e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
lubberen slobberen: šlø̜bǝrǝ (Nieuwstadt) Te ruim zitten of vallen van een kledingstuk. [N 62, 26c] II-7
luchbel blaasjes op het water: bloeskes op het water (Amby) bobbelen [ZND 01 (1922)] III-4-4
lucht- of waterslang schlauch: šlūx (Kelmis) Algemene benaming voor een lucht- of waterslang. [monogr.] II-4
luchtafsluiter ventiel: vęntil (Kelmis) Voorziening aan de luchtleidingen waarmee men, door aan een knop te draaien, de luchttoevoer kon afsluiten. [monogr.] II-4
luchtballon ballon: ballon (Geleen, ... ), ballong (Gulpen, ... ), bellong (Hoeselt), belloon (Bunde), bellón (Blerick), beloen (Oirsbeek), blon (Heerlerbaan/Kaumer), blôn (Swalmen), bàllòn (Heel, ... ), bàllón (Venlo), bàllóng (Heerlen), bàlòn (Loksbergen), bôon (Swalmen), bəlong (Diepenbeek), d’n ballón (Venray), Algemene opmerking v.d. invuller: in het Meerlos dialect bestaat geen uitgangs "n"!  ballon (Meerlo), Opm. v.d. invuller: met de "e"van Fr. le.  bellôn (Ell), Opm. v.d. invuller: zeppelin = eine seppelien.  ballon (Herten (bij Roermond)), ps. omgespeld volgens Frings!  bəloŋ (Houthalen), ps. omgespeld volgens RND!  bəlon (Meeuwen), luchtbal: lobal (Maastricht), lochbal (Maastricht), lochbol (Maastricht), log-bal (Schinnen), logbal (Maastricht), lŏĕfbal (Epen), luchbal (Susteren), Algemene opmerking bij deze vragenlijst: deze lijst heb ik letterlijk, zoals invuller het genoteerd heeft overgenomen!  lòchbààl (Maastricht), luchtballon: leugballon (Wijlre), leugblon (Sevenum), loch ballon (Schimmert), lochballon (Amby, ... ), lochballón (Noorbeek), lochbalon (Maastricht), lochbəlon (Urmond), lochtballon (Montfort, ... ), loegballōēn (Guttecoven), lofballon (Eys), lofballong (Vijlen), logballon (Maastricht, ... ), logballòn (Geulle), logtballon (Thorn), loojt-ballon (Mheer), lōgbaalón (Roermond), luch-ballon (Sevenum), luchballon (Doenrade, ... ), luchballòn (Echt/Gebroek), luchbellon (Blerick), luchbelon (Blerick, ... ), lucht ballon (Born), luchtballon (Bree, ... ), luchtballôn (Oirlo), luchtbalon (Ospel), luchtbelon (Tungelroy), luchtblôn (Venray), luchtbàllón (Gennep), lugballon (Maasniel, ... ), lugbalôn (Montfort), lugtballon (Meijel), lŭch-ballon (Schimmert), lòchbəllóng (As), lòchbəlòn (Maastricht), lóchballon (Sittard), lóchballón (Klimmen), lóchbàllóng (Heerlen), lóchbəllon (Susteren), lófbalong (Kerkrade), lôchballon (Maasbree), lôgballon (Melick), löchballon (Lutterade), (v.).  l‧øx˂bal‧oͅn (Eys), Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller noteert bij spellingssysteem: WBD-WLD, behalve je = dj.  lógtbəlōēn (Opglabbeek), Algemene opmerking: heb deze vragenlijst letterlijk overgenomen, dus zoals invuller het genoteerd heeft!  lŏŏfbàllong (Nieuwenhagen), luchtmachine: lóchmasjien (Sittard), luchtschip: lochsjeep (Maastricht), lóchsjip (Heerlen), Algemene opmerking: heb deze vragenlijst letterlijk overgenomen, dus zoals invuller het genoteerd heeft!  lŏŏfsjĭp (Nieuwenhagen), zeppelin: Van Dale: zeppelin (Hd.), 1. luchtschip, bestuurbare luchtballon in sigaarvorm zoals uitgevonden door graaf Zeppelin (1838-1917).  zeppəlien (Kapel-in-t-Zand) een ballon die kan opstijgen met een mand eronder om personen te vervoeren [ballon, luchtbal, luchtbol, luchtschip] [N 90 (1982)] III-3-1
