e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
ozelachtig druilerig en koud weer:   ozel-echtig (Oirlo, ... ), guur, kil en schraal weer:   ozelaechteg (Castenray, ... ), ozelaechtig (Venray), (dit is een variant van ozelaechteg).  oeëzelaechteg (Castenray, ... ) III-4-4
ozelduifje duif uit het laatste nest van het jaar: Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook bijlagevellen met (eventuele) aanvullingen en diverse toelichtingen.  én oozelduufke (Wanssum) III-3-2
ozelen ellende (lijden): cf. Venlo WB p. 207 s.v. "ozelen"= 1. armoede en gebrek lijden; 2. kou lijden  ōōzələ (Roermond), huiveren: Vgl. Venloos Woordenboek: ozelig: huiverig [ozele: (bet.2) kou lijden].  ozele (Venlo), moeilijk vooruitkomen:   ózele (Baarlo) III-1-2, III-1-4
ozelig ellendig: cf. Venlo WB p. 207 s.v. "ozelig"= huiverig  ozelig (Heel), fris weer:   oozelig wear (Boekend), oozelìeh (Reuver), oozəlig (Tegelen), ozelig waer (Venlo), huiverig:   ozelig (Venlo), Vgl. ozelig weer; ozele = (bet.2) kou lijden.  ozelig (Venlo), motregen, fijne regen: men zegt dit als t daarbij koud is.  ’t is ozelig (Herten (bij Roermond)), onwel:   oozəllich (Grevenbicht/Papenhoven), verkleumd:   ozelig (Venlo), òzelig (Baarlo) III-4-4
ozelig (weer) guur, kil en schraal weer:   oezelig wêêr (Bergen), oozelig waer (Reuver), oozəlich (Venlo), ozelig (Roermond), (dit is een variant van ozelaechteg).  ozeleg (Castenray, ... ), Brrr, t is zoe.r én oozelig wèèr vandaag. Ik vuul mien mar oozelig.  oozelig (Gennep, ... ), koud, mistig en somber weer:   ozelich (Beesel), ozelig (Swalmen), ozelig waer (Blerick) , III-1-2, III-1-4, III-4-4
ozelig koud guur, kil en schraal weer:   oozəlig káát (Kapel-in-t-Zand) III-4-4
ozelig weer druilerig en koud weer:   oozelig waer (Venlo), ozelich wèr (Beesel) III-4-4
ozeltje klein stukje vlees of kaas: Syst. WBD Nee, wel euzelke voor een klein, ziekelijk iemand.  euzelke (Herten (bij Roermond)), kleinste dier van het nest:   euzelke (Maasbree), cassettebandje  euzelke (Meijel, ... ), soep van ingewanden: Syst. Veldeke Alg.: get wat hiel petièterig, ermzielig is. Sjtamwaord van b.n. = ozel: ermood, kèlt, ermzieligheid. "vergaon van ozel"is e laevend waord.  euzelke (Tegelen), zwak en mager persoon:   euzelke (Swalmen), Algemene opmerking (geldt voor de gehele vragenlijst):  en ö.zelke (Panningen) III-1-1, III-2-3, III-4-2
ozelzak zwak en mager persoon: mann.  oozelzak (Tegelen) III-1-1
ozie wenkbrauw: WNT: oozie, Het gedeelte van het dak dat over den muur uitsteekt, en het regenwater afwerpt.  euzen (Helchteren) III-1-1