II-4
opschouderen aarzelen:   opschoetere (Oirsbeek) III-1-4
opschrijven aanrekenen:   opschrievu (Brunssum), opschrīēve (Venray), opsjrieve (Schaesberg), opsjrievə (Roermond), ópschrīēvə (Venlo), bekeuren:   iemand ópschrieve (Venray), opsjrie.və (Grathem, ... ), borgen:   opschrieeve (Weert), opschrieven (Eksel), opsjrieve (Nieuwstadt), òpsjrīēvə (Susteren), geslachtsgemeenschap hebben:   opsjrieve (Klimmen), ópschrie.ve (Gennep, ... ), Schertsend.  opschrieeve (Weert), òpschrieëve (Venray), schrijven:   iets òp schrīēve (Venray), op-schriēve (Blerick), ôpschrieve (Waubach) III-2-2, III-3-1
opschrikken schrikken:   òpsjrikke (As) III-1-4