30359 |
oplegslot |
dag- en nachtslot:
dāx˱ ęn naxslǭt (Q015p Stein),
frans slot:
frãns slot (K353p Tessenderlo),
kastenslot:
kastǝšlǫt (Q204a Mechelen),
kastǝšlǭs (Q121c Bleijerheide),
kelderdeurslot:
kaldǝrdiǝrslūǝt (Q083p Bilzen),
opdekslot:
ǫp˱dękšlǭt (L330p Herten),
oplegslot:
oplęqslǭt (Q015p Stein),
oplęqšlǭt (L385p Sint Odilienberg),
oplęxslǫt (L163p Ottersum),
ǫpleqšlǭt (L387p Posterholt),
opschroefslot:
ǫpsxrū.fslǭt (L271p Venlo),
slot voor dag en nacht:
šlǭt ˲vø̄r dāx˱ ęn nax (L385p Sint Odilienberg)
|
Slot dat aan de binnenzijde van een deur op de deurstijl wordt geschroefd. Over het 'Frans slot' merkt Zwiers I op pag. 402 op: ø̄Het doet dienst als dag- en nachtslot, en is daartoe voorzien van drie schotels of schieters. Des nachts worden alleen de twee uiterste schotels gebruikt, welke in werking treden door het tweemaal omdraaien van den sleutel. Bij éénmaal omdraaien springt alleen de middelste schieter terug, die aan de binnenzijde aan den knop, welke zich ter rechterzijde van het slot bevindt, kan worden teruggetrokken, zonder dat van den sleutel behoeft te worden gebruik gemaakt.ø̄ [N 54, 102]
II-9
|
27701 |
opleidingsgebouw |
b.v.s.:
b.v.s. (L426p Buchten
[(Maurits)]
[Maurits]),
de opleiding:
de opleiding (Q015p Stein
[(Maurits)]
[Maurits]),
dǝ oplęjeŋ (L433p Nieuwstadt
[(Maurits)]
[Eisden]),
leslokaal:
lę.slo.k˙āl (Q202p Eys
[(Oranje-Nassau I / III / IV)]
[Eisden]),
lɛslokāl (Q121c Bleijerheide
[(Domaniale)]
, ... [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]
Q111p Klimmen
[(Oranje-Nassau I / III / IV)]
[Domaniale]),
op de b.v.s.:
op˲ dǝ [b.v.s.] (Q202p Eys
[(Oranje-Nassau I / III / IV)]
[Maurits]),
opleidingsgebouw:
opleidingsgebouw (Q121a Chevremont
[(Julia)]
[Maurits]),
oplęjdeŋsgǝbuw (L374p Thorn
[(Maurits)]
[Maurits]),
oplę̄deŋsgǝbǫw (Q113p Heerlen
[(Emma)]
[Maurits]),
ǫplęjdeŋsgǝbu (Q021p Geleen
[(Maurits)]
[Emma]),
opleidingzaal:
opleidingzaal (L422p Lanklaar
[(Eisden)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]),
t.w.i.:
t.w.i. (Q007p Eisden
[(Eisden)]
[Zwartberg, Eisden]),
t.w.i.-lokaal:
t.w.i.-lokaal (Q012p Rekem
[(Zwartberg / Eisden)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV])
|
Plaats waar men de aankomende mijnwerker in het vak schoolt. Met de afkorting T.W.I. wordt bedoeld "Training Works Instructions". De Bovengrondse Vakschool, de B.V.S., leidde op tot bankwerker en elektricien (Kemp pag. 35). [N 95, 24; N 95, 24 add.]
II-5
|
34356 |
opleppen |
aanleppen:
ānlɛpǝ (Q009p Maasmechelen),
bet de fles optrekken:
bę dǝ flẽ̜s optrękǝ (Q156p Borgloon),
bet melk grootbrengen:
bē̜ męlǝk xrūdbręŋǝ (P213p Niel-Bij-Sint-Truiden),
de fles geven:
dǝ flɛš gē̜vǝ (L432p Susteren),
een bag zelf trekken:
ǝ bak zɛlf trękǝ (Q197p Noorbeek, ...
