18471 |
tussenzool [wld ii.10, p. 40] |
opvulling:
Doe er maar voor een dubbeltje kraak in.
opfulling (L293p Roggel),
tussenzool:
tusjezaol (L387p Posterholt),
tusjezoal (Q121c Bleijerheide),
tussenzool (K278p Lommel, ...
Q001p Zonhoven),
tussezoal (L421p Dilsen),
tèssezoël (Q083p Bilzen),
tøšəzōl (Q253p Montzen),
Van halve lengte.
tussəzaoḷ (L163a Milsbeek),
tussenzooltje:
tösse-zulke (L267p Maasbree),
vulling:
vøleŋ (L265p Meijel)
|
Een dunne zool die van binnen in de schoen gewerkt is en tussen de eigenlijke zool en de binnenzool ligt? (tussenzool?) Vgl. tek. 88. [N 60 (1973)]
III-1-3
|
28517 |
tuten |
fluiten:
fluiten (L244d Ysselsteyn),
flø̄tǝ (Q071p Diepenbeek),
flø̜jtǝ (L215a Wellerlooi),
piepen:
piepen (K317a Kerkhoven),
toeten:
tutǝn (Q003p Genk),
tuǝtǝ (L414p Houthalen),
tūtǝ (Q015p Stein),
tūtǝn (Q177p Millen),
tūwtǝn (L414p Houthalen),
tuten:
tuten (L282p Achel, ...
L421p Dilsen,
Q002p Hasselt,
L246p Horst,
K278p Lommel,
Q009p Maasmechelen,
Q253p Montzen,
L294p Neer,
P177p Zepperen),
tyten (L333p Asenray / Maalbroek, ...
Q071p Diepenbeek),
tytǝ (L428p Born, ...
L289p Weert),
tȳtǝ (L333p Asenray / Maalbroek, ...
Q019p Beek,
L371a Geistingen,
Q018p Geulle,
Q113p Heerlen,
L384p Herkenbosch,
L330p Herten,
L372p Maaseik,
L265p Meijel,
Q197p Noorbeek,
L381b Peij,
L329p Roermond,
Q197a Terlinden,
L374p Thorn,
L271p Venlo,
L210p Venray,
L244d Ysselsteyn),
tȳtǝn (L333p Asenray / Maalbroek, ...
K353p Tessenderlo)
|
Het geluid dat de koningin maakt die haar cel reeds verlaten heeft. Op het doffe kwaken van de ongeboren koninginnen antwoordt de pas uitgelopen koningin met een hoog tutend geluid. Dit is het teken dat zij er is. Zij zal proberen zo spoedig mogelijk de nog in de cellen opgesloten koninginnelarven te doden. Dit wordt echter verhinderd door de werkbijen. Het tuten is voor de imker een zeker teken dat er de volgende dag of op zijn laatst nog een dag later een nazwerm zal afkomen. [N 63, 33a; N 63, 32a; N 63, 33b; Ge 37, 42]
II-6
|
28518 |
tuter |
toeter:
(mv)
tutǝrs (L421p Dilsen),
tūtǝrs (Q015p Stein),
tuiter:
(mv)
tø̜jtǝrs (L416p Opglabbeek),
tuter:
tuter (Q002p Hasselt, ...
L246p Horst,
K278p Lommel,
Q009p Maasmechelen,
L294p Neer,
P177p Zepperen),
tytǝr (L333p Asenray / Maalbroek),
tȳtǝr (Q019p Beek, ...
Q113p Heerlen,
L384p Herkenbosch,
Q253p Montzen,
L289p Weert),
(mv)
tytǝrs (L428p Born, ...
Q071p Diepenbeek),
tȳtǝrs (L333p Asenray / Maalbroek, ...
L371a Geistingen,
Q018p Geulle,
L330p Herten,
L265p Meijel,
Q197p Noorbeek,
L381b Peij,
L329p Roermond,
L270p Tegelen,
Q197a Terlinden,
K353p Tessenderlo,
L271p Venlo,
L210p Venray)
|
Koningin die pas de moercel verlaten heeft en tutend antwoordt op het gekwaak van de koninginnelarven die nog in de dichte moercel zitten. [N 63, 33b; N 63, 32a]
II-6
|
21618 |
twee centiem |
belse cent:
belse sent (L318b Tungelroy),
eine belge cent (L326p Grathem),
eine belzje sent (L381p Echt/Gebroek),
e’ne Belsje seènt (Q193p Gronsveld),
ne Belsje sent (Q113p Heerlen),
cent:
cent (L282p Achel, ...
