23179 |
verwoed kaarter |
kaartboks:
kaartbòks (L210p Venray),
kaartmajoor:
kaartmajoeër (L217p Meerlo, ...
L214p Wanssum),
kaartméjoeër (L210p Venray),
kaartmeun:
kaatmeun (Q121p Kerkrade),
kaartmoer:
kaartmoeër (L217p Meerlo, ...
L214p Wanssum),
kaartmoo:r (L329p Roermond),
kaartmoor (L371a Geistingen, ...
Q095p Maastricht,
L288p Nederweert,
L270p Tegelen,
L318b Tungelroy,
L271p Venlo),
kaartmouer (Q020p Sittard),
kaartmouwer (Q020p Sittard),
kaatmoor (Q211p Bocholtz, ...
Q121p Kerkrade,
Q116p Simpelveld),
käortmoor (Q193p Gronsveld),
Ss. sub kaart.
kaartmoor (L381p Echt/Gebroek),
Sub kaart.
kaartmoor (Q013p Uikhoven),
Sub kaarte.
kaartmoór (L289p Weert)
|
Fanatieke kaarter. || Hartstochtelijk kaartspeler. || Hartstochtelijke kaarter. || Iemand die graag en veel kaartspeelt. || Iemand die verlekkerd is op kaarten. || Iemand die verzot is op kaarten. || Iemand die verzot is op t kaartspel. || Kaartmaniak. || Man die verzot is op kaarten. || Verwoed kaartspeelster of -speler. || Verwoed kaartspeler, -speelster. || Verwoed kaartspeler. || Verwoede kaartspeler, -speelster. || Vrouw die verzot is op kaarten. || Zie kaartbòks [Iemand die verzot is op kaarten].
III-3-2
|
23180 |
verwoed kaarter add. |
verzot op kaarten:
Sub verzot: Hij is verzot op kaarten.
vərzoͅt op koͅuərtən (K278p Lommel)
|
Verzot op kaarten.
III-3-2
|
19190 |
verwonder staan (vewonderen) |
verwonderen:
verwoondere (L245a Castenray, ...
L211p Leunen,
L216p Oirlo,
L216a Oostrum,
L212a Smakt,
L210p Venray,
L244a Veulen)
|
verwonderen
III-1-4
|
19189 |
verwonderd staan (verwonderen) |
verwonderen:
verwoondere (L209p Merselo)
|
verwonderen
III-1-4
|
29642 |
verzakt spoor ophogen |
dompen:
dõmpǝ (L322a Nunhem),
dōmpǝ (Q095p Maastricht),
dǫmpǝ (Q121b Spekholzerheide),
omhoogrippen:
ǫm(h)ǫwxrepǝ (Q083p Bilzen),
opdompen:
op˱dompǝ (L290p Panningen),
ǫp˱dumpǝ (L322a Nunhem),
ǫp˱dõmpǝ (L210p Venray),
ǫp˱dǫmpǝ (L381p Echt),
ophogen:
ǫphyǝgǝ (Q111p Klimmen),
ǫphø̄̄ǝgǝ (L270p Tegelen),
opstoppen:
opstǫpǝ (L163a Milsbeek),
spoor lichten:
špōr lextǝ (L322a Nunhem),
špōr løxtǝ (Q020p Sittard)
|
[N 98, 57; monogr.]
II-8
|
28483 |
verzegeld broed |
bruin broed:
brun bro.t (L421p Dilsen),
brø̜jn brut (K317a Kerkhoven),
gesloten broed:
gesloten broed (L428p Born, ...
L294p Neer,
L244d Ysselsteyn),
gǝslōtǝ brōt (L371a Geistingen, ...
L381b Peij),
gǝslǫtǝ bruwǝt (P177p Zepperen),
gǝšloǝtǝ brut (Q113p Heerlen),
gǝšlǭtǝ brut (L333p Asenray / Maalbroek, ...
L384p Herkenbosch,
L329p Roermond),
gǝšlǭtǝ brōt (Q019p Beek, ...
Q197p Noorbeek,
Q197a Terlinden),
gesloten dop:
gesloten dop (L294p Neer),
(mv)
gǝšloǝtǝ døp (Q113p Heerlen),
gǝšlǭtǝ dø̜p (L330p Herten),
gesloten koninginnedop:
gǝšlǭtǝ kø̄neŋenǝdop (Q019p Beek),
grauw broed:
grauw broed (L416p Opglabbeek),
melkbroed:
mɛlkbrōt (Q197p Noorbeek, ...
Q197a Terlinden),
poptoestand:
poptuštant (Q019p Beek),
rijp broed:
ri.p brōt (L289p Weert),
toe broed:
tu brōt (L271p Venlo),
tǫw bryt (L414p Houthalen),
toeë dop:
tuwǝn dop (Q015p Stein),
(mv)
tuǝ dǫpǝn (K353p Tessenderlo),
verdekseld broed:
vǝrdeksǝlt brūt (Q253p Montzen),
verzegeld broed:
verzegeld broed (L428p Born, ...