Q197a Terlinden),
grootbrengen:
grǭtbręŋǝ (L373p Roosteren),
groottrekken:
gruttrøkǝ (L420p Rotem),
grøu̯ttrekǝ (Q178p Val-Meer),
laten zuiken:
latǝ zukǝ (L360p Bree),
lebberen:
lębǝrǝ (K361a Boekt Heikant),
met de fles optrekken:
met dǝ flęs ǫptrękǝ (L360p Bree),
met dǝ flɛs optrɛkǝ (Q197p Noorbeek),
met de lots optrekken:
męt dǝ lotš optrękǝ (Q097p Ulestraten),
met melk aantrekken:
met mɛlǝk āntrękǝ (Q111p Klimmen),
opfokken:
opfǫkǝ (L322p Haelen),
oplappen:
oplapǝ (Q198b Oost-Maarland),
oplebberen:
oplɛbǝrǝ (P186p Gelinden, ...
P197p Heers,
L330p Herten),
opleppen:
oplɛpǝ (L245a Castenray, ...
L164p Gennep,
L211p Leunen,
L265p Meijel,
L209p Merselo,
L159a Middelaar,
L163a Milsbeek,
L216p Oirlo,
L216a Oostrum,
L163p Ottersum,
L290p Panningen,
L212a Smakt,
L268p Velden,
L271p Venlo,
L210p Venray,
L244a Veulen),
ǫplępǝ (L422p Lanklaar),
oplepsen:
oplɛpsǝ (L426z Holtum),
optrekken:
optrekǝ (Q078p Wellen),
optrękǝ (Q021p Geleen, ...
Q113p Heerlen,
L321p Neeritter),
optręʔǝ (K314p Kwaadmechelen),
optrɛkǝ (L269p Blerick),
uptrękǝ (K357p Paal),
ǫptrękǝ (Q211p Bocholtz, ...
Q209p Teuven,
Q179p Zichen-Zussen-Bolder),
ǫptrękǝn (L282p Achel),
ǫptręʔǝn (K278p Lommel),
slebberen:
slębǝrǝ (K361a Boekt Heikant),
zoeteren:
zø̄tǝrǝ (L331p Swalmen),
zonder zoog trekken:
zoŋǝr zōx trękǝ (L427p Obbicht),
zuiken laten met de fles:
zūkǝ lǭtǝ met dǝ flɛš (Q101p Valkenburg)
|
Een big met koemelk grootbrengen. [N 19, 16; N 19, 15; monogr.]
I-12
|
22016 |
opleren |
aanleren:
aanleire (L426p Buchten),
africhten:
aaf-reechte (L266p Sevenum),
aafrichte (Q021p Geleen, ...
L330p Herten (bij Roermond),
L331p Swalmen,
L289p Weert),
aafrichtə (L300p Beesel),
ááfrigtə (L429p Guttecoven),
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook aantekening van de invuller, op de laatste pagina!
aa.frichtə (L326p Grathem, ...
L320b Kelpen),
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook bijlagevellen met (eventuele) aanvullingen en diverse toelichtingen.
africhte (L214p Wanssum),
dragen:
Opm. v.d. invuller: 5 km., 10 km. enz.
draogen (Q157p Jesseren),
lappen:
lappe (Q021p Geleen, ...
L414p Houthalen),
lappen (L381p Echt/Gebroek),
oplaten:
men "geet ze oploate (om ze aaf te richte) (Q027p Doenrade),
o.p l‧oͅatə goͅ.a (Q202p Eys),
oplaawte (P219p Jeuk),
oplaete (Q202p Eys),
oplaote (Q111p Klimmen, ...
Q201p Wijlre),
oplaten (P183p Mielen-boven-Aalst),
oplaòte (Q187p Sint-Pieter),
opleuten (K359p Koersel),
oploate (Q027p Doenrade),
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook "klanktabel v.h. Zolders (uitspraak)", aan de achterkant van de laatste pagina!
óploeë.te (K361p Zolder),
opleren:
op liere (L210p Venray),
op lière (Q027p Doenrade),
oplere (Q168a Rijkhoven, ...
Q171p Vlijtingen),
opleren (P183p Mielen-boven-Aalst, ...
Q162p Tongeren),
oplieere (L289p Weert),
opliere (L417p As, ...