L292p Heythuysen,
L289b Leuken,
L321p Neeritter,
L289p Weert),
eine cent (L360p Bree),
ene cent (Q033p Oirsbeek),
unne sang (Q204a Mechelen),
ps. omgespeld volgens Frings.
1 sēͅnt (Q179p Zichen-Zussen-Bolder),
ēən seͅnt (Q078p Wellen),
ēͅi̯nə seͅnt (L317p Bocholt, ...
L422p Lanklaar,
L423p Stokkem),
eͅin seͅnt (Q156p Borgloon, ...
Q078p Wellen),
iənə seͅns (P048p Halen),
iənə seͅnt (P048p Halen),
nə seͅnt (Q002p Hasselt, ...
K278p Lommel,
Q003a Oud-Waterschei),
nə sɛnt (K278p Lommel),
nə zēͅnt (L312p Neerpelt),
sēͅnt (Q156p Borgloon, ...
L422p Lanklaar,
P222p Opheers,
Q093p Rosmeer),
seͅnt (L317p Bocholt, ...
Q071p Diepenbeek,
Q071p Diepenbeek,
P048p Halen,
P050p Herk-de-Stad,
Q077p Hoeselt,
P055p Kermt,
Q176a Ketsingen,
L369p Kinrooi,
L372p Maaseik,
Q009p Mechelen-aan-de-Maas,
P213p Niel-bij-St.-Truiden,
L416p Opglabbeek,
L416p Opglabbeek,
L420p Rotem,
P107a Rummen,
P176p Sint-Truiden,
P054p Spalbeek,
Q162p Tongeren,
Q178p Val-Meer,
P044p Zelem),
ən sēͅnt (Q079a Wintershoven),
ən seͅnt (Q002p Hasselt, ...
Q002p Hasselt),
ps. omgespeld volgens Frings. Boven de @ staat nog een dakje (^ deze combinatieletter is niet te maken/om te spellen en heb alleen de @ omgespeld.
seͅ^nt (L372p Maaseik),
ps. omgespeld volgens IPA.
ī(ə)nə seͅnt (L314p Overpelt),
nə seͅnt (L420p Rotem),
nəsɛnt (Q096d Smeermaas),
dubbele cent:
ps. omgespeld volgens Frings.
doͅbəl seͅnt (Q077p Hoeselt),
doͅbələ seͅnt (L371p Ophoven, ...
L368b Waterloos),
nən doͅbələ seͅnt (P174p Velm),
⁄dōbələ ⁄sēͅnt (K361a Boekt/Heikant),
dubbele, een ~:
dobbele (L331p Swalmen),
koperen cent:
ps. invuller heeft hierbij geen fonetische notering gegeven.
koperen cent (L369p Kinrooi),
ps. omgespeld volgens Frings.
kupərə seͅnt (Q004p Gelieren/Bret),
twee cent:
twie cent (K361p Zolder),
ps. omgespeld volgens Frings.
2 [sent (P107a Rummen),
twē seͅnt (Q077p Hoeselt),
twēͅj saŋ (Q209p Teuven),
twi sənt (P051p Lummen),
twee centiem:
2 centiem (Q198b Oost-Maarland, ...
L373p Roosteren),
2 sentiem (L329p Roermond),
twei centiem (Q204a Mechelen, ...
Q098p Schimmert),
twie centiem (Q095p Maastricht),
twie centiëm (L295p Baarlo),
twieë centiem (Q039p Hoensbroek),
twè centiem (L432p Susteren),
twèè centiem (Q014p Urmond),
twéə sentiem (L426z Holtum),
twîê centiem (Q032a Puth),
Algemene opmerking: invuller noteert als spellingssyteem Veldeke, maar het is gewoon in het Nederlands genoteerd en heb het daarom letterlijk overgenomen (dus niets omgespeld!).
twieè centiem (Q113a Welten),
Opm.
twië sentiem (L270p Tegelen),
Opm. tiën centiem = eine knap.
twië centiem (L270p Tegelen),
ps. letterlijk overgenomen (dus niet omgespeld!).
twieë-séntīēm (Q111p Klimmen),
ps. letterlijk overgenomen (dus niet(s) omgespeld!).
twĕĕ centīēm (Q098p Schimmert),
twee centiemen:
twee centieme (L329p Roermond),
twieje centieme (Q204a Mechelen),
twee-centiemstuk:
twieje centiemstuk (L216p Oirlo)
|
koperen munt van 2 centiem [N 21 (1963)]
III-3-1
|
21626 |
twee frank |
dobbele frank:
dobbele frang (L321p Neeritter, ...
L289p Weert),
enen dobbele frang (Q193p Gronsveld),
⁄n dobbelen frang (L353p Eksel),
ps. boven de n moet nog een ~ staan; deze combinatieletter is niet te maken (om te spellen).
’ne doebbele fran~g (Q113p Heerlen),
ps. omgespeld volgens Frings.
dabələ fraŋ (Q093p Rosmeer),
doͅbbələ frang (L422p Lanklaar),
doͅbələ fraŋ (L317p Bocholt, ...
L360p Bree,
Q004p Gelieren/Bret,
Q002p Hasselt,
Q077p Hoeselt,
L369p Kinrooi,
Q009p Mechelen-aan-de-Maas,
Q078p Wellen),
nə dabələ fraŋ (Q178p Val-Meer),
nən dobələ fraŋ (P054p Spalbeek),
nən dōͅbələ fraŋ (K278p Lommel),
nən doͅbələ frangk (K278p Lommel),
ənə doͅbələ fraŋ (Q209p Teuven),
ps. omgespeld volgens Frings. Het -tekentje heb ik letterlijk overgenomen.
nə ⁄dōbələ fraŋ (L312p Neerpelt),
dobbele tweefrank:
ps. omgespeld volgens Frings.
doͅbələ twifraŋ (Q071p Diepenbeek),
dobbele zilveren frank:
ps. omgespeld volgens Frings.
nən doͅbələ zəlvərə frāŋ (P174p Velm),
dobbele, een ~:
ps. omgespeld volgens Frings.
doͅbələ (Q071p Diepenbeek, ...
P048p Halen,
L416p Opglabbeek),
nən doͅbələ (Q002p Hasselt),
dubbele frank:
dubbele franc (L326p Grathem),
enne döbbelle frang (Q111p Klimmen),
ps. omgespeld volgens Frings.
døͅblə fraŋ (L420p Rotem),
frank:
ps. invuller geeft alleen de vertaling van franc, maar niet de waarde ervan!
frang (L265p Meijel),
mark:
mark (L292p Heythuysen),
stuk van twee frank:
ps. omgespeld volgens Frings.
støk van twi fraŋ (P051p Lummen),
twee frank:
twee frang (L329p Roermond),
twei frang (Q204a Mechelen, ...
Q204a Mechelen),
twië frang (L270p Tegelen),
twiëe frang (L294p Neer),
twè frang (L432p Susteren),
twéé frang (Q014p Urmond),
Algemene opmerking: invuller noteert als spellingssyteem Veldeke, maar het is gewoon in het Nederlands genoteerd en heb het daarom letterlijk overgenomen (dus niets omgespeld!).
twieè frang (Q113a Welten),
ps. invuller heeft hierbij geen fonetische notering gegeven.
2 frank (P176p Sint-Truiden),
twie frang (Q003a Oud-Waterschei),
ps. invuller heeft voor de waarde geen fonetische notering gegeven!
2 frang? (Q204a Mechelen),
ps. letterlijk omgespeld volgens Frings.
tweͅi̯j fraŋ (Q156p Borgloon),
ps. letterlijk overgenomen (dus niet(s) omgespeld!).
twĕĕ frang (Q098p Schimmert),
ps. omgespeld volgens Frings.
twi fraŋ (P213p Niel-bij-St.-Truiden),
twi frāŋ (K361p Zolder),
twiə fraŋ (P048p Halen, ...
P044p Zelem),
twee-frankstuk:
twie frang stök (L318b Tungelroy),
⁄n twië-frang sjtök (L270p Tegelen),
ps. letterlijk overgenomen.
e twi̯èèfrangstök (L381p Echt/Gebroek),
zilveren, een ~:
ps. omgespeld volgens Frings.
