e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
motskop brompot: #NAME?  moetskop (Beverlo), hoofd (spotnamen):   moetsjkop (Nunhem), B.v. det is enne moetskop (iem. die lelijk is en nieuw).  moetskop (Baarlo), B.v. gij zijt een echte motskop (= slaapkop);  moͅtskoͅp (Hasselt), knorrepot:   mòtskop (Sint-Truiden), koppig kind: niet in de betekenis van "koppigaard"; cf. WNT IX kol. 1178, s.v. "motsekop"= scheldwoord uit Hd. "motzekopf  motskop (Beverlo), ongehoorzame jongen:   mówtskòp (As), stijfkop:   mòtskop (Sint-Truiden), mótskop (Uikhoven) III-1-4, III-1-1, III-1-4
motskop (<du.) knorrepot:   mótskòp (Maastricht), stijfkop:   mòtskòp (As) , III-3-1
motsneeuw stille regen:   mot sniw (Meijel), stuifsneeuw:   mot sjnĭējə (Oirsbeek), mot sniw (Meijel), motsniee (Weert), motsnie’j (Weert), môtsjnee (Swalmen), (= fijne sneeuw).  môtsnië (Maasbree), (heel fijn).  moͅt šniə (Ingber) III-4-4
motsnuffel mot: ook in ZND 31, 038  motsniffel (Gruitrode) III-4-2
motswarm benauwd en vochtig weer:   motsjwerm (Vlodrop) III-4-4
motta <naam>:   Motta (Klimmen) III-3-2
motte (fr.) heuvel, kleine hoogte:   motte (Wellen) III-4-4
mottek voorhamer:   motęk (Kerkrade), zware hamer:   motǝk (Spekholzerheide  [(Willem-Sophia)]   [Eisden]), mǫ.tę.k (Eys  [(Oranje-Nassau I / III / IV)]   [Willem-Sophia]) II-5, II-9
mottel deeg baksel:   mottel deeg (Rijkhoven) II-1