32012 |
verstekblokje |
gehrungsblokje:
jīruŋs˱blø̜ksjǝ (Q121c Bleijerheide),
verstekblokje:
vǝrstē̜k˱blø̜kskǝ (L271p Venlo),
vǝrstē̜k˱blękskǝ (Q083p Bilzen),
vǝrstęk˱blǫkskǝ (K353p Tessenderlo),
verstekhoekje:
vǝrstękhukskǝ (K317p Leopoldsburg
[(van metaal)]
),
verstekknab:
vǝrštɛkknap (Q204a Mechelen)
|
Werktuig, bestaande uit twee trapeziumvormige plankjes, die met behulp van een bout en vleugelmoer op een plank of lat vastgeklemd kunnen worden. Het verstekblokje wordt gebruikt met samen met een beitel om verstekken te steken. Zie ook afb. 119. Er bestaan verschillende uitvoeringen van het verstekblokje. Soms is het ook samengesteld uit drie plankjes die aan één zijde in verstek zijn afgezaagd. Volgens de respondent uit Leopoldsburg (K 317) was het verstekhoekje van metaal en diende het om verstekken af te schrijven. [N 53, 214c]
II-12
|
29941 |
verstekhaak |
binnenwinkelhaak:
benǝweŋkǝlhǭk (L315p Kleine-Brogel),
drie-/drijhaak:
drējhǭk (Q117p Nieuwenhagen
[(afbeelding b-c)]
, ...
Q118p Schaesberg
[(afbeelding b-c)]
),
drie-/drijhoek:
drihōk (L432p Susteren),
drēhōk (L360p Bree),
gehrungshaak:
gēruŋshǭk (Q119p Eygelshoven),
gerongshaak:
jēroŋshǫak (Q121p Kerkrade),
jēruŋshǫak (Q121c Bleijerheide),
groothaak:
gruǝthōǝk (P120p Alken),
haak:
hǭk (L282p Achel),
haak van vijfenveertig graden:
hōk ˲van vęjf˱ǝnvjǫtex ˲grōdǝ (P057p Kuringen),
hǭk ˲van vē̜vǝnvijǝʔex ˲grǭdǝ (K353p Tessenderlo),
ōk ˲van vif˱ǝnviɛrtex ˲grǭdǝ (Q011p Boorsem),
halve hoek:
halvǝn hōk (L320a Ell),
halve winkelhaak:
alǝvǝ wiŋkǝlōk (P176p Sint-Truiden),
halǝvǝ weŋkǝlhǭk (L270p Tegelen),
hoek:
hō.k (Q028p Jabeek),
punthoek:
pønthuk (L382p Montfort),
pønthūk (P176b Bevingen, ...
P176p Sint-Truiden),
schrage winkel:
šrɛ̄jǝ weŋkǝl (Q121p Kerkrade),
schrijfhaak:
šrifhǫak (Q203p Gulpen),
schuinse haak:
šø̜jnsǝ hǭk (Q193p Gronsveld),
spitse haak:
špetsǝ hǫak (Q117a Waubach),
spitshaak:
spets˱ǭk (P176p Sint-Truiden),
špetshǭk (Q111p Klimmen),
spitshoek:
spets˱ūk (P176p Sint-Truiden),
spitswinkel:
špetsweŋkǝl (Q020p Sittard),
špetswiŋkǝl (Q222p Vaals),
tumphaak:
tømphǭk (Q022p Munstergeleen),
verstekhaak:
vǝrstekhǭk (P219p Jeuk),
vǝrstēǝk˱ǭk (L424p Meeswijk),
vǝrstē̜.khwǫ ̝k (Q162p Tongeren),
vǝrstē̜k(h)uǝk (Q083p Bilzen, ...
Q083p Bilzen),
vǝrstē̜khok (Q004p Gelieren Bret),
vǝrstē̜khǭk (L381p Echt, ...
L382p Montfort,
L321p Neeritter,
Q015p Stein,
L271p Venlo),
vǝrstē̜ǝk(h)ǭǝk (P213p Niel-Bij-Sint-Truiden),
vǝrstękhǫak (Q018p Geulle),
vǝrstękhǭk (L426p Buchten, ...
L165p Heijen,
K317p Leopoldsburg,
L217p Meerlo,
L216a Oostrum,
L163p Ottersum,
L163p Ottersum,
L192a Siebengewald,
K353p Tessenderlo,
L289p Weert,
L213p Well),
vǝrstɛkhāk (K278p Lommel),
vǝrstɛkhē̜k (L318b Tungelroy),
vǝrstɛkhǭk (Q086p Eigenbilzen, ...