ənə zelvərə (L372p Maaseik),
əvə zelvərə (L372p Maaseik),
zilverstuk:
ps. invuller heeft hierbij geen echt/duidelijk antwoord gegeven, alleen opmerkingen.
zie vraag 5i: [zilvərstøk (P222p Opheers)
|
2 franc, een ~ (van zilver) [N 21 (1963)]
III-3-1
|
32761 |
twee spaden breed spitten |
een dobbele voor (spaden):
ǝn dǫbǝl vǭr (L292p Heythuysen),
met dubbele voor (omspaden):
met˱ dø̜bǝl vǭr (L322a Nunhem),
met twee voren (omspaden):
męt twīǝ vōrǝ (L270p Tegelen),
twee schup breed (spaden):
twiǝ sxøp˱ briǝt (L209p Merselo),
twee schuppen breed (graven):
tswɛi̯ šø̜pǝ brē.t (Q116p Simpelveld),
twi šø̜pǝ brē ̞t (Q191p Cadier),
twīǝ šø̜pǝ brēt (Q027p Doenrade),
twee schuppen breed (spaden):
twiǝ sxøpǝ briǝt (L246p Horst, ...
L265b Kronenberg),
twē sxøpǝ brēt (L115p Mook, ...
L163p Ottersum,
L192a Siebengewald),
twee spit breed (spaden):
twīǝ spę̄t˱ brīǝt (L248p Lottum),
twee spit neveneen (spaden):
twiǝ spēt nęvǝniǝn (L246p Horst),
twee voren breed (spaden):
twiǝ vūǝrǝ briǝt (L192b Aijen),
twee voren tegelijk (spaden):
twiǝ vōrǝ tǝgǝlīk (L265b Kronenberg)
|
Manier van spitten waarbij een voor ontstaat die dubbel zo breed is als de schop, doordat men telkens twee spaden grond naast elkaar uitsteekt. [N 11A, 148e; N 11, 65b add.]
I-1
|
28812 |
tweed |
tweed:
tweed (Q198p Eijsden, ...
L414p Houthalen)
|
Wollen of katoen lakenachtig weefsel van kaardgaren in verstelde rib- of keperbinding, met name voor jassen en mantels (Van Dale, pag. 3012). [N 62, 98; N 59, 201]
II-7
|
21989 |
tweede |
numero twee:
no. twie drei of vier (Q074p Kortessem),
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.
numeroo twei, draaj, ... zètte (Q083p Bilzen),
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook "klanktabel v.h. Zolders (uitspraak)", aan de achterkant van de laatste pagina!
mène nummerò twie, drie (K361p Zolder),
nummer twee:
Opm. invuller heeft voor nummer 4 geen (ant)woord gegeven!
noemer twee, noemer dry (Q168a Rijkhoven),
tweede:
2de, 3de, 4de inzat enz. (Q162p Tongeren),
twede enz. geteikende (L331p Swalmen),
twede, derde, vierde getêkkende (L210p Venray),
tweede, derde, veerde geteikende (Q021p Geleen),
tweede, derde, vierde inzet (K359p Koersel),
twidde, derde, vierde geteikende (L266p Sevenum),
twiede, derde, veerde getèkende (L417p As),
twiede, dride, veerde (Q202p Eys),
twiède, derdje, veertje geteikendje (L381p Echt/Gebroek),
Opm. invuller noteert hier als antwoord "enz."; weet niet wat het dialectwoord is voor "derde"en ben dus niet helemaal zeker van dit antwoord?!
d’r twieëde, derde inzèt (Q111p Klimmen),
ps. invuller noteert alleen "2e, 3e, 4e"(zonder het woord "inzet"erachter)!
2e, 3e, 4e (inzet) (L414p Houthalen),
tweede inzat:
twiĕde inzat zetten (Q007p Eisden),
tweede inzet:
ès twīēdə, ... inzet pàkkə (L417p As),
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook "klanktabel v.h. Zolders (uitspraak)", aan de achterkant van de laatste pagina!
mènen twīē.den, drèè.den i.nzèt (K361p Zolder),
tweedes:
(enzovoorts).
twieəts gəteikəndə (L300p Beesel),
Opm. v.d. invuller: voor zon duif (ps. dit noteert hij/zij vóór dit antwoord!).
də tw‧iəts˃ gətē.kəndə (Q202p Eys)
|
een duif op de tweede, derde, vierde... plaats op die lijst zetten? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
22039 |
tweede ei |
tweede ei:
et twiejde ei (Q027p Doenrade),
het tweide ei (L426p Buchten),
twaide ei (Q202p Eys),
tweade ei (Q016p Lutterade),
twedde ei (L210p Venray),
twede é (Q168a Rijkhoven),
tweede ei (Q021p Geleen, ...
L331p Swalmen),
tweède ei (Q021p Geleen),
tweͅdə eͅj (L265p Meijel),
twidde (L386p Vlodrop),
twidde ee gelaag (Q157p Jesseren),
twidde ei (L266p Sevenum),
twide ei (P183p Mielen-boven-Aalst),
twide ej (P219p Jeuk),
twiede ee (L414p Houthalen),
twiede ei (L417p As, ...
Q074p Kortessem,
Q187p Sint-Pieter),
twiede eij (Q201p Wijlre),
twieədə eij (L300p Beesel),
twiĕde ei (Q007p Eisden),
ut tweêde ei (Q027p Doenrade),
’t tweede ei (Q162p Tongeren),
’t twieëde ei (Q111p Klimmen),
(o.).
tsw‧ɛi̯də eͅ.i̯ (Q202p Eys),
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.
’t tweide ee (Q083p Bilzen),
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook "klanktabel v.h. Zolders (uitspraak)", aan de achterkant van de laatste pagina!
et twīē.de ee. (K361p Zolder),
Algemene opmerkingen bij deze vragenlijst:
twiədje ei (L374p Thorn),
tweede eitje:
2e ei-je (L330p Herten (bij Roermond)),
twieedje eike (L289p Weert),
twīēdə éjkə (L417p As),
tweede leg:
2e lik (L381p Echt/Gebroek)
|
Hoe heet verder: het tweede ei? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
32960 |
tweede grasoogst |
groe(n)maad:
grōmǝnt (Q193p Gronsveld, ...
Q014p Urmond),
nagras:
nōǝgras (K358p Beringen),
nǫgras (L210p Venray),
nǫgrās (L295p Baarlo),
nǭgras (L191p Afferden, ...
L164p Gennep,
L244b Griendtsveen,
L165p Heijen,
L211p Leunen,
L212p Maashees,
L209p Merselo,
L216p Oirlo,
L163p Ottersum,
L213p Well,
L215a Wellerlooi),
nǭgrās (L250p Arcen, ...
L248p Lottum,
L217p Meerlo,
L373p Roosteren,
L270p Tegelen,
L374p Thorn,
L271p Venlo),
nawei:
nǭwęi̯ (L366p Gruitrode, ...
L322p Haelen,
L330p Herten),
nǭǝwē̜i̯ (L312p Neerpelt),
tweede beet:
twedǝ bęi̯t (P176a Melveren),
twīǝdjǝ bēt (L370p Kessenich),
tweede bijtsel:
twęi̯dǝ bītsǝl (Q009p Maasmechelen),
tweede gang:
twīǝdǝ gaŋk (Q097p Ulestraten),
tweede gras:
twēǝdǝ grās (L429a Berg, ...
L426z Holtum),
twīǝdǝ grōs (L371a Geistingen),
tweede loop:
twedǝ lǫu̯p (L331p Swalmen),
tweede schaar:
twidǝ šǭr (L420p Rotem),
twēdǝ šu̯ǭr (Q178p Val-Meer),
twędǝ sxǭr (L214p Wanssum),
twīǝdǝ šǭr (Q197p Noorbeek, ...
Q197a Terlinden),
tweede snede:
twīǝdǝ snēi̯ (L321p Neeritter),
tweede snid:
twēdǝ snēt (L426p Buchten),
tweede wei:
twedǝ wāi̯ (K316p Heppen),
twędǝ wē̜i̯ (L286p Hamont),
twīǝdǝ węi̯ (L320c Haler),
twɛdǝ wāi̯ (K314p Kwaadmechelen),
zomergras:
zø̄mǝrgrās (Q098p Schimmert),
zōmǝrgrās (Q111p Klimmen, ...
L268p Velden),
ø̜ø̜(ww)ø̜ø̜:
nǭwęi̯ǝ (L163a Milsbeek, ...
L163p Ottersum),
āfwęi̯ǝ (L322p Haelen, ...
Q204a Mechelen,
Q112b Ubachsberg)
|
Het gras dat de koeien afgrazen als ze voor de tweede maal in de wei lopen. [N 14, 129b]
I-3
|