e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
aftroggelaar onbetrouwbare koopman: ps. omgespeld volgens Frings.  āftreͅgəlijər (Hasselt), sjacheraar: ps. omgespeld volgens Frings.  āftregəlīr (Hasselt) III-3-1
aftroggelen afdingen:   aaftroggele (Sittard), aftroggele (Wijlre), aoftroggelen (Wijk), ps. omgespeld volgens Frings.  āftrøͅgələ (Maaseik), aftroggelen:   (aaf)trokkele (Gulpen), aaf-tròggele (Sevenum), aaftraochəllə (Grevenbicht/Papenhoven), aaftraoggele (Echt/Gebroek), aaftraogələ (Schinnen), aaftriggele (As), aaftroachele (Berg-en-Terblijt, ... ), aaftroagele (Buchten, ... ), aaftroegele (Roermond, ... ), aaftroegelen (Stein), aaftroekele (Mheer, ... ), aaftroekgele (Beegden), aaftroekkele (Herten (bij Roermond)), aaftroggele (Amby, ... ), aaftroggelen (Hoensbroek, ... ), aaftroggelle (Geulle, ... ), aaftroggələ (Montfort, ... ), aaftroggələn (Urmond), aaftrokkele (Tungelroy), aaftrŏggele (Tungelroy), aaftrâochele (Genooi/Ohé, ... ), aaftrògkele (Bree), aaftrógelen (Born), aaftrôoggələ (Kelpen), aftraochele (Amby), aftroggele (Meerlo, ... ), aftroggelen (Haler, ... ), aftruggele (Jeuk), aftruggelen (Zonhoven), aftröggele (Gennep), aoftroggele (Maastricht, ... ), aoftroggələ (Maastricht), aoftrōgələ (Maastricht), aoftróggele (Maastricht), āāftróggələ (Nieuwenhagen), ààftroggələ (Venlo), ààftròəchələ (Heerlen), ààftróggələ (Susteren), ááftròggələ (Epen), Opm. Hgd.gg.  aaftrŭggele (Heer), Opm. zachte ks.  (aaf)trôkkele (Neeritter), ps. boven de a (van ... trøachele) staat nog een ?; deze combinatieletter is niet te maken, omgespeld is het inderdaad een a.  aaftrŏachele (Guttecoven), flemen:   aftrôgelen (Stein), aftrəchələ (Loksbergen), sjacheren: ps. omgespeld volgens IPA.  āftrugələ (Rotem), trekken en talmen:   aaftroggélé (Heerlen) III-3-1
aftroggen wbd: staartgeld:   hai hait mig zooveul aafgetrog (Maasniel) III-3-1
aftrommelen jagen:   aftromǝlǝ (Wellerlooi) II-6
aftrullen de berg afrollen:   aaftrille (Hasselt), aaftrillen (Neeroeteren), aftrullen (Halen, ... ), aoftrulle (Bilzen), de berg aaf trillen (Reppel), de berg aafdrullen (Stokkem), de berg aafdrullə (Eisden), de berg aaftrallen (Reppel), de berg aftrulle (Montenaken), de berg aftrullə (Ulbeek), de berg auftrulle (Hoepertingen), de berg auftrullen (Diepenbeek), de berg oaftrulla (Koninksem), de berg oaftrulle (Guigoven), de berg ōͅftrollen (Diepenbeek), de berg ôâftrullen (Grote-Spouwen), den berg aaf trullen (Bocholt), den berg aaftrillen (Bree), den berg afdrullen (Overpelt), den berg aftrullen (Beringen, ... ), də berəch oəftryllə (Gutshoven), də beͅrch aftrylə (Alken), də bärch ōftrylən (Diepenbeek), dən bɛrg aftrølən (Zolder), hèe trult de berg aaf (Houthalen), ouftreule (Zichen-Zussen-Bolder), van `n berg aftrullen (Meldert), #NAME?  de berg af trulle (Montenaken), den berg aftrulle (Jeuk), Gewoon  də bɛ.rch avdrølə (Stokkem), Om de pret, b.v. kinderen.  aftrullen (Groot-Gelmen), rollen.  aftryllə (Velm), knikkertermen:   afdrø͂ͅlen (Heijen) III-1-2, III-3-2
aftuieren een pak slaag geven:   aafti-jere (As) III-1-2
aftuigen aftuigen:   aftȳgǝ (Afferden, ... ), aftø̜̄gǝ (Berverlo, ... ), aftø̜̄gǝn (Kwaadmechelen, ... ), aftø̜i̯gǝn (Lommel), aftǭu̯ǝgǝ (Tessenderlo), ā.ftȳgǝn (Achel), ā.ftē̜.gǝ (Hasselt), āftygǝ (Herten, ... ), āftȳgǝ (Baarlo, ... ), āftø̜i̯gǝ (Maxet), ǭftygǝ (Hulsberg) I-10
aftuimelen de berg afrollen:   a.ftumələn (Neerpelt), aaftuimele (Hasselt), aftuimelen (Neerpelt), de berg aaftoemelen (Bocholt, ... ), de berg aaftoemələ (Eisden), de berg aftômelen (Eigenbilzen), de berg âôftomelen∂ (Grote-Spouwen), de berig aëf toemelen (Overpelt), de bērreg āōftōēmele (Maastricht), den berg aaftoemelen (Achel, ... ), den berg aaftuimelen (Peer), den berg aftoemele (Neerpelt), den berg aftoemelen (Hamont), den bĕrg aftoemelen (Hamont), də berg âftoͅmələ (Zonhoven), də bĕrg āftumələ (Neerpelt), van n berg aftuimelen (Meldert), âftūmele (Mettekoven), Achteruit boeren.  de berig aaftommelen (Peer), d.i. hals over kop.  de berg aaftoemelen (Leut) III-1-2
aftuinen omheinen:   aftuinen (Kuringen, ... ), aftønǝ (Grathem), aftǭnj (Herk-de-Stad), āftsȳŋǝ (Vaals), āftȳnǝ (Ulestraten), āftūnǝ (Sittard) I-8
aftwakken aftroggelen:   aaftswakke (Simpelveld) III-3-1