L320c Haler,
L369p Kinrooi,
Q204a Mechelen,
L265p Meijel,
L159a Middelaar,
L294p Neer,
L387p Posterholt,
L289p Weert,
L289p Weert),
vǝrstɛkhǭǝk (Q015p Stein),
vǝrstɛ̄khwǫk (Q077p Hoeselt),
vǝrstɛ̄k˱ǭk (Q012p Rekem),
vǝrštekhǭk (L331p Swalmen),
vǝrštē̜.khǭk (L270p Tegelen),
vǝrštē̜khǭk (L328p Heel, ...
L330p Herten,
L330p Herten,
Q111p Klimmen,
Q111p Klimmen,
Q204a Mechelen,
Q033p Oirsbeek,
L385p Sint Odilienberg,
L270p Tegelen),
vǝrštękhǭk (L434p Limbricht, ...
L299p Reuver),
vǝrštɛkhǫak (Q121c Bleijerheide, ...
Q121p Kerkrade),
vǝrštɛkhǭk (Q019p Beek, ...
L291p Helden,
L291p Helden,
L290p Panningen,
L299p Reuver,
Q099q Rothem
[(voor hoeken van 300 of 450)]
,
Q116p Simpelveld,
Q112z Ten Esschen),
vǝrštɛ̄khǫak (Q097p Ulestraten),
verstekhoek:
vǝrstɛkhōk (L289p Weert),
verstekhout:
vǝrštē̜khǫwt (Q019b Groot Genhout),
vǝrštękhǭt (L294p Neer),
verstelhaak:
vǝrstɛlhǭk (L321p Neeritter)
|
Een winkelhaak waarvan de benen onderling een hoek van 450 vormen. De verstekhaak wordt gebruikt om versteklijnen af te tekenen en om te controleren op haaksheid. Zie ook afb. 104 en het lemma ɛverstekhaakɛ in Wld II.9, pag. 10-11 en Wld II.11, pag. 57.' [N 53, 188; N E, 18a; monogr.] || Haak waarvan de armen een hoek van 450 vormen. De verstekhaak wordt gebruikt om hoeken van 450 af te tekenen. Zie ook het lemma "verstekhaak" in Wld II.9, pag. 10-11 en afb. 77. [N 33, 318e] || Haak waarvan de armen een hoek van 450 vormen. Zie ook afb. 3. [N 30, 13b; monogr.]
II-11, II-12, II-9
|
32060 |
verstekken |
(een) verstek maken:
vǝrstęk mākǝ (L163p Ottersum),
vǝrštɛk mākǝ (L387p Posterholt),
ǝ vǝrštē̜k mākǝ (Q204a Mechelen),
in het verstek maken:
ęn (h)ǝt ˲vǝrstē̜k mǭkǝ (Q083p Bilzen),
in het verstek zagen:
ęn (h)ǝt ˲vǝrstē̜k ˲zē̜gǝ (Q083p Bilzen),
in verstek maken:
en vǝrstēk mākǝ (Q018p Geulle),
en vǝrštē̜k mākǝ (L270p Tegelen),
in verstek werken:
e vǝrštɛk werkǝ (Q121c Bleijerheide),
in verstek zagen:
en vǝrštęk ˲zāgǝ (L299p Reuver),
op gehrung snijden:
op jīruŋ šnijǝ (Q121c Bleijerheide),
verstek zagen:
vǝrstęk ˲zǭgǝ (K317p Leopoldsburg, ...
K353p Tessenderlo),
vǝrštɛk ˲zē̜gǝ (L328p Heel),
verstekken:
vǝrstē̜kǝ (L271p Venlo),
vǝrštē̜kǝ (L330p Herten)
|
Het werkstuk in verstek brengen. [N 53, 203b]
II-12
|
32018 |
verstekklem |
hoekklem:
hōkklɛm (L270p Tegelen),
lijstenklammer:
līstǝklamǝr (Q121c Bleijerheide),
lijstenklem:
līstǝklɛm (L330p Herten, ...
