e-WLD trefwoorden 
e-WLD

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309

TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
vruchtwei boomgaard:   vruchtwei (Kanne), vruchtwei (type) (Kanne) I-7
vrumden? baarspelen add.: 2 ka.mpe (honken) voor 2 groepen; iemand moest muurkat staan, zijn maats moesten hem helpen (door te katjagen op zijn belagers) terug in het eigen honk te geraken.  vrumde (Zolder), Kampspel waarbij de jongelui in 2 gelijke honken verdeeld werden; één van hen moest op b.v. een 30-tal m. van de eigen honk gaan staan; hij mocht zijn staanplaats pas verlaten als een tegenstander een lijn op een 5-tal meter van hem overschreed; zelf moest hij trachten de eigen honk te bereiken zonder door een tegenstander aangeraakt te worden; werd hij geraakt, dan moest hij blijven staan op de plaats waar hij teraon was; wie het eerst zijn man van de staanplaats terug in de honk kreeg, was gewonnen; deze haas kon geholpen en verlost worden door zijn teamgenoten, maar deze konden uitgeschakeld worden door hun achtervolgers; wie het laatst zijn honk verliet, had slagrecht op de vorige.  vrumde (Zolder) III-3-2
vuil bloedgang:   voǝl (Lummen), vul (Bree), vǫu̯l (Oud-Waterschei), boertig:   vuil (Maastricht), boos:   voeel (Weert), vōēl (Tungelroy, ... ), vuil (Heythuysen), compost:   vūl (Mechelen, ... ), dik sap van steenvruchten: ideosyncr.  voel (Vlodrop), etter:   voel (Tungelroy), vuil, wordt nu veel gebruikt.  vōəl (Hasselt), gemeen:   vuil (Caberg), vûîl (Beverlo), gluiperig:   voel (Venlo), heet, hitsig:   voͅəl (Kerkhoven, ... ), vø͂ͅl (Heppen, ... ), huisvuil:   vaoul (Nieuwerkerken), voel (Heythuysen, ... ), voeël (Herten (bij Roermond)), voe⁄l (Weert), vōēl (Posterholt, ... ), voͅu̯əl (Houthalen), vuil (Obbicht), vūūl (Opglabbeek), vūəl (Lanklaar), vèùl (Leopoldsburg), vówl (As), vø͂ͅe.l (Hasselt), (lange oe)  vōēl (Maastricht), D؉ët (d)á vóó.ël ¯ns de mösthoep óp: gooi het vuil op de mesthoop ¯t groet vóó.ël mȉ.ëgië.ven aonne vóó.ëlkaar: het omvangrijkste vuilnis meegeven met de vuilniskar  vóó.ël (Zonhoven), kalfsbel:   vø̜l (Halen), vǭu̯l (Peer), kalfsvlies:   vul (Achel), vøi̯l (Lommel), vūl (Hamont, ... ), knoeier:   voel (Oirsbeek), krols:   vøͅl (Lommel), langzaam, traag:   voel (Gulpen, ... ), voel ĕ weg (Maastricht), voeël (Waubach), vōēl (Heerlen, ... ), vôêl (Hoensbroek), lauw weer:   vūl (Eys), loom (door de hitte): Ik wor zö voel ien die hètst  voel (Gennep, ... ), loops:   voi̯l (Lommel), voͅeͅl (Tessenderlo), vuil (Kwaadmechelen), vø͂ͅl (Beverlo, ... ), vø͂ͅu̯l (Lommel), vøͅl (Lommel), lui:   fūlə (Eupen), voeel (Vaals, ... ), voel (Banholt, ... ), voeël (Schinnen, ... ), voēl (Voerendaal), voĕl (Brunssum, ... ), voél (Gronsveld, ... ), voêl (Heel, ... ), vōēl (Blitterswijck, ... ), vōēle (Schaesberg), vōēël (Nieuwenhagen), vū.l (Eys), vóul (Maaseik), vóó.ël (Zonhoven), vôêl (Amstenrade, ... ), #NAME?  vōē-əl (Wijlre), cf. WNT s.v. "vuil (I)", III, 13. Lui  voel (Nuth/Aalbeek), Hgd. faul  voel (Heerlen), lang  voel (Bingelrade), ook materiaal znd 30, 41(hij is ook zo lui cf. WNT XXIII p. 1208-1209 s.v. 13. (W.g.) Lui; Zie ook Schuermans p. 837 s.v. "vuil"(voel) en "vuiligheid"(voeligheid) met in Limburg de betekenis van "lui"en "luiheid  vûl (Montzen), ook materiaal znd 30, 41(hij is ook zo lui)  heär is sö vuul, heär had apelsinge onder en arm (kni) (Lontzen), te vūl dat ər dōͅ ləp (Vroenhoven), vaul (Beverst, ... ), voel (Remersdaal, ... ), vōēl (Lanklaar), vōl (Remersdaal), vōͅəl (Diepenbeek), vūl (Molenbeersel), vūūl (Eupen, ... ), vūūlə (Eupen), nageboorte van de koe:   vol (Peer), voǝl (Lummen), vu.l (Achel, ... ), vul (Achel, ... ), vuǝl (Overpelt), vyl (Heijen), vø̜̄.l (Beringen, ... ), vø̜̄l (Beringen, ... ), vø̜l (Helchteren, ... ), vū.l (Sint Huibrechts Lille), vūl (Hamont, ... ), vǫl (Kleine-Brogel, ... ), vǫwǝl (Tessenderlo), vǫǝl (Tessenderlo), vǭ.l (Heusden, ... ), vǭl (Boekt Heikant), vǭu̯l (Peer), ˲ful (Overpelt), ˲føl (Paal), ˲føu̯jl (Bree), ˲fø̜ǝl (Hasselt), niet zindelijk:   vu.l (Lozen), vul (Lozen), vūl (Eksel), De informant is geen woord met on- bekend.  