L420p Rotem),
vǝrzēgǝlt˱ broǝt (Q002p Hasselt),
vǝrzēgǝlt˱ brut (L265p Meijel),
vǝrzēgǝlt˱ bruǝ.t (Q071p Diepenbeek),
vǝrzēgǝlt˱ bryt (L414p Houthalen),
vǝrzēgǝlt˱ brōt (Q009p Maasmechelen, ...
Q015p Stein),
vǝrzīgǝlt˱ brut (Q003p Genk)
|
Gesloten broed. Het stadium van het broed waarbij de larf volgroeid is. De cel wordt door de werkbijen afgedekt met zegelwas. De larf kan zich gaan verpoppen. [N 63, 25b; N 63, 20a; N 63, 23d; N 63, 23a]
II-6
|
28650 |
verzegelde honing |
gesloten honing:
gesloten honing (P177p Zepperen),
gezegelde honing:
gezegelde honing (L416p Opglabbeek, ...
P177p Zepperen),
gǝzēgǝldǝ hōneŋ (Q071p Diepenbeek),
gǝzīgǝldǝ huǝneŋ (Q003p Genk, ...
Q113p Heerlen),
korfhoning:
kø̜rfhuneŋ (L215a Wellerlooi),
opgedekte raat:
opgǝdęktǝ rǭt (Q197p Noorbeek, ...
Q197a Terlinden),
rijpe honing:
rijpe honing (L333p Asenray / Maalbroek, ...
L384p Herkenbosch,
K278p Lommel,
P177p Zepperen),
ripǝ honeŋ (L210p Venray),
rīpǝ hōneŋ (L381b Peij),
verzegelde honig:
vǝrzēgǝldǝ hø̜nex (K353p Tessenderlo),
verzegelde honing:
verzegelde honing (L333p Asenray / Maalbroek, ...
Q019p Beek,
L428p Born,
Q018p Geulle,
L330p Herten,
K317a Kerkhoven,
Q009p Maasmechelen,
L294p Neer,
Q015p Stein,
L270p Tegelen,
L271p Venlo),
vǝrze.gǝldǝ ho.neŋ (L421p Dilsen),
vǝrzēgǝldjǝ hu.neŋ (L289p Weert),
vǝrzēgǝldjǝn hōneŋ (L371a Geistingen),
vǝrzēgǝldǝ honeŋ (L246p Horst, ...
L265p Meijel),
vǝrzēgǝldǝ hø̄ǝneŋ (Q002p Hasselt),
vǝrzēgǝldǝ hōneŋ (L333p Asenray / Maalbroek, ...
L414p Houthalen,
L329p Roermond),
vǝrzęjgǝldǝ ǫwneŋ (P176p Sint-Truiden),
verzegelde raat:
vǝrzēgǝldǝ rǭt (L333p Asenray / Maalbroek),
vǝrzīgǝldǝ rǭt (Q197p Noorbeek, ...
Q197a Terlinden),
zegelhoning:
zegelhoning (L384p Herkenbosch),
zēgǝlhoneŋ (L244d Ysselsteyn)
|
Honing uit een verzegelde raat. Ten aanzien van het woordtype rijpe honing merkt de informant uit L 333 op dat men, wanneer een raampje voor twee-derde verzegeld is, de honing rijp mag noemen. [N 63, 114a; N 63, 113a; monogr.]
II-6
|
28479 |
verzegelen |
sluiten:
slātǝ (P107a Rummen),
verdekselen:
vǝrdeksǝlǝ (Q253p Montzen),
verzegelen:
verzegelen (L333p Asenray / Maalbroek, ...
L428p Born,
Q002p Hasselt,
K278p Lommel,
L372p Maaseik,
Q009p Maasmechelen,
K353p Tessenderlo),
vǝrziǝgǝlǝ (Q113p Heerlen),
vǝrzēgǝlǝ (Q019p Beek, ...
Q071p Diepenbeek,
L371a Geistingen,
Q018p Geulle,
L384p Herkenbosch,
L330p Herten,
L246p Horst,
L414p Houthalen,
K317a Kerkhoven,
L265p Meijel,
L416p Opglabbeek,
L381b Peij,
L329p Roermond,
Q015p Stein,
L374p Thorn,
L271p Venlo,
L210p Venray,
L289p Weert,
L215a Wellerlooi),
vǝrzēgǝlǝn (L421p Dilsen),
vǝrzęjgǝlǝ (P176p Sint-Truiden, ...
P177p Zepperen),
vǝrzīgǝlǝn (Q003p Genk, ...
Q177p Millen),
(voltooid deelwoord)
vǝrzīgǝlt (Q197p Noorbeek, ...