L387p Posterholt,
L299p Reuver),
līstǝnklɛm (L421p Dilsen),
lijstklem:
līsklɛm (L387p Posterholt),
steekklem:
stēkklɛm (Q018p Geulle),
verstekklem:
vǝrstękklɛm (K317p Leopoldsburg),
vǝrštē̜kklɛm (Q204a Mechelen),
versteklijmtang:
vǝrstē̜klīmtaŋ (L271p Venlo),
verstekspanner:
vǝrstē̜kspanǝr (L271p Venlo)
|
Werktuig om in verstek bewerkte hoeken van lijsten na het lijmen vast te klemmen. Zie ook afb. 123. [N 53, 220b-c]
II-12
|
32011 |
verstekschaafblok |
kroonlijstenklem:
krūǝnlīstǝklɛm (L271p Venlo),
stootblok:
štūǝs˱blǫk (Q121c Bleijerheide),
verstekblok:
vǝrštē̜.k˱blǫk (L330p Herten),
vǝrštē̜k˱blǫk (Q020p Sittard
[(meervoud: vǝrštē̜k˱blø̜k)]
),
vǝrštęk˱blǫk (L329p Roermond),
versteklade:
vǝrštē̜.klā. (Q020p Sittard),
verstekschroef:
vǝrstē̜kšrūf (Q083p Bilzen)
|
Werktuig in de vorm van een langwerpig blok waarop twee driehoekige blokjes zijn bevestigd, waartussen het te bewerken stuk hout vastgeklemd kan worden. In de verstekschaafblok vastgezette werkstukken kunnen langs de schuine zijde van het blok in verstek geschaafd worden. Zie ook afb. 118. [N 53, 214b; monogr.]
II-12
|
32059 |
verstekverbinding met vaste pen |
gehrung met tap:
jīruŋ met tsap (Q121c Bleijerheide),
onzichtbaar verstek:
unzix˱bǭr vǝrstęk (Q078p Wellen),
open verstekverbinding:
ǭpǝ vǝrstē̜k˲vǝrbendeŋ (L271p Venlo),
pen-en-gat met verstek:
pen ɛn gāt męt ˲vǝrštē̜k (L385p Sint Odilienberg),
pɛn ɛn gāt męt ˲vǝrstē̜k (Q015p Stein),
scheerverbinding met verstek:
šērvǝrbenjeŋ męt ˲vǝrštęk (L329p Roermond),
šīǝrvǝrbenjeŋ męt ˲vǝrštē̜k (L376p Linne),
verstek:
vǝrstɛk (L163p Ottersum),
vǝrštɛk (L387p Posterholt),
verstek met pen:
vǝrštɛk met pɛn (L387p Posterholt),
versteklas:
vǝrštɛ̄kleš (Q204a Mechelen)
|
Houtverbinding, waarbij de delen met behulp van pen en gat aan elkaar bevestigd worden. Zie ook afb. 145. Deze verbinding is steviger dan een gewoon verstek. [N 54, 57a]
II-12
|
31757 |
verstekzaagmachine |
gehrungszeeg:
jīruŋs˲zē̜ǝx (Q121c Bleijerheide),
lijstenzeeg:
līstǝzē̜x (L328p Heel),
verstekzaag:
vǝrstē̜k˲zāx (L271p Venlo),
vǝrstęk˲zǭx (K317p Leopoldsburg, ...
K353p Tessenderlo),
vǝrštē̜k˲zāx (L270p Tegelen),
vǝrštęk˲zāx (L299p Reuver),
verstekzeeg:
vǝrstiǝ.k˲ziǝx (Q002p Hasselt),
vǝrstēk˲zēx (Q071p Diepenbeek, ...
Q095p Maastricht),
vǝrstēk˲zē̜x (L421p Dilsen),
vǝrstē̜k˲zē̜x (Q083p Bilzen),
vǝrstęk˲zē̜x (Q018p Geulle),
vǝrštē̜k˲zē̜x (L330p Herten, ...
L387p Posterholt),
vǝrštɛk˲zē̜x (L328p Heel, ...
Q204a Mechelen)
|
Zaag die gemonteerd is in een ijzeren constructie met geleiders en in verschillende hoekstanden geplaatst kan worden. De verstekzaagmachine wordt gebruikt om verstekken te zagen. Zie ook afb. 16. [N 53, 12; monogr.]
II-12
|
33394 |
verstelbaar luik boven de varkenstrog |
barreer:
barēr (Q209p Teuven),
bredertje:
brērkǝ (Q011p Boorsem),
deksel:
deksǝl (Q158p Riksingen),
dęksǝl (L371p Ophoven),
deur van varkensbak:
dø̄r van vɛrkǝs˱bak (L312p Neerpelt),
deurtje:
dei̯ǝrkǝ (Q072p Beverst),
deurtje van de trog:
dø̄rkǝ van dǝn trōx (Q088p Lanaken),
gat:
gāt (P048p Halen),
grendel:
gręndǝl (Q211p Bocholtz),
gril:
gril (Q180p Mal),
grilǝ (L326p Grathem),
klap:
klap (L295p Baarlo, ...
