e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
raal (zn.) epidemie: [sic]  en ròa.l (Borgloon) III-1-2
raam achterploeg:   rām (Boukoul, ... ), rō˱m (Rijckholt), berrie:   rām (Heerlen), broedkamerraam:   raam (Zonhoven), broodrek: %%meervoud%%  romǝ (Melveren), de gezamenlijke balken van de eg, het egraam:   rãm (Kerkhoven), rām (As, ... ), rǭ(ǝ)m (Achel, ... ), rǭm (Beverst, ... ), dwarsbalk van de hooihark:   rǭm (Smeermaas), etalage:   aan de raam (Kesseleik), raam (Neer), t⁄raam (Venray), galgpalen:   rām (Mook, ... ), geraamte:   de raam (Velden), getralied schutsel?:   raam (Geleen), giertonschraag:   rām (Doenrade, ... ), haamspanen:   rām (Baexem), honingkamerraam:   raam (Asenray / Maalbroek), hor:   raam (Jeuk), rām (Niel-bij-As), rōͅm (Mal, ... ), roͅm (Genk), houten raamwerk:   rām (Kaulille, ... ), rǭm (Bilzen), houtrong:   rām (Baexem, ... ), kalverjuk:   rām (Boekend, ... ), rǫǝm (Sint-Truiden), rǭm (Oud-Caberg, ... ), kozijn:   rām (Bree, ... ), kruiswerk:   rām (Voerendaal), lamoen:   raam (Hasselt, ... ), latwerk:   raam (Boukoul, ... ), rām (Bocholt, ... ), rǭm (Diepenbeek, ... ), motorraam:   rām (Heerlen  [(Oranje-Nassau I-IV)]  , ... [Willem-Sophia]  [Emma]), omtrek, omvang:   raam (Merkelbeek), perslatwerk:   rām (Heerlen), ploegschei, ploegzuil:   rām (Kinrooi  [(het door hoofd en staart gevormde kader)]  ), putgalg:   rām (Stokkem), raam:   ram (Beek, ... ), rã.m (Middelaar  [(+)]  ), rãm (Arcen  [(+)]  , ... ), rám (Meterik  [(+)]  , ... ), rā.m (Lummen, ... ), rām (Altweert  [(+)]  , ...  [Domaniale]  [Laura, Julia] ), rǭm (Borgloon, ... ), raam van de cultivator:   dǝ rām (Aijen, ... ), dǝ rǭm (Gronsveld, ... ), raam van de landrol:   rãm (Oostham, ... ), rām (Aijen, ... ), rǭm (Beringen, ... ), raam van de spanzaag:   rām (Diepenbeek, ... ), rǭm (Bilzen), raamvleugel:   rām (Baarlo, ... ), rōm (Hamont), raamwerk:   rām (Middelaar), raat:   rãm (Loksbergen), rām (Waasmont), rōm (Heppen), rǭm (Diepenbeek, ... ), (mv)  rãmǝ (Donk, ... ), rāmǝ (Herk-de-Stad  [(in kas)]  , ... ), rōmǝ (Linkhout, ... ), rǭmǝ (Ordingen), rand:   rām (Montzen), rand [wld ii.10, p. 40]:   rām (Montzen), roet:   raom (Valkenburg), room:   ram (Moelingen), rām (Aubel, ... ), schachtraam:   rām (Kerkrade  [(Domaniale)]   [Winterslag, Waterschei]), schimmel (plantje):   roam (Heerlen), velg:   rǭm (Haren), vliegenraam, hor:   rōͅm (Sint-Truiden), werkbankonderstel:   dǝ rām (Herten), zeefraam:   rām (Montzen, ... ) I-1, I-10, I-11, I-12, I-13, I-2, I-3, I-7, II-1, II-10, II-12, II-2, II-3, II-5, II-6, II-9, III-1-1, III-1-3, III-2-1, III-3-1, III-3-2, III-4-3, III-4-4
raam met glas-in-lood glas-in-loodraam:   raam met glaas in loeed (Peer) III-3-3
raam met muggendraad hor:   rām meͅt møgəndrāt (Eisden) III-2-1
raam met vaste ruiten vast raam:   rām męt ˲vastǝ rūtǝ (Sint Odilienberg) II-9
raam naaien binnennaaien:   rām niǝnǝ (Montzen) II-10
raam opnaaien binnennaaien:   rām opniǝnǝ (Montzen) II-10
raam van de zeikton giertonschraag:   rām van dǝ [zeikton] (Aijen, ... ) I-1
raam van de zolder honingkamerraam:   rǭm van dǝ zǫlǝr (Diepenbeek) II-6
raam van het rad velg:   rǭm [van het] rǭǝt (Herk-de-Stad) II-3