Q197a Terlinden),
zegelen:
zīgǝlǝn (Q177p Millen)
|
Het sluiten van de cellen door de werkbijen met een dekseltje van was. Dit sluiten of verzegelen gaat onmiddellijk vooraf aan het poppestadium van de larven. [N 63, 23a; Ge 37, 71]
II-6
|
21665 |
verzetten |
aan de man brengen:
ps. invuller heeft hierbij geen fonetische notering gegeven.
aan de man brengen (Q078p Wellen),
een grote afzet hebben:
ps. omgespeld volgens Frings.
eͅi nə grutən āfzeͅt (P174p Velm),
omzetten:
umgezatte (L289b Leuken),
Opm. "hae verzet gemiddeld vur doezend gölde per daag".
omzetten (L270p Tegelen),
Opm. betekent: veranderen van eigenaar.
umzetten (L295p Baarlo),
ps. letterlijk overgenomen (dus niet omgespeld!).
ōm zetten (Q014p Urmond),
ps. omgespeld volgens Frings.
omzeͅt (L416p Opglabbeek),
omzeͅtə (L422p Lanklaar, ...
L372p Maaseik,
L372p Maaseik,
L416p Opglabbeek),
ōmzeͅtə (L423p Stokkem),
umzɛtə (L420p Rotem),
ømzetə (Q209p Teuven),
opleveren:
opleveren (L326p Grathem),
opschorten:
opschorte (L271p Venlo),
ruisel (zn.):
roesjel (L331p Swalmen),
tegenhouden:
ps. omgespeld volgens Grootaers.
tēgəha͂ (P222p Opheers),
tegenop komen:
ps. omgespeld volgens Frings.
tēgənoͅp kōmə (L422p Lanklaar),
uitstellen:
uitstellen (Q094b Wolder/Oud-Vroenhoven),
van de hand doen:
ps. omgespeld volgens Frings.
van də hand dun (Q009p Mechelen-aan-de-Maas),
ps. omgespeld volgens Frings. Het -tekentje achter hand heb ik letterlijk overgenomen (of bedoelt invuller dit als een "glottishslag": ¿).
van də hand⁄ dōn (L371p Ophoven),
verkopen:
ps. omgespeld volgens Frings.
vərkupə (P051p Lummen),
verpanden:
(= verzette; eventueel naar de lommerd brengen).
verpanden (Q039p Hoensbroek),
verzetten:
verzetten (L326p Grathem),
(= omzetten van goederen).
verzette (Q101p Valkenburg),
(= verkoop trachten tegen te houden).
verzette (Q111p Klimmen),
(= verkopen met het doel een ander beest, met andere hoedanigheden daarvoor in de plaats te kopen.
verzĕĕtte (L290p Panningen),
(= zich tegen de prijs der goederen verzetten).
zich verzetten tège (Q028p Jabeek),
ps. invuller heeft hierbij geen fonetische notering gegeven.
verzetten (L426z Holtum),
ps. niet omgespeld!
verzĕtte (L292p Heythuysen),
ps. omgespeld volgens Frings.
hīəl wat vərzøtə (L360p Bree),
vərzēͅtə (Q002p Hasselt),
vərzeͅtə (Q071p Diepenbeek, ...
P048p Halen,
P050p Herk-de-Stad,
K278p Lommel,
P054p Spalbeek,
L368b Waterloos,
P044p Zelem),
vərzeͅtən⁄ (K278p Lommel),
zix vərzeͅtə (Q179p Zichen-Zussen-Bolder),
⁄vər⁄zēͅtə (K361a Boekt/Heikant),
ps. omgespeld volgens Frings. Het -tekentje heb ik letterlijk overgenomen.
vər⁄zeͅtən (L312p Neerpelt),
zich bedenken:
ps. omgespeld volgens Frings.
ex heͅp mex bədaxt (L416p Opglabbeek)
|
Betekenis en uitspraak van het werkwoord verzetten i.v.m. koop of verkoop? A.u.b. ook de uitspraak geven. [N 21 (1963)]
III-3-1
|
30460 |
verzinken |
doordrijven:
dōrdrīvǝ (Q018p Geulle, ...
Q015p Stein),
doorjagen:
dowǝrjǭgǝ (Q078p Wellen),
drijven:
drīvǝ (Q204a Mechelen),
indrijven:
edrīvǝ (Q121c Bleijerheide),
endrī.vǝ (L271p Venlo),
endrīvǝ (L387p Posterholt, ...
L385p Sint Odilienberg),
nagelen doorhouwen:
nē̜gǝl dø̜r(h)ōǝ (Q083p Bilzen),
nagels doorslagen:
nǭgǝls˱ dørslǭgǝ (K353p Tessenderlo),
nagels drijven:
nāgǝls˱ drīvǝ (L163p Ottersum),
verzinken:
vǝrzɛŋkǝ (L330p Herten)
|
Een spijkerkop met behulp van een drevel tot beneden het oppervlak van het hout indrijven. [N 54, 139a]
II-9
|