L291p Helden,
L270p Tegelen),
klep:
klɛp (L215p Blitterswijck, ...
Q035p Brunssum,
P048p Halen,
L163a Milsbeek,
L382p Montfort,
L163p Ottersum,
Q094b Wolder / Oud-Vroenhoven / Wiler),
(mv)
klɛpǝ (L429p Guttecoven),
korf:
kø̄rf (Q204a Mechelen),
lid:
let (L164p Gennep),
luik:
lu.k (L294p Neer, ...
L290p Panningen),
luuk (L372p Maaseik),
luu̯k (L420p Rotem),
lūk (L320a Ell, ...
L330p Herten,
L321p Neeritter,
L329p Roermond,
L378p Stevensweert,
L271p Venlo,
L244d Ysselsteyn),
meelplank:
mē̜ ̞lplāŋk (Q177p Millen),
plank:
plaŋk (K361a Boekt Heikant, ...
K317p Leopoldsburg,
Q033p Oirsbeek,
Q032a Puth,
L420p Rotem,
L423p Stokkem),
regelaar:
rēgǝlęr (Q178p Val-Meer, ...
Q179p Zichen-Zussen-Bolder),
riester:
rēstǝr (L368b Waterloos),
schedel:
sxē.gǝl (P044p Zelem),
sxēi̯ǝl (K358p Beringen),
sxēǝǝl (K357p Paal),
schedel van een trog:
sxēl vān ǝn trōx (K358p Beringen),
schuif:
šȳf (Q032a Puth),
šø̜i̯f (Q193p Gronsveld),
slag:
slāx (Q009p Maasmechelen, ...
Q096c Neerharen),
slagdeur:
slax˱dø̄r (P051p Lummen),
sleuf:
slø̜i̯f (P222p Opheers),
trogdeur:
trōxdø̜̄r (Q007p Eisden),
troggat:
trox˲gāt (Q095p Maastricht),
trogluik:
trōxlūk (L422p Lanklaar),
trogplank:
troxplaŋk (P045p Meldert),
trogschedel:
troxsxēl (K358p Beringen),
trogschuif:
trǫxsē̜ ̞i̯ǝf (P055p Kermt),
val:
fāl (Q170p Grote-Spouwen),
val (K314p Kwaadmechelen),
valdeur:
valdø̄r (K318p Berverlo, ...
Q007p Eisden),
vaǝldø̄ǝr (L352p Hechtel),
varkensdeur:
vɛrkǝs˱dīr (L416p Opglabbeek),
varkensklappe:
vē̜ ̞rkǝsklapǝ (L266p Sevenum),
varkensluik:
vɛrǝkǝslūk (L211p Leunen),
varkensschot:
vɛ̄rǝkǝsšǫ.t (Q187a Heugem),
voederklep:
vui̯ǝrklęp (Q071p Diepenbeek),
voederkot:
vø̜̄i̯ǝrkyt (Q093p Rosmeer),
voerdeur:
vōrdīǝr (L360p Bree),
vūrdø̄r (L312p Neerpelt),
voerklep:
vōrklęp (L269p Blerick, ...
L269a Hout-Blerick,
Q022p Munstergeleen),
voerluik:
vōrlȳk (L317p Bocholt, ...
L316p Kaulille),
vōrlūk (L290a Egchel, ...
L322p Haelen,
L331p Swalmen,
L270p Tegelen)
|
Boven de varkenstrog bevond zich vaak een verstelbaar voerluik. In L 360 kende men geen luik maar een scherm in de vorm van een rechtopstaande plank. [N 5A, 60e]
I-6
|
31927 |
verstelbare centerboor |
centerboor:
sɛntǝrbǭr (Q204a Mechelen),
verstelbare boor:
verstelbare boor (L421p Dilsen),
vǝrstęlbārǝ bǭr (L163p Ottersum),
vǝrštelbār bǭr (L387p Posterholt),
vǝrštęlbārǝ bǭr (L299p Reuver),
vǝrštɛlbār bǫar (Q121c Bleijerheide),
verstelbare centerboor:
verstelbare centerboor (K317p Leopoldsburg),
vǝrstęlbārǝ sɛntǝrbǭr (L271p Venlo),
verstelbare houtboor:
vǝrštɛlbārǝ hǫwt˱bǭr (L330p Herten),
verstelboor:
vǝrstęlbōr (Q018p Geulle),
vǝrštęlbūǝr (L328p Heel)
|
Een boorijzer met een verstelbaar mesje waardoor geboord kan worden met diverse diameters zonder dat de boor verwisseld hoeft te worden. Zie ook afb. 75. [N 53, 172]
II-12
|
31536 |
verstelbare moersleutel |
bahco-sleutel:
bākoslø̜tǝl (L321p Neeritter),
bākošlȳǝtǝl (Q117p Nieuwenhagen, ...