luchtbel bel: bē̜l (Kerkrade), bęl (Munstergeleen, ... ), bɛ ̝l (Rekem), bɛl (Helden, ... ), belletje: bø̜lǝʔǝn (Lommel), bɛlkǝ (Eys), blaas: blǫas (Sittard), blaasje: bløskǝ (Diepenbeek), blø̜̄skǝ (Rothem), drup: drøp (Alken, ... ), kwik: kwek (Genk, ... ), kwik (Koersel), kwikbel: kwek˱bɛl (Heugem), libel: libɛl (Kerkrade, ... ), lǝbɛl (Rumpen, ... ), lochtbal: loxt˱bal (Bevingen), lochtbel: lox˱bɛl (Boorsem, ... ), lōx˱bɛl (Beek, ... ), lǫx˱bɛl (Bilzen, ... ), loftbel: lof˱bɛl (Heerlen), loodbel: luǝt˱bęl (Heythuysen), luchtbel: luchtbel (Belfeld, ... ), løxt˱bɛ̄l (Lommel), lø̄xt˱bɛ̄l (Meijel), maantje: mø̜̄nkǝ (Ell), mø̜nkǝ (Weert), oog: ūx (Kuringen), ǫwx (Panningen), waarzegger: wǭrzęgǝr (Venray), waterbel: wātǝrbɛl (Jabeek, ... ), waterpasbel: wātǝrpas˱bɛl (Susteren) De luchtbel in de vloeistof van de waterpas. [N 30, 12b; monogr.] II-9
luchtbel in water bel: bel (Beesel, ... ), belle (Kerkrade, ... ), bèl (Loksbergen, ... ), bèlle (Sevenum), (mv.).  bèllə (Meijel), belletje: belke (Weert), blaar: blaor (As), blaore (Ell), bloarə (Reuver), blaas: blaos (Amby, ... ), blaoze (Ittervoort), blouws (Jeuk), blwos (Hoeselt), v.  bl‧oͅas (Eys), blaasje: bljeuske (Hoeselt), bläoske (Amby), bläöskes (Klimmen), blööskes (Venlo), bobbel: bobbel (Born, ... ), bobbəl (Montfort), bobəl (Meeuwen), boebbəl (Beesel), boebel (Doenrade, ... ), bŏĕbbəl (Heerlen, ... ), bŏĕbəl (Heel, ... ), bòbbel (Echt/Gebroek, ... ), bòbbəl (Maastricht, ... ), bóbbel (Bree, ... ), bôbbel (Schimmert), borrelend lok: de borrelende loch (Maastricht), brobbel: braobəl (Diepenbeek), brobbel (Eksel, ... ), brobbəl (Montfort), broebel (Blerick, ... ), broebels (Maasbree), brŏbbel (Geleen), brubbel (Ten-Esschen/Weustenrade), bròbbel (Maastricht), bróbbel (As), bróbbele (Maastricht), bróbbelen (Stein), bröbbele (Lutterade), broes: broees (Weert), bubbel: (bug)bél (Roermond), bubbel (Swalmen), gasbel: gaahsbel (Herten (bij Roermond)), gaasbelle(n) (Velden), kral: də krààl (Maastricht), kral (Waubach), krállə (Epen), luchtbel: loch bel (Maasniel), lochbel (Klimmen, ... ), loechtbel (Merkelbeek), log bel (Maastricht), lŏŏfbèl (Nieuwenhagen), lòchtbèl (As), lóchbèl (Susteren), lócht bel (Grathem, ... ), lôchbel (Herten (bij Roermond)), v.  lo.f˂b‧ɛl (Eys), luchtbelletje: loehtbelke (Weert), sprong: (in beek).  spreung (Meijel), walm: walm (Maastricht, ... ), wel: n wel (Montfort), wal (Mheer), wa͂l (Gulpen), wel (Brunssum, ... ), wèl (Meijel), zwaam: sjwaam (Vijlen) bobbel || de opborrelende lucht- of gasbel in een vloeistof [wal, wel, brobbel, bobbel] [N 91 (1982)] III-4-4
luchtcirculatie doorstroming: doorstroming (Thorn  [(Maurits)]   [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]), lochtcirculatie: loxserkylāsi (Eisden  [(Eisden)]  , ... [Domaniale]  [Eisden]), loftcirculatie: lo.fserkǝlāsi (Nieuwstadt  [(Maurits)]   [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]), loftserkǝlāsi (Kerkrade  [(Domaniale)]   [Maurits]), lufserkylāsi (Chevremont  [(Julia)]  , ... [Domaniale]  [Julia]), lufserkylāšǝ (Klimmen  [(Oranje-Nassau I / III / IV)]   [Maurits]), loftzirkulation: loftserkǝlatsiuǝn (Bleijerheide  [(Domaniale)]   [Zwartberg, Waterschei]), loftsirkulatsiuǝn (Bleijerheide  [(Domaniale)]  , ... [Domaniale]  [Domaniale]), luchtcircuit: ǫxtserkwi (As  [(Zwartberg / Waterschei)]   [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]), luchtcirculatie: luchtcirculatie (Genk  [(Winterslag / Waterschei)]   [Maurits]), løxserkǝlāsi (Buchten  [(Maurits)]   [Eisden]), trek: tręk (Nieuwenhagen  [(Oranje-Nassau II / Emma / Hendrik)]   [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]), trɛk (Geleen  [(Maurits)]   [Oranje-Nassau II, Emma, Hendrik]), trekken van de lucht: trękǝ van dǝ lox (Heerlerheide  [(Oranje-Nassau I-IV)]   [Emma, Maurits]), trękǝ van dǝ lø̄xt (Meijel  [(Emma / Maurits)]   [Maurits]), ventilatie: ventilatie (Heerlen  [(Oranje-Nassau I-IV)]   [Maurits]) De circulatie van de lucht door de ondergrondse werken. [N 95, 210] II-5
luchtcompressor luftcompressor: luftkompręsǝr (Kelmis) Machine die bovengronds de perslucht produceerde die door middel van leidingen naar het ondergrondse mijnbedrijf werd gevoerd. [monogr.] II-4
luchtdeur deur: deur (Lanklaar  [(Eisden)]   [Eisden]), dø̄.r (Zolder  [(Zolder)]   [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]), dø̄r (Eisden  [(Eisden)]   [Zolder]), lochtdeur: loxtdø̄r (Thorn  [(Maurits)]   [Zwartberg, Waterschei]), ǫxtdīr (As  [(Zwartberg / Waterschei)]   [Maurits]), loftdeur: lofdȳr (Bleijerheide  [(Domaniale)]  , ... [Oranje-Nassau II, Emma, Hendrik]  [Domaniale]), lofdȳǝr (Kerkrade  [(Wilhelmina)]  , ... [Maurits]  [Wilhelmina]), lofdø̄r (Nieuwstadt  [(Maurits)]   [Domaniale]), lufdȳr (Brunssum  [(Emma / Hendrik / Wilhelmina)]   [Maurits]), lufdȳǝr (Klimmen  [(Oranje-Nassau I / III / IV)]   [Emma, Hendrik, Wilhelmina]), lufdø̄r (Chevremont  [(Julia)]  , ... [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]  [Julia]), luchtdeur: luchtdeur (Genk  [(Winterslag / Waterschei)]   [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]), løxdø̄r (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Maurits]), luchtsluisdeur: ø̄xtslø̄šdør (Meijel  [(Emma / Maurits)]   [Zwartberg, Eisden]), sas: sas (Rekem  [(Zwartberg / Eisden)]   [Wilhelmina]), sluisdeur: šlūsdȳr (Oirsbeek  [(Emma)]   [Emma, Maurits]), wetterdeur: w ̇ɛtǝrdy.ǝr (Eys  [(Oranje-Nassau I / III / IV)]   [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]), wętǝrdȳr (Heerlerheide  [(Oranje-Nassau I-IV)]   [Emma]), wętǝrdȳǝr (Heerlen  [(Oranje-Nassau I-IV)]  , ... [Oranje-Nassau II, Emma, Hendrik]  [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]  [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]), wętǝrdø̄r (Kelmis, ...  [Maurits]), wętǝrdø̄ǝr (Thorn  [(Maurits)]   [Maurits]), wɛtǝrdyǝr (Bleijerheide  [(Domaniale)]  , ... [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]  [Domaniale]), wɛtǝrdȳr (Kerkrade  [(Domaniale)]  , ... [Willem-Sophia]  [Laura, Julia]  [Eisden]  [Domaniale]), wɛtǝrdø̄r (Buchten  [(Maurits)]  , ... [Maurits]  [Emma]), windpassette: wentpasɛt (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Emma]) Deur die ondergronds voor de luchtschacht was aangebracht en waarmee de ventilatie geregeld kon worden. [monogr.] || Houten of ijzeren deur waarmee de luchtstroom ondergronds geregeld kan worden. [N 95, 214; monogr.; Vwo 485; Vwo 862] II-4, II-5