L414p Houthalen),
oplieren (Q007p Eisden),
oplīərə (L265p Meijel),
òplīērə (L417p As),
óplîere (K361p Zolder),
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.
opleïre (Q083p Bilzen),
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook bijlagevellen met (eventuele) aanvullingen en diverse toelichtingen.
opliére (L214p Wanssum),
Algemene opmerking: deze vragenlijst is nogal slecht (= weinig antwoorden) ingevuld!
op lieren (L366p Gruitrode),
proefvliegen:
proofvleege (L386p Vlodrop),
voor kwaad zetten:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.
vör kaud zètte (Q083p Bilzen)
|
2. Africhten (van duiven). || Hoe zegt men / hoe noemt men in Uw dialect: jonge duiven (een paar kilometer van het hok) wegbrengen, om ze te leren [N 93 (1983)]
III-3-2
|
18811 |
opletten |
aandacht geven:
aandacht gééve (L417p As),
aandag gaive (L383p Melick),
aandag gèvə (L382p Montfort),
aandàch gééəvə (L424p Meeswijk),
andach geve (Q095p Maastricht),
aondach geve (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht),
aoəndacht chéévə (L286p Hamont),
āāndach gève (Q098p Schimmert),
ààndach géévə (Q207p Epen),
aandacht schenken:
aandach sjinke (Q098p Schimmert),
aondag sjinkə (Q095p Maastricht),
acht geven:
ach gaeve op (L271p Venlo),
ach gaeëvə (Q117p Nieuwenhagen),
ach geevə (Q095p Maastricht),
ach geve (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht),
ag gaeve (Q021p Geleen),
ag geëvə (Q108p Wijnandsrade),
àch-gêêvə (Q113p Heerlen),
áág gève (Q118p Schaesberg),
acht slaan:
achtslaon (L318b Tungelroy),
acht slaan op:
ach op sjlaoë (Q203p Gulpen),
achtergedacht hebben:
agtərgədegt höbbə (L320b Kelpen),
attentie geven:
attentie gééve (L417p As),
attènse geeve (P176p Sint-Truiden),
gèf attentie (P219p Jeuk),
attentie op doen:
attèmtsə ŏĕp dōēn (P047p Loksbergen),
beletten:
cf. VD s.v. "beletten"2. (gew.) opmerkzaam zijn op
beletten (Q015p Stein),
erbij zijn:
(zijn).
dərbēͅ.i̯ zi.ə (Q202p Eys),
gedanke (du.) geven:
gədankə gēēëvə (Q117p Nieuwenhagen),
gereed zijn:
geriejd zijn (P219p Jeuk),
gewaar zijn:
gewaar zeen (L288a Ospel, ...
L289p Weert),
goed kijken:
good kieke (L289p Weert),
goed uitkijken:
good oetkieeke (L289p Weert),
good oetkieke (L294p Neer),
in acht nemen:
ien acht neme (L216p Oirlo),
in ach naime (L332p Maasniel, ...
L329p Roermond),
in áchnummə (L299p Reuver),
in de gaten houden:
alles ien de gaate hâlde (L210p Venray),
ien de gaatə hààldə (L164p Gennep),
ien de gate halde (L216p Oirlo, ...
L216p Oirlo),
in de gaate haòje (L266p Sevenum),
in de gate hoaje (L381p Echt/Gebroek),
in de gate houwe (Q197p Noorbeek, ...
Q197a Terlinden),
in de gate hâlde (L210p Venray),
in de gate hòte (Q120p Heerlerbaan/Kaumer),
in də gaatə hawwə (Q095p Maastricht),
in de gater houden:
in de gater halde (L271p Venlo),
inne gater haoje (L320a Ell),
in de smiezen houden:
in de smieze halde (L271p Venlo),
in də smiezə hawwə (Q095p Maastricht),
interesseren:
intreseere (Q095p Maastricht),
kijken:
kīēke (L210p Venray),
met zijn ogen open slapen:
dee sjliep mèt zien ougə oopə (Q095p Maastricht),
op de qui-vive zijn:
op dien kie-viêf-zien (L271p Venlo),
op qui-vive staan:
op kieviè staan (L364p Meeuwen),
op zijn hoede zijn:
op z⁄n hoedə zien (Q095p Maastricht),
op zijn qui-vive zijn:
is op zieng quivief (Q197p Noorbeek, ...
Q197a Terlinden),
op zene kievief zien (Q095p Maastricht),
op zie kwie vief zieə (Q116p Simpelveld),
op zien kievief zeen (L382p Montfort),
op ziene kevief zeen (L294p Neer),
op z⁄n kievief zin (Q019p Beek),
óp zie kie vieve zieë (Q121p Kerkrade),
opletten:
letop (L386p Vlodrop),
lette op (Q018p Geulle, ...
L217p Meerlo),
lette op... (Q077p Hoeselt),
lette óp (L245b Tienray),
letten op (L292p Heythuysen, ...
Q039p Hoensbroek,
K317p Leopoldsburg,
L364p Meeuwen,
Q034p Merkelbeek),
lètte op (L267p Maasbree, ...
Q098p Schimmert),
létte op (L318b Tungelroy),
léttə òp (Q095p Maastricht, ...
L432p Susteren),
léttən òp (Q038p Amstenrade),
lêtten op (Q193p Gronsveld),
op lette (Q196p Mheer),
op letten (L298a Kesseleik),
op léəttə (L320b Kelpen),
oplette (L417p As, ...
Q095a Caberg,
Q202p Eys,
L246p Horst,
L265p Meijel,
L299p Reuver,
L266p Sevenum,
Q117a Waubach,
L289p Weert),
opletten (L428p Born, ...
Q086p Eigenbilzen,
L321a Ittervoort,
L265p Meijel,
L382p Montfort,
L371p Ophoven),
oplettə (L300p Beesel, ...
L382p Montfort,
Q033p Oirsbeek),
oplētte (L329p Roermond),
oplĕtte (Q021p Geleen),
oplètte (Q111p Klimmen, ...
L332p Maasniel,
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht,
L329p Roermond,
L266p Sevenum,
L374p Thorn,
Q112p Voerendaal),
oplètten (L353p Eksel),
oplèttə (Q116p Simpelveld),
oplétte (L432p Susteren),
opléttə (Q027p Doenrade, ...
Q095p Maastricht),
oplêtte (L330p Herten (bij Roermond)),
oplötte (L360p Bree),
oͅpleͅtə (L364p Meeuwen),
òp letten (L210p Venray),
òplèttə (L299p Reuver),
òplééte (L331p Swalmen),
óplettə (L271p Venlo),
óplittə (L265p Meijel),
ik vraag uw aandacht: ich vroog da ge zadt ùplètte
ùplètte (K318p Beverlo),
ps. Algemene note: Het omspellen van het Eksels dialect is misschien niet helemaal correct (geen spellingslijst daarvoor ik heb het bij benadering omgespeld!
oͅplētə (L353p Eksel),
oppassen:
o.ppa.sə (Q202p Eys, ...
Q202p Eys),
op passe (Q018p Geulle, ...
Q222p Vaals),
oppasse (Q102p Amby, ...
Q102p Amby,
Q095a Caberg,
L246p Horst,
L265p Meijel,
Q171p Vlijtingen,
L289p Weert,
Q201p Wijlre),
oppássə (Q117p Nieuwenhagen),
óppase (Q121p Kerkrade),
óppàssə (L164p Gennep),
paraat zijn:
paraat zeen (L382p Montfort),
paraat zin (Q033p Oirsbeek),
scherp in de gaten houden:
scherp in de gaten haoje (L266p Sevenum),
spinzen:
sjpīēnzə (L329a Kapel-in-t-Zand),
uitkijken:
oeskieke (Q116p Simpelveld),
oetkieke (L271p Venlo, ...
Q201p Wijlre),
oetkiekən (Q014p Urmond),
ōētkīēkə (Q033p Oirsbeek, ...
Q033p Oirsbeek),
ū.tki.kə (Q202p Eys),
vaardig zijn:
(= gereed om te handelen).
ich bin vjaddəg (Q171p Vlijtingen),
waakzaam zijn:
waakzaam zeen (Q098p Schimmert),
waakzaam zien (Q039p Hoensbroek),
waken:
wake (L387p Posterholt, ...
Q117a Waubach),
wakker zijn:
wakker zin (Q032p Schinnen),
wákkər zeen (L328p Heel),
zich gereed houden:
zich gəreit haaje (L329a Kapel-in-t-Zand)
|
aandacht || aandacht geven || aandacht geven, letten op [beletten, nikken] [N 85 (1981)] || oplettend, achtslaan op wat kan gebeuren, gereed om te handelen, waakzaam [gewarig, gewaakzaam] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
18810 |
oplettend |
attent:
attent (Q095a Caberg, ...
L381p Echt/Gebroek,
Q203p Gulpen,
Q120p Heerlerbaan/Kaumer,
Q111p Klimmen,
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht,
L322a Nunhem,
L386p Vlodrop),
áttent (L271p Venlo),
áttént (Q117p Nieuