32329 |
tapgat |
aftap:
āftap (L269p Blerick),
kraangat:
kraangat (L192p Bergen),
krãngãt (Q002p Hasselt),
krāngāt (L321p Neeritter, ...
L290p Panningen,
L329p Roermond,
L270p Tegelen),
krǭngat (L164p Gennep),
krǭngāt (Q095p Maastricht),
kraanlok:
krānlōk (Q021p Geleen),
kranenlok:
krānǝlǫwx (Q222p Vaals),
kurkengat:
kørkǝgāt (L246p Horst),
stopgat:
stopgat (Q156p Borgloon),
stǫp˲gat (Q002p Hasselt),
štǫp˲gāt (L300p Beesel),
stopkoot:
stǫp˲kūǝt (Q074p Kortessem),
stoplok:
štǫplǭk (Q111p Klimmen),
tap:
tap (L268p Velden),
tapgat:
tap˲gat (L247z Broekhuizenvorst, ...
L164p Gennep,
L376p Linne,
L192a Siebengewald,
L268p Velden),
tap˲gāt (L331a Asselt, ...
L300p Beesel,
L269p Blerick,
Q007p Eisden,
L320a Ell,
L328p Heel,
L291p Helden,
L377p Maasbracht,
L267p Maasbree,
Q009p Maasmechelen,
Q095p Maastricht,
L245p Meterik,
L381b Peij,
L373p Roosteren,
Q099q Rothem,
L318p Stramproy,
L270p Tegelen,
L318b Tungelroy,
L271p Venlo),
taplok:
taplōǝk (Q196p Mheer),
taplǭk (Q103p Berg / Terblijt, ...
Q203p Gulpen,
Q204a Mechelen,
Q098p Schimmert,
Q032p Schinnen),
tsaplǫwx (Q222p Vaals),
uitloop:
ūtlōp (Q208p Vijlen)
|
Het gat in de bodem van een biervat waar men de tapkraan in slaat. Zie ook het lemma ɛaansteekgatɛ in wld II.2, pag. 44.' [N E, 48d; A 36, 3c]
II-12
|
28659 |
taphoning |
taphoning:
tapho.neŋ (L421p Dilsen),
taphoning (L333p Asenray / Maalbroek, ...
L428p Born,
L416p Opglabbeek),
taphuneŋ (L215a Wellerlooi),
taphuǝneŋ (Q113p Heerlen),
taphōneŋ (Q019p Beek, ...
Q071p Diepenbeek)
|
Honing die door aftappen via een kraan aan de ton met stamphoning wordt verkregen. Hij is iets zuiverder dan de stamphoning. [N 63, 116g]
II-6
|
25851 |
tapkelder |
aftrekkelder:
aftrękkoldǝr (P180p Kerkom)
|
De ruimte waar men het bier in vaten tapt. [N 35, 92 add.]
II-2
|
32220 |
tapse avegaar |
buiker:
bȳkǝr (L289p Weert),
eber:
ē̜bǝr (L426p Buchten),
eggenboor:
ē̜gǝbǭr (Q015p Stein),
schaar:
šōr (Q095p Maastricht),
šǭr (Q019b Groot Genhout, ...
Q111p Klimmen,
Q204a Mechelen,
Q033p Oirsbeek),
schuinse eber:
šȳnsǝn ē̜bǝr (Q027p Doenrade),
tapse avegaar:
tapsǝ avǝgār (Q119p Eygelshoven),
tapse ever:
tapsǝ ē̜vǝr (L294p Neer),
tapsǝn ē̜vǝr (L270p Tegelen, ...
L318b Tungelroy),
vervolgboor:
vǝrvǫlǝx˱bǭr (L381p Echt, ...
L382p Montfort),
vervolgeber:
vǝrvǫlǝx˱ē̜bǝr (L434p Limbricht),
vervolgever:
vǝrvǫlx˱ē̜vǝr (L270p Tegelen)
|
Avegaar met een holrond, tapsvormig uitlopend boorijzer. Deze avegaar behoort tot de lepelvormige avegaren. Het onderste gedeelte van het boorijzer heeft echter scherpe, snijdende zijkanten waarmee het geboorde gat ruimer gemaakt kan worden. Aan het uiteinde van het boorijzer is soms een weerhaakje aangebracht dat het boorsel uit het boorgat omhooghaalt. Zie ook afb. 192. De wagenmaker heeft een reeks van dit soort boren met verschillende diameters. Hij gebruikt ze onder meer om de spaakgaten en de naafbusopening op maat te maken. Het woordtype eggenboor uit Stein (Q 15) verwijst naar het feit dat deze boor ook werd gebruikt voor het boren van de tapse gaten waarin de tanden van de driekante houten eg werden bevestigd. [N G, 32b; monogr.]
II-12
|
28120 |
tapstijlen |
blaasstijlen:
blǭsštīlǝ (L426p Buchten
[(Maurits)]
[Laura, Julia]),
slietstijlen:
šlētštilǝ (Q117a Waubach
[(Laura / Julia)]
[Domaniale]),
tapstijlen:
tapštilǝ (Q121c Bleijerheide
[(Domaniale)]
, ... [Maurits]
Q121p Kerkrade
[(Domaniale)]
[Domaniale]),
tapštīlǝ (L433p Nieuwstadt
[(Maurits)]
[Maurits]),
veiligheidstijlen:
vęjlexhęjtštilǝ (Q121c Bleijerheide
[(Domaniale)]
[Maurits])
|
Een serie dicht bij elkaar geplaatste stijlen die worden gebruikt als afsluiting van de pijler bij het opvullen van het ontgonnen pand. [N 95, 566; monogr.]
II-5
|
24253 |
tapuit |
jatik:
jwäötik (L381p Echt/Gebroek),
kotzeiker:
kotsɛ̄ʔər (K278p Lommel),
Frings, omgesp.
kotzāʔər (K278p Lommel),
onderduiker:
onderduiker (L314p Overpelt),
spraan:
sjpròò.n (L290p Panningen),
steenbakker:
steenbaekker (Q118p Schaesberg),
tapuit:
tappuut (L318b Tungelroy, ...
L318b Tungelroy,
Q014p Urmond,
Q101p Valkenburg,
L271p Venlo),
tapuijt (L289p Weert, ...
L289p Weert),
tapuit (L353p Eksel, ...
L314p Overpelt,
L373p Roosteren),
tapuut (Q015p Stein, ...
L271p Venlo),
tapūt (L316p Kaulille),
tapūūt (Q101p Valkenburg),
doorgaans Frings, soms eigen spelling
tapøͅt (K314p Kwaadmechelen),
eigen spelling; omgespeld
tapyt (L373p Roosteren),
Frings, omgesp.
tapø͂ͅi̯t (L372p Maaseik),
Frings; half lang als lang omgespeld
tapy(3)̄ət (L422p Lanklaar),
vdBerg; omgesp.
tapø͂ͅt (P176p Sint-Truiden),
teut:
zangvogel: oenanthe
teut (L245a Castenray, ...
L211p Leunen,
L209p Merselo,
L216p Oirlo,
L216a Oostrum,
L212a Smakt,
L210p Venray,
L244a Veulen (bij Venray)),
vindersfeep:
vendersfeêp (L318d Altweert, ...
L318e Altweerterheide,
L287p Boeket/Heisterstraat,
L288c Eind,
L289a Hushoven,
L318a Keent,
L288b Laar,
L289b Leuken,
L288p Nederweert,
L288a Ospel,
L289p Weert),
walduiker:
waldūker (Q118p Schaesberg),
walduikertje:
walduukerke (L291p Helden/Everlo, ...
Q118p Schaesberg),
wielentemper:
wielentemper (L288p Nederweert),
wielentèmper (L288a Ospel),
wijnscheppertje:
wientsjepperke (Q121p Kerkrade),
wijntapje:
wīēntepke (Q101p Valkenburg),
etym.aant.
wientepke (Q101p Valkenburg),
wijntapper:
wiendtepper (L210p Venray),
wientepper (L319p Molenbeersel, ...
L329p Roermond),
wienttepper (L210p Venray),
wijntapper of windhapper?
viedepper (L382p Montfort),
wijntappertje:
wientepperke (Q020p Sittard),
wien’tseppersje (Q121c Bleijerheide, ...
Q121a Chèvremont,
Q121d Haanrade,
Q121e Kaalheide/Onderspekholz,
Q121p Kerkrade,
Q121b Spekholzerheide),
geldt voor roodborsttapuit (28), paapje (29) en tapuit (30)
wīntapər, wīntɛpərke (L369p Kinrooi),
soms, doorgaans gebruikt voor de roodborst
wientepperke (L318b Tungelroy),
wijntemper:
wientemper (L314p Overpelt),
wientèmper (L326p Grathem),
ondergebracht zowel onder "tapuit"als onder "gekraagde roodstaart
wiêntêmper (L318d Altweert, ...
L318e Altweerterheide,
L287p Boeket/Heisterstraat,
L288c Eind,
L289a Hushoven,
L318a Keent,
L288b Laar,
L289b Leuken,
L288p Nederweert,
L288a Ospel,
L289p Weert),
wijntempertje:
wijntemperken (L286p Hamont),
windhapper:
? niet overgenomen in Meijels wb!
wenj-jɛpər (L265p Meijel),
witstaartje:
witstèrtje (L265p Meijel),
witvot:
witvot (L289p Weert),
zandloper:
za.ndleuper (L164p Gennep, ...
L165p Heijen,
L163a Milsbeek,
L163p Ottersum,
L163b Ven-Zelderheide),
zandlopertje:
zaandleuperke (L164p Gennep),
zantjluiperke (L320a Ell, ...
L324a Leveroy,
L288p Nederweert,
L321p Neeritter)
|
tapuit || tapuit (14,5 zomervogel; alleen op zeer droge grond (stuifzand, hei grijs- en roomwitte romp, opvallende zwart-witte staart bij het vliegen; broedt in grondgaten [N 09 (1961)] || tapuit, gekraagde roodstaart
III-4-1
|
28803 |
tarlatan |
tarlatan:
tarlatan (Q095p Maastricht),
tarlǝtan (Q016p Lutterade),
vastelavondsgaas:
vastǝlǭvǝsgās (Q016p Lutterade)
|
Fijne, doorzichtige katoenen stof. Volgens de informant van Q 16 wordt tarlatan veel gebruikt als carnavalsstof. [N 62, 98; N 62, 82; MW]
II-7
|
32980 |
tarwe |
tarwe:
tarǝf (L164p Gennep, ...
K316p Heppen,
Q167p Koninksem,
P057p Kuringen,
L211p Leunen,
P046p Linkhout,
Q089p Martenslinde,
L209p Merselo,
K357p Paal,
Q168a Rijkhoven),
tęrǝf (Q159p Broekom, ...
Q181p Sluizen,
Q162p Tongeren),
tɛrǝf (P179p Aalst, ...
L282p Achel,
L372a Aldeneik,
P120p Alken,
Q077a Alt-Hoeselt,
Q102p Amby,
L417p As,
Q249p Aubel,
L327p Beegden,
L359p Beek,
Q019p Beek,
P053p Berbroek,
L429a Berg,
Q163p Berg,
Q103p Berg / Terblijt,
K358p Beringen,
P187p Berlingen,
K318p Berverlo,
Q072p Beverst,
P176b Bevingen,
Q083p Bilzen,
P113p Binderveld,
Q029p Bingelrade,
Q121c Bleijerheide,
L317p Bocholt,
Q211p Bocholtz,
P224p Boekhout,
Q160p Bommershoven,
Q096a Borgharen,
Q156p Borgloon,
P218p Borlo,
L360p Bree,
Q159p Broekom,
L434a Broeksittard,
Q035p Brunssum,
P178p Brustem,
L426p Buchten,
Q096p Bunde,
P182p Buvingen,
Q071p Diepenbeek,
L431p Dieteren,
Q242p Diets-Heur,
L421p Dilsen,
Q027p Doenrade,
P049p Donk,
P115p Duras,
Q176p Eben-Emael,
L381p Echt,
Q086p Eigenbilzen,
Q198p Eijsden,
L353p Eksel,
L419p Elen,
L363p Ellikom,
Q207p Epen,
Q202p Eys,
Q021p Geleen,
P186p Gelinden,
Q173p Genoelselderen,
L360a Gerdingen,
P175p Gingelom,
Q002a Godschei,
Q153p Gors-Opleeuw,
P116p Gorsem,
L326p Grathem,
L425p Grevenbicht / Papenhoven,
L244b Griendtsveen,
P184p Groot-Gelmen,
Q156a Groot-Loon,
L356p Grote-Brogel,
Q170p Grote-Spouwen,
L366p Gruitrode,
Q079p Guigoven,
Q203p Gulpen,
P195p Gutschoven,
L429p Guttecoven,
P048p Halen,
P173p Halmaal,
L286p Hamont,
Q160a Haren,
Q002p Hasselt,
L352p Hechtel,
Q110p Heek,
Q105p Heer,
Q113p Heerlen,
Q112a Heerlerheide,
P197p Heers,
Q081a Heesveld-Eik,
Q164p Heks,
L413p Helchteren,
L291p Helden,
Q158a Henis,
K316p Heppen,
P050p Herk-de-Stad,
K360p Heusden,
Q039p Hoensbroek,
P188p Hoepertingen,
Q077p Hoeselt,
L426z Holtum,
Q250p Hombourg,
Q165p Hopmaal,
L325p Horn,
L246p Horst,
L414p Houthalen,
Q100p Houthem,
L320p Hunsel,
L321a Ittervoort,
Q157p Jesseren,
P219p Jeuk,
Q188p Kanne,
L316p Kaulille,
K317a Kerkhoven,
P180p Kerkom,
Q121p Kerkrade,
P055p Kermt,
Q152p Kerniel,
L298p Kessel,
L370p Kessenich,
Q176a Ketsingen,
L369p Kinrooi,
L315p Kleine-Brogel,
Q111p Klimmen,
K359p Koersel,
Q074p Kortessem,
P118p Kozen,
P057p Kuringen,
P187a Kuttekoven,
K314p Kwaadmechelen,
L379p Laak,
Q088p Lanaken,
L422p Lanklaar,
Q240p Lauw,
K317p Leopoldsburg,
Q006p Leut,
Q104a Limmel,
P046p Linkhout,
P047p Loksbergen,
K278p Lommel,
L316a Lozen,
P051p Lummen,
Q016p Lutterade,
L377p Maasbracht,
L372p Maaseik,
Q095p Maastricht,
Q180p Mal,
Q192p Margraten,
Q204a Mechelen,
P220p Mechelen-Bovelingen,
Q099p Meerssen,
L424p Meeswijk,
L364p Meeuwen,
P045p Meldert,
P176a Melveren,
Q169p Membruggen,
Q034p Merkelbeek,
P193p Mettekoven,
Q196p Mheer,
P183p Mielen-boven-Aalst,
Q177p Millen,
Q199p Moelingen,
L319p Molenbeersel,
P214p Montenaken,
P181p Muizen,
Q082p Munsterbilzen,
Q022p Munstergeleen,
L288p Nederweert,
L367p Neerglabbeek,
Q096c Neerharen,
L321p Neeritter,
L368p Neeroeteren,
L312p Neerpelt,
Q182p Nerem,
L418p Niel-bij-As,
P117p Nieuwerkerken,
L433p Nieuwstadt,
Q036p Nuth,
L427p Obbicht,
L380p Ohé,
Q033p Oirsbeek,
K315p Oostham,
L416p Opglabbeek,
Q010p Opgrimbie,
L371p Ophoven,
L362p Opitter,
L415p Opoeteren,
P177a Ordingen,
L314p Overpelt,
Q157a Overrepen,
K357p Paal,
Q161p Piringen,
Q032a Puth,
Q111q Ransdaal,
Q012p Rekem,
Q248p Remersdaal,
L358p Reppel,
Q158p Riksingen,
Q184p Roclenge-Sur-Geer,
Q076p Romershoven,
L373p Roosteren,
L420p Rotem,
P223p Rukkelingen-Loon,
P114p Runkelen,
Q241p Rutten,
Q168p s-Herenelderen,
Q118p Schaesberg,
Q081p Schalkhoven,
Q098p Schimmert,
Q032p Schinnen,
Q030p Schinveld,
P052p Schulen,
L266p Sevenum,
L313p Sint Huibrechts Lille,
Q187p Sint Pieter,
Q154p Sint-Huibrechts-Hern,
P119p Sint-Lambrechts-Herk,
P176p Sint-Truiden,
Q020p Sittard,
Q181p Sluizen,
P054p Spalbeek,
Q015p Stein,
L378p Stevensweert,
P058p Stevoort,
L423p Stokkem,
P056p Stokrooie,
L318p Stramproy,
L432p Susteren,
K353p Tessenderlo,
L374p Thorn,
Q162p Tongeren,
L361p Tongerlo,
Q112b Ubachsberg,
Q013p Uikhoven,
P121p Ulbeek,
Q097p Ulestraten,
Q014p Urmond,
Q101p Valkenburg,
Q166p Vechmaal,
L268p Velden,
P174p Velm,
L271p Venlo,
L210p Venray,
P196p Veulen,
Q208p Vijlen,
Q080p Vliermaal,
Q075p Vliermaalroot,
P192p Voort,
P227p Vorsen,
Q008p Vucht,
P211p Waasmont,
P212p Walshoutem,
Q117a Waubach,
L289p Weert,
Q078p Wellen,
Q155p Werm,
L354p Wijchmaal,
P118a Wijer,
Q201p Wijlre,
L365p Wijshagen,
P172p Wilderen,
Q073p Wimmertingen,
Q079a Wintershoven,
P044p Zelem,
P177p Zepperen,
K361p Zolder,
Q001p Zonhoven),
tɛrǝft (L360p Bree),
tɛ̄rǝf (Q279p Baelen, ...
Q083p Bilzen,
Q007p Eisden,
Q087p Gellik,
Q003p Genk,
Q094p Hees,
Q174p Herderen,
Q088p Lanaken,
Q009p Maasmechelen,
L382p Montfort,
Q253p Montzen,
Q090p Mopertingen,
L355p Peer,
Q175p Riemst,
Q093p Rosmeer,
L378p Stevensweert,
Q178p Val-Meer,
Q091p Veldwezelt,
Q171p Vlijtingen,
Q172p Vroenhoven,
Q084p Waltwilder,
Q079a Wintershoven,
Q179p Zichen-Zussen-Bolder,
Q005p Zutendaal),
t˙ɛrǝf (Q200p s-Gravenvoeren, ...
Q247p Sint-Martens-Voeren,
Q247a Sint-Pieters-Voeren),
weit:
wēs (Q284p Eupen, ...
Q261p Hauset,
Q278a Herbesthal,
Q257p Hergenrath,
Q255p Kelmis,
Q283p Kettenis,
Q282p Membach,
Q263p Raeren,
Q260p Walhorn,
Q278p Welkenraedt),
wēt (Q117b Rimburg, ...
Q118p Schaesberg),
wēǝs (Q253p Montzen, ...
Q116p Simpelveld),
wēǝt (Q117a Waubach),
wɛi̯t (L191p Afferden, ...
L250p Arcen,
L333p Asenray / Maalbroek,
L295p Baarlo,
L327p Beegden,
L297p Belfeld,
L269p Blerick,
L215p Blitterswijck,
L323p Buggenum,
L164p Gennep,
L214a Geysteren,
L326p Grathem,
L249p Grubbenvorst,
L328p Heel,
L165p Heijen,
L291p Helden,
L330p Herten,
L292p Heythuysen,
L246p Horst,
Q121p Kerkrade,
L248p Lottum,
L267p Maasbree,
L332p Maasniel,
L217p Meerlo,
L209p Merselo,
L245p Meterik,
L159a Middelaar,
L294p Neer,
L216p Oirlo,
L163p Ottersum,
L290p Panningen,
L387p Posterholt,
L329p Roermond,
L293p Roggel,
L266p Sevenum,
L192a Siebengewald,
L385p Sint Odilienberg,
L212a Smakt,
L296p Steyl,
L331p Swalmen,
L246a Swolgen,
L270p Tegelen,
L245b Tienray,
L271p Venlo
[(vroeger)]
,
L210p Venray,
L214p Wanssum,
L213p Well,
L215a Wellerlooi),
wɛ̄i̯t (L300p Beesel, ...
L382p Montfort,
L322a Nunhem,
L268p Velden)
|
Triticum L. Sinds de invoering van betere bemestingmethodes groeit de tarwe ook in de Kempen. Het woordtype koren is als nevenvorm opgegeven in: K 316, 317, 318, 360, L 286, 292, 313, 360, 416, P 45, 119, 175, 192, Q 10, 39 en 97; evenwel alléén in de omzetting van de uitdrukkingen "rogge wordt hoger dan tarwe" of "de tarwe groeit welig" en het kan derhalve niet als een gangbare benaming van de plant worden beschouwd en is zodoende ook niet in het lemma opgenomen. Zie ook de toelichting bij het lemma ''graan, koren'' (1.2.1). Zie afbeelding 1, e.' [JG 1a, 1b; L A1, 82; L 7, 75; L 15, 24; L 28, 33; L 34, 55b; L 35, 61; L lijst graangewassen, 7; S 37; Wi 52; Gwn 9, 2; NE 1, 2; monogr.; add. uit N 15, 1a]
I-4
|
20824 |
tarwebrood |
boerenweg:
boere-wêk (L270p Tegelen),
boore wèk (L250p Arcen),
brood van bont koren:
broed van bŏĕntjkāēre (Q033p Oirsbeek),
bruin brood:
broen broeëd (L290p Panningen),
brōēn broed (Q198b Oost-Maarland),
bruinbrood:
brōēnbrwaod (Q097p Ulestraten),
bruunbroeëd (L245a Castenray, ...
L211p Leunen,
L209p Merselo,
L216p Oirlo,
L216a Oostrum,
L212a Smakt,
L210p Venray,
L244a Veulen),
commiezenbrood:
rond op vloer gebakken
kemiezebrŏĕad (L292p Heythuysen),
galettenbrood:
galette bru:t (P176b Bevingen),
gemengd brood:
gem[ɛ}ngd brood (L312p Neerpelt),
gemengd broet (Q003p Genk),
gemengd-brood (K359p Koersel),
gemischt brood:
gemesjt brōē.t (Q117a Waubach),
gemiesch broëd (Q203p Gulpen),
jemiesj’broeëd (Q121c Bleijerheide, ...
Q121a Chèvremont,
Q121d Haanrade,
Q121e Kaalheide/Onderspekholz,
Q121p Kerkrade,
Q121b Spekholzerheide),
jemisjd broeëd (Q121c Bleijerheide, ...
Q121p Kerkrade),
gemischt, een -:
gemiesjt (Q204p Wittem/Partei),
gemischt (Q035p Brunssum),
gemengd
gemischd (Q035p Brunssum),
gezeefd brood:
gezeefd brood (Q072p Beverst),
gezeifd brood (Q072p Beverst),
gezeefd, een -:
gezjiəfd (Q180p Mal),
gezift brood:
gəziəf brood (Q083p Bilzen),
grauw brood:
grauw brôêd (Q030p Schinveld),
grauwbrood:
grauwbroead (Q028p Jabeek),
grauwbrōē.t (Q117a Waubach),
jrauwbroead (Q121p Kerkrade),
jrauw’broeëd (Q121c Bleijerheide, ...
Q121a Chèvremont,
Q121d Haanrade,
Q121e Kaalheide/Onderspekholz,
Q121p Kerkrade,
Q121b Spekholzerheide),
jrouwbroeed (Q121c Bleijerheide),
grijs brood:
greis broet (P176p Sint-Truiden),
greͅi̯.s bro.t (P177p Zepperen),
greͅi̯.s bru:t (P176b Bevingen),
greͅi̯əs brut (P056p Stokrooie),
gries brauwt (L432p Susteren),
gries broed (Q198p Eijsden),
gries broöd (L377p Maasbracht),
grijs broed (P176p Sint-Truiden),
grijs brood (P176a Melveren, ...
P176p Sint-Truiden),
grijs bru:d (P176p Sint-Truiden),
grīēs brōēd (L271p Venlo),
grèè.ës broet (Q001p Zonhoven),
grøͅi̯s brūu̯t (P176a Melveren),
grɛ:s brut. (L414p Houthalen),
grɛšəs brauwət (Q082p Munsterbilzen),
grijs mikje:
griès mikske (L271p Venlo),
grijs, een -:
grès (Q002p Hasselt),
grɛ:s (Q002p Hasselt),
grijs
grɛ.s (K314p Kwaadmechelen),
grijsbrood:
griesbrood (L427p Obbicht),
griesbroot (Q020p Sittard),
griesbroèd (Q036p Nuth/Aalbeek),
griesbroëëd (Q112p Voerendaal),
griesbrōēād (Q028p Jabeek),
griesbrōōt (L372p Maaseik),
gries’brood (Q020p Sittard),
grīēsbrōēd (Q039p Hoensbroek),
jriesbroeëd (Q121c Bleijerheide, ...
Q121a Chèvremont,
Q121d Haanrade,
Q121e Kaalheide/Onderspekholz,
Q121p Kerkrade,
Q121b Spekholzerheide),
jris’broeëd (Q121c Bleijerheide, ...
Q121a Chèvremont,
Q121d Haanrade,
Q121e Kaalheide/Onderspekholz,
Q121p Kerkrade,
Q121b Spekholzerheide),
grijsje, een -:
grijske (L372p Maaseik),
grijze brood:
grēsəbrūt (Q284p Eupen),
grijze mik:
grie.s mik (L330p Herten (bij Roermond)),
grie:s mik (L383p Melick),
griezemik (L269p Blerick),
grijze weg:
grieze wĕĕk (L290p Panningen),
grieze wĕik (L387p Posterholt),
grīzəwɛx (L215p Blitterswijck, ...
L214a Geysteren,
L217p Meerlo,
L246a Swolgen,
L245b Tienray,
L214p Wanssum),
half en half:
ha.v ɛn ha.f (Q072p Beverst, ...
Q072p Beverst),
ha.v ɛn ha.v (Q072p Beverst),
haləf ən haləf (K278p Lommel),
hāf ɛn hāf (L317p Bocholt),
hoͅ.f ɛn hoͅ.f (L317p Bocholt),
kneedbrood:
knɛi̯brot (Q012p Rekem),
knɛi̯bru.t (Q012p Rekem),
knipbrood:
kneipbrŏĕad (L292p Heythuysen),
knɛ.pbru:t (L317p Bocholt),
kommiezenbrood:
keméeze brood (L331p Swalmen),
krop:
kròp (Q204p Wittem/Partei),
kropbrood:
kropbroed (Q193p Gronsveld, ...
Q187a Heugem,
Q187a Heugem,
Q095p Maastricht),
mik:
mek (L364p Meeuwen),
miek (Q198p Eijsden, ...
Q002p Hasselt),
mik (Q191p Cadier, ...
Q193p Gronsveld,
L292p Heythuysen,
L289b Leuken,
L211p Leunen,
L265p Meijel),
mIk (Q082p Munsterbilzen),
mik (L321p Neeritter, ...
L331p Swalmen,
L271p Venlo),
mīēk (Q198b Oost-Maarland),
mikje:
mikskə (Q083p Bilzen),
oberlnder (du.):
obelender (Q036p Nuth/Aalbeek),
oberlender (Q121e Kaalheide/Onderspekholz, ...
Q015p Stein),
oberländer (Q121p Kerkrade),
duits zuur
oberländer (L292p Heythuysen),
ondergewerkt brood:
ongderweerkt broed (Q198p Eijsden),
onderwerk:
onderwèrrek (Q095p Maastricht),
oonderwerk (Q095p Maastricht),
oonderwèrrek (Q095p Maastricht),
onderwerkbrood:
onderwerk broed (Q191p Cadier),
onderwerk broet (Q193p Gronsveld),
onderwirk broad (Q019p Beek),
ongerwirkbraod (Q018p Geulle),
ŏngerwirkbroad (Q021p Geleen),
oͅndərwɛrk brōt (Q083p Bilzen),
paderborner, een -:
padebrorner (Q121e Kaalheide/Onderspekholz),
roggemik:
roggemik (L330p Herten (bij Roermond), ...
L211p Leunen),
roggeweg:
rögke wĕĕk (L290p Panningen),
rögke wêgk (L270p Tegelen),
rögkewègk (L290p Panningen),
rökke wek (L269a Hout-Blerick),
rollemik:
hoofdzaak roggemeel
rollemik (L289b Leuken),
sterbrood:
sterbroed (Q035p Brunssum),
sterrebrood:
schterrebroeëd (Q113p Heerlen),
sjterebroead (Q121p Kerkrade),
sjte’rebroeëd (Q121c Bleijerheide, ...
Q121a Chèvremont,
Q121d Haanrade,
Q121e Kaalheide/Onderspekholz,
Q121p Kerkrade,
Q121b Spekholzerheide),
sterre broĕd (Q035p Brunssum),
sterrebroeëd (Q112p Voerendaal),
tarwe, een -:
terf (Q035p Brunssum),
tarwebrood:
tarvəbroed (Q095p Maastricht),
tarwe broed (P176p Sint-Truiden),
tarwe wèk (L250p Arcen),
tarwe-brood (K359p Koersel),
tarwebrood (P176p Sint-Truiden),
tarwebru:d (P176p Sint-Truiden),
terreve broewd (Q207p Epen),
terve braod (Q015p Stein),
terve-broeood (Q121p Kerkrade),
terve-brood (Q121p Kerkrade),
tervebr[u.}w[ə}t (L312p Neerpelt),
tervebr[ū}t (L317p Bocholt),
tervebroad (Q021p Geleen),
tervebroed (Q187a Heugem, ...
Q095p Maastricht,
Q204a Mechelen),
tervebroet (P176p Sint-Truiden),
tervebroeéd (Q113p Heerlen),
tervebrood (L329p Roermond),
tervəbro.wət (K314p Kwaadmechelen),
tervəbrūt (L317p Bocholt),
terwebroëd (L265p Meijel),
terəvə bru:ət (Q002p Hasselt),
terəvə brut (P056p Stokrooie),
tärfbroed (Q095p Maastricht),
tärəvəmbrou̯ət (K278p Lommel),
térrevebroet (Q001p Zonhoven),
tɛrfbrøͅ.t (Q083p Bilzen),
tɛrvəbrut (L414p Houthalen),
tɛrvə}brood (Q072p Beverst, ...
Q072p Beverst),
tɛ̝rəbrot (Q012p Rekem),
tɛ̝rəbru.t (Q012p Rekem),
tarwemik:
taervemik (Q003p Genk),
tarwe mik (L269p Blerick),
teifmik (Q003p Genk),
terve mik (L318b Tungelroy, ...
L318b Tungelroy),
térrevemik (Q001p Zonhoven),
Têrvemik Mikkevluuëtje: kneedtrogje voor brood krîntemik: krentenbrood Verklw. mikske
têrvemik (L318d Altweert, ...
L318e Altweerterheide,
L287p Boeket/Heisterstraat,
L288c Eind,
L289a Hushoven,
L318a Keent,
L288b Laar,
L289b Leuken,
L288p Nederweert,
L288a Ospel,
L289p Weert),
weg:
waîk (L321p Neeritter),
wek (Q121c Bleijerheide, ...
Q202p Eys,
Q121p Kerkrade,
Q121p Kerkrade,
L432a Koningsbosch,
L372p Maaseik,
Q117a Waubach),
wēk (Q020p Sittard),
wĕik (L387p Posterholt),
wĕk (L427p Obbicht),
wik (Q035p Brunssum, ...
Q035p Brunssum,
Q035a Rumpen),
wäg (L265p Meijel),
wèk (Q018p Geulle, ...
L329p Roermond,
L432p Susteren,
Q097p Ulestraten,
Q204p Wittem/Partei),
wék (Q030p Schinveld),
wêgk (L270p Tegelen),
wêk (Q203p Gulpen, ...
L270p Tegelen),
ei kort uitgesproken
weik (L377p Maasbracht),
tarwewitbrood
wèk (Q039p Hoensbroek),
wegge:
even over de grens België
weigge (L321p Neeritter),
weiten weg:
waeteweg (L245a Castenray, ...
L211p Leunen,
L209p Merselo,
L216p Oirlo,
L216a Oostrum,
L212a Smakt,
L210p Venray,
L244a Veulen),
weite wègk (L291p Helden/Everlo, ...
L290p Panningen),
weite-wêgk (L270p Tegelen),
wēͅi̯təweͅk (L164p Gennep, ...
L165p Heijen,
L163a Milsbeek,
L163p Ottersum,
L163b Ven-Zelderheide),
wègte wĕĕk (L290p Panningen),
wit brood:
wit bro.t (P177p Zepperen),
wit broed (Q191p Cadier),
wit broeed (Q197p Noorbeek),
wIt brut (P056p Stokrooie),
witbrood:
wies broeëd (Q121c Bleijerheide),
witbroed (Q193p Gronsveld),
witte mik:
wittə mik (L383p Melick),
witte weg:
witte wek (Q019p Beek, ...
L269a Hout-Blerick,
Q117a Waubach),
witte wĕĕk (L290p Panningen),
witte wègk (L291p Helden/Everlo, ...
L290p Panningen),
witte wék (L163p Ottersum),
wittebrood:
witte broed (Q095p Maastricht),
witte brood (L321p Neeritter),
wittebroed (Q095p Maastricht),
zemelenweg:
zūmele wèk (Q028p Jabeek),
zwart brood:
zwart broeed (Q197p Noorbeek),
zwat boerə (Q180p Mal),
zwat brood (Q180p Mal),
zwartbrood:
sjwatsbroeëd (Q202p Eys)
|
brood gebakken van tarwebloem [N 29 (1967)], [N 29 (1967)] || brood van tarwe || brood van tarwebloem met roggemeel vermengd [N 29 (1967)] || bruinbrood || bruinbrood (met zemelen) || Graubrot, aus grobem Weizenmehl gebackenes Brot; bruinbrood || grof tarwebrood || soort bruinbrood || tarwebrood || tarwemik || van tarwe gebakken brood || verschillende soorte tarwebrood || witbrood en tarwebrood || wittebrood [SGV (1914)] || zeer fijn tarwebrood van bijzondere vorm [N 29 (1967)]
III-2-3
|
26445 |
tarwesteen |
builsteen:
bylstiǝn (L211p Leunen),
steen om zacht te malen:
stiǝn ǫm zaxt tǝ mālǝ (K357p Paal),
tarwesteen:
tɛrǝfstēǝn (P053p Berbroek, ...
Q083p Bilzen,
Q077p Hoeselt,
Q075p Vliermaalroot,
Q079a Wintershoven),
tɛrǝfstęjn (L289p Weert),
tɛrǝfstīn (P051p Lummen),
tɛrǝfštē (Q204a Mechelen),
tɛrǝfštēn (Q198p Eijsden),
tɛrǝvǝstēǝn (Q077p Hoeselt),
tɛrǝvǝštęjn (L430p Einighausen),
weitsteen:
węjtstēǝn (L164p Gennep),
węjtštęjn (L330p Herten
[(natuursteen)]
)
|
Molensteen of molensteenkoppel waarmee bij voorkeur tarwe gemalen wordt. [N O, 17e; Vds 223]
II-3
|