Q118p Schaesberg),
bākošløsǝl (Q121c Bleijerheide, ...
Q121b Spekholzerheide),
engelander:
eŋǝlɛndǝr (L164p Gennep, ...
Q113p Heerlen,
L165p Heijen,
L163a Milsbeek,
L163p Ottersum,
Q121b Spekholzerheide,
L163b Ven-Zelderheide),
eŋǝlɛnjǝr (L331p Swalmen),
ɛŋǝlɛndǝr (Q121c Bleijerheide, ...
Q121a Chevremont,
Q121d Haanrade,
Q121e Kaalheide,
Q121p Kerkrade
[(oud -- vergelijk afbeelding 199c)]
,
Q121b Spekholzerheide),
̇ęjŋǝlɛndǝr (Q193p Gronsveld),
engelse sleutel:
eŋǝlsǝ slȳtǝl (L289p Weert),
eŋǝlsǝ slø̜tǝl (L165p Heijen, ...
L414p Houthalen,
Q095p Maastricht,
L321p Neeritter,
L423p Stokkem),
eŋǝlsǝ šlȳǝtǝl (Q112z Ten Esschen),
eŋǝlsǝ šlø̜tǝl (L291p Helden, ...
L330p Herten,
L290p Panningen,
L299p Reuver),
eŋǝlšǝ šlyǝtǝl (Q111p Klimmen),
eŋǝlšǝ šlø̜tǝl (Q099q Rothem),
ęŋǝlsǝ sliǝtǝl (Q083p Bilzen, ...
Q005p Zutendaal),
ęŋǝlsǝ sløtǝl (Q071p Diepenbeek),
ęŋǝlsǝ slø̜tǝl (Q018p Geulle, ...
L217p Meerlo,
L159a Middelaar,
L382p Montfort,
L216a Oostrum,
L371p Ophoven,
L192a Siebengewald,
L213p Well),
ęŋǝlsǝ slē.tǝl (Q002p Hasselt),
ęŋǝlsǝ sniǝtǝl (Q083p Bilzen),
ęŋǝlsǝ šlȳǝtǝl (Q117p Nieuwenhagen, ...
Q118p Schaesberg),
ɛŋǝlsǝ sljętǝl (Q086p Eigenbilzen),
ɛ̃ŋǝlsǝ slø̜tǝl (K353p Tessenderlo),
engelse sleuter:
ęŋǝlsǝ sløtǝr (P219p Jeuk),
hollandse sleutel:
hǫlǝnšǝ šlø̜tǝl (L330p Herten),
ijzeren sleuter:
ęjzǝrǝ slø̜jtǝr (P176b Bevingen),
klauwsleutel:
klǫwšlø̜tǝl (L330p Herten),
schroefsleutel:
šrufšløsǝl (Q121p Kerkrade
[(oud -- vergelijk afbeelding 199c)]
),
sleutel met schroef:
sniǝtǝl męt šrūf (Q083p Bilzen),
tandsleutel:
tantjslø̜tǝl (L321p Neeritter),
tantslȳtǝl (L289p Weert),
tantslø̜tǝl (L382p Montfort),
tantšlyǝtǝl (Q111p Klimmen),
tsaŋkšløsǝl (Q116p Simpelveld),
tandsleuter:
tāntslø̜jtǝr (P176b Bevingen),
verstelbare sleutel:
vǝrštɛlbārǝ šløsǝl (Q121b Spekholzerheide),
verstelsleutel:
vǝrštɛlšløsǝl (Q116p Simpelveld)
|
sǝl Q 116; verstelbare sleutel: vǝrštɛlbrǝ šløsǝl Q 121b; ijzeren sleuter: ęjzǝrǝ slø̜jtǝr P 176b; %%B de volgende opgaven betreffen het oudere type Engelse sleutel -- vergelijk afbeelding 199a-d%% engelse sleutel: e' [N 33, 300a; N 33, 300d; N 64, 78b; monogr.]
II-11
|