vaəl (Sint-Truiden), voəl (Kortessem), De informant is in zijn dialect geen woord met -on gevormd in deze betekenis bekend.  voͅwəl (Houthalen), Er bestaat geen woord met on-.  vūl (Overpelt), onkruid, algemeen:   vø̜̄.l (Linkhout), vāl (Kerkom, ... ), vǫǝl (Hoepertingen), vǭǝ.l (Alken, ... ), vɛ̄.l (Binderveld, ... ), vɛ̄l (Melveren, ... ), onkuis:   voeel (Weert), voel (Melick, ... ), vooël (Hoensbroek), vûîl (Beverlo), onzedig:   voeel (Weert), voel (Stokkem), prutswerk:   voel (Rotem), vowəl (Heers), wa e vuil (Borlo), rot:   voe:l (Simpelveld), voel (Heerlerbaan / Kaumer / Bauts / Rukker, ... ), voel obst (Vaals), voul (Maasbracht), vōēl (Sittard), vū.l (Bleijerheide, ... ), vóel (Tegelen), eigen spellingsysteem  vôêl (Geleen), ideosyncr.  voel (Kerkrade), voul (Oirsbeek), Veldeke  voeël (Waubach), WBD/WLD  voeël (Nieuwenhagen), vōēl (Grevenbicht / Papenhoven, ... ), WLD  voele (Vijlen), voul (Wijnandsrade), vōēl (Doenrade, ... ), rot, van fruit:   voe:l (Simpelveld), voel (Heerlerbaan/Kaumer, ... ), voel (sleept.) (Echt/Gebroek), voel obst (Vaals), vōēl (Sittard), vū.l (Eys, ... ), vóel (Tegelen), eigen spellingsysteem  vôêl (Geleen), ideosyncr.  voel (Kerkrade), voul (Oirsbeek, ... ), vōel (Eijsden, ... ), Veldeke  voeël (Waubach), WBD/WLD  voeël (Nieuwenhagen), vōēl (Grevenbicht/Papenhoven, ... ), WLD  voele (Vijlen), voul (Wijnandsrade), vōēl (Doenrade, ... ), slecht weer, hondenweer:   voul (Weert), vuil (Meeuwen), vuul (Opglabbeek), vŭŭl (Meeuwen), vówl (As, ... ), slijm bij de nageboorte:   vaǝl (Vliermaal), vøi̯l (Zepperen), vø̜̄l (Beringen), vø̜l (Herk-de-Stad), vāl (Velm), vūl (Rummen, ... ), vǭǝl (Diepenbeek), ˲fǭǝl (Borgloon), stof:   voel (Roermond), vulj (Venray), traag:   voel (Brunssum, ... ), voĕl (Brunssum), voël (Maasbree), vōēl (Doenrade, ... ), vōēël (Nieuwenhagen), troebel, vuil (water):   voeel (Weert), voel (Eys, ... ), voēl (Ophoven), voêl (Hoensbroek), vōēl (Heythuysen, ... ), vūūl (Opglabbeek), vu̞əl (Houthalen), vòel (Maastricht), vóul (As), vûl (Bree), vuil: Dèn voele kèl wördt al muuj as ie ziet wérke  voel (Gennep, ... ), vuilnis: spelling Beverlo wbk.; \": naslag (stomme e)  vûîl (Beverlo), wulps: zie ook WLD III, 2.2. lemmata "onkuis"en "geil, wellustig  vuil (Maastricht) III-3-1, III-4-4, I-11, I-11, III-1-4, I-1, I-11, I-5, I-7, III-1-2, III-1-4, III-2-1, III-2-2, III-2-3, III-3-3, III-4-4
vuil (bn.) oneerlijk behaalde winst:   vuil (Maastricht)
vuil (weer) benauwd en vochtig weer:   voel (Beesel), voel weer (Eys, ... ), voël (Waubach), voës waer (Maasbree), vōēl (Heerlerbaan/Kaumer, ... ), vōēl wear (Simpelveld), vōēl weer (Heerlen), vōēl wêêr (Stein), vul (Teuven), vūl (Eys), ⁄t is vōēël weer (Waubach), (père).  voel wèr (Doenrade), druilerig en koud weer:   voel (Maastricht), vūl wēͅīr (Bocholt), vøͅyl (Kermt), vuil weer.  vūl wēͅr (Kinrooi), vøͅl wēr (Beverlo)
vuil afgaan zuiveren:   vul āf gǭǝn (Bree)
vuil afgeven zuiveren:   vuil afgeven (Maasmechelen)
vuil beest luilak: ook materiaal znd 30, 42 (luiaard)  vaol biest (Rijkhoven)
vuil ding broekland, moeras:   vōēl dink (Stramproy), slons (slodder?):   e voeel dingk (Weert) III-1-4, III-4-4
vuil ei bebroed onbevrucht ei:   vul ē̜i̯ (Maasmechelen), vul ęi̯ (Middelaar, ... ), vūl ęi̯ (Bocholtz, ... ), bedorven ei:   vul ē̜i̯ (Bocholt), vul ęi̯ (Beek, ... ), vø̜̄l ē̜ (Beringen), vūl ęi̯ (Bleijerheide, ... ) I-12