e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 646
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
pès bed:   puus (Waubach, ... ), pys (Eupen), püss (Eupen), bargoens  puus (Heerlen), Verklw. püske  püs (Heerlen), matras: Verklw. püske  püs (Heerlen), strozak:   puus (Gulpen), pys (Bleijerheide, ... ), püss (Eupen), strozak die men aan de dienstboden teruggeeft bij hun ontslag  puesz (Heerlen) III-2-1
pūl plas of meertje midden in de hei:   powl (Einighausen), pul (Gingelom, ... ), puǝl (Zepperen), pūl (Tongeren, ... ) II-4
rad achterwiel van een fiets:   raad (Doenrade, ... ), raat (Brunssum), rāāt (Reuver), aswiel:   rāt (Elen), bits:   he es nogal rad (Landen, ... ), drijfwiel:   ra (Meijel), rat (Mechelen, ... ), rāt (Boekend, ... ), rāǝt (Hoensbroek), rǫwǝt (Alken), rǭwǝt (Jeuk), rǭǝt (Stevoort, ... ), groot rad, windrad:   rǭǝt (Vliermaalroot), groot voorploegwiel:   rā.t (Sint Pieter), rǭ.t (Oost-Maarland, ... ), hoepel: /  road (Riemst), karnmolen:   rat (Blitterswijck), kippenrek, hoenderrek:   rǭt (Stevensweert), kroonrad, kroonwiel:   rǭǝt (Stokrooie), molenrad:   rat (Tessenderlo, ... ), rā.t (As, ... ), rāt (Ell, ... ), rǫǝt (Wellen), rǭ.t (Kanne, ... ), molenrad, molenwiel:   rāt (Stramproy  [(meervoud: rājǝr)]  , ... ), ploegwieltje:   rã.t (Grote-Brogel), rãǝ.t (Wijchmaal), rā.t (Heugem, ... ), rát (Kerkhoven), rǫǝt (Montenaken), rǭǝ.t (Hoepertingen, ... ), rǭǝt (Aalst, ... ), poulie:   rǫǝt (Gutschoven), rad van de veenkruiwagen:   ra (Meijel), rat (Griendtsveen, ... ), rāt (Ospel, ... ), regelrad:   rat (Lauw), rā.t (Aldeneik, ... ), rǫǝt (Alken, ... ), rǭǝt (Bilzen, ... ), rondsel van de watermolen:   rǭǝt (Hoeselt), schijfkouter:   rā.t (Berkelaar, ... ), sluisrad:   rat (Lauw), rǭ.t (Kanne, ... ), vliegwiel:   rat (Kerkrade), wiel:   rat (Afferden, ... ), rui̯t (Herstappe), rā.t (Arcen, ... ), rā.ǝt (Eigenbilzen, ... ), rāt (Amby, ... ), rǭ.t (Beverst, ... ), rǭi̯t (Vliermaal), rǭt (Berverlo, ... ), rǭǝt (Aalst, ... ), meervoud  rar (Kelmis), riǝr (Alken, ... ), røi̯ (Middelaar), rø̜̄i̯ (Sint Huibrechts Lille), rø̜̄i̯ǝr (Riemst, ... ), rø̜̄r (Berg, ... ), rø̜̄ǝr (Berverlo), rø̜i̯ǝr (Ginneken, ... ), rā.r (Eupen, ... ), rāi̯ (Afferden, ... ), rāi̯.ǝr (Amby, ... ), rāi̯r (Asenray / Maalbroek), rār (Amstenrade, ... ), rāǝ.r (Hechtel), rāǝr (Aubel, ... ), rēr (Melveren), rēǝr (Aalst, ... ), rē̜i̯ǝr (Eijsden), rē̜r (Martenslinde, ... ), ręi̯ (America, ... ), rīǝr (Zonhoven), rǫi̯ǝr (Rosmeer), rǫu̯i̯ǝs (Waasmont), rǫu̯ǝr (Montenaken), rǫęr (Oostham, ... ), rǫǝr (Ulbeek), rǭ.r (Overpelt), rǭi̯ (Achel, ... ), rǭi̯ǝr (Eigenbilzen, ... ), rǭi̯ǝrs (Vroenhoven), rǭr (Bilzen, ... ), rǭu̯ǝr (Rummen, ... ), rǭǝr (Berbroek, ... ), rɛi̯ (Meterik), r˙āi̯ǝr (Lanklaar, ... ), r˙ār (Tegelen), r˙ē̜r (Bilzen), r˙ǭr (Diepenbeek, ... ), wielen van de cultivator:   rǭǝt (Borlo, ... ), winde:   rǫǝt (Gutschoven, ... ) I-1, I-11, I-13, I-2, I-6, II-11, II-3, II-4, II-7, III-1-4, III-3-1, III-3-2
ral kwartelkoning:   ral (Kinrooi), waterral:   ral (Kinrooi) III-4-1
ram gesneden mannelijk schaap:   ram (Beringen, ... ), helemaal, geheel en al:   ram (Altweert, ... ), (dit is een synoniem voor gâns).  rám (Castenray, ... ), t Is ram fout, wat ge gemákt het: het is helemaal fout, wat je gemaakt hebt.  ram (Blitterswijck, ... ), Vb. - hae wáas ram van de zök (volkomen afgemat, vermoeid). - hae wáas dr ram van aaf (was helemaal de kluts kwijt). - de fiets was ram kepot (was totaal vernield).  ram (Tegelen), Vb. hij is ram op (hij is helemaal versleten (fysisch).  ram (Meeswijk), jong mannelijk schaap tot ongeveer een half jaar:   ram (Schinnen), mannelijk lam:   ram (Oirsbeek), mannelijk schaap:   ram (Afferden, ... ), ramp (Hoepertingen, ... ), røm (Zolder), rām (Afferden), rǭm (Sevenum), mannelijke haas:   ram (Meijel), rammelaar:   ram (Blerick), rèm (Siebengewald) I-12, III-2-1, III-4-2, III-4-4
rap dartel:   rap (Roggel), goed uit de weg kunnend:   rap (Beverst, ... ), haastig:   rap (Bevingen, ... ), ràp (Sint-Truiden), handig:   rap (Heerlerbaan/Kaumer), ràp (Loksbergen), hede, vlas- of hennepafval:   rap (Beegden, ... ), in alle haast:   rap (Vlodrop), lenig:   rap (Afferden, ... ), rap (?) (Middelaar), pakking:   rap (Bocholt, ... ), rasp:   rap (Einighausen, ... ), roof(je) (korst op een wonde):   rap (Halen, ... ), schuchter:   ráp (As), schurft:   rap (Beringen), slim:   hieeget rap doeer (Weert), rap (Born, ... ), rap zien (Maastricht), ràp (Schinnen, ... ), (tis ne rappe).  rap (Vlijtingen), snel, vlug:   rap (Blerick, ... ), ràp (Nieuwenhagen), vlug:   rap (Echt/Gebroek, ... ), ràp (Lommel), Grötfât is nie zö bar rap mèr (snel ter been)  rap (Gennep, ... ), rap l؉pe  rap (Hasselt), werk:   rap (Beegden, ... ) I-11, I-5, I-9, II-11, II-7, III-1-1, III-1-2, III-1-4, III-2-1, III-4-4
ras klein paard:   ras (Grevenbicht / Papenhoven, ... ), prent(je) add.:   ras (Meeuwen), rank paard:   ras (Haelen, ... ) I-9, III-3-2
rat guit, schalk:   rat (Peer, ... ), mager kalf:   rat (Ulestraten), rat:   ra.t (Montzen), rait (Meldert), rat (Afferden, ... ), ratt (Eupen), ratte (mv.) (Echt/Gebroek, ... ), rāt (Epen, ... ), z?? kaal es ein [rat  rat (Beegden) I-11, III-1-4, III-4-2
ree hert, ree:   ree (Guttecoven, ... ), reehə (Oirsbeek), rei (Lommel), reie (Susteren), reij (Jeuk), ri-je (Meijel), riae (sleept.) (Echt/Gebroek), rie (Eys, ... ), rie:he (Herten (bij Roermond)), riej (Meijel, ... ), rieje (Vijlen), rieè (Echt/Gebroek), rieë (Bleijerheide, ... ), rieë-j (Sevenum), rieëj (Castenray, ... ), rieëje, mv. (Holset), rii (Bree), riie (Eupen), rië (Maasbree, ... ), riə (Loksbergen, ... ), rīē (As), rīə (Bocholt), ri‧ə (Eupen, ... ), rée (Tongeren), rîe (Kelpen), rîê (Venray), slachtklaar:   rej (Borgloon), rēj (Zepperen), slachtrijp:   rēi̯ (Zepperen), ręi̯ (Borgloon), vrouwelijk ree:   rēe (Schimmert), riee (Heerlen) I-11, II-1, III-4-2
rei afschrijflat:   rāj (Bilzen), ręj (Dilsen, ... ), ręjf (Dilsen), (Grathem, ... ), rīj (Herten, ... ), drukte, gedoe: (drukte).  rej (Heek), maatlat:   rij (Tessenderlo), rē̜ (Tessenderlo), rei:   reei (Grubbenvorst), reej (Belfeld, ... ), rei (Blerick, ... ), rej (Oirlo, ... ), rej? (Simpelveld), rēēj (Merselo), rēī (v) (Mheer), rĕīJ (Eijsden), ri-j (Swolgen, ... ), rie (Echt/Gebroek, ... ), riee (Epen), riej (Oirsbeek, ... ), rij (Meterik, ... ), rĭe (Reuver), rèj (Heijen, ... ), réj (Gronsveld), rêi? (Mheer), ( Word nog gebruikt in: hand aan hand ronddansen).  reie (Berg-en-Terblijt), (rei en - dansen).  rei (Gulpen), i-klank  rij (Horst), timmermansplank  reej (Blitterswijck), trekrei:   ręj (Klimmen, ... ) II-12, II-9, III-1-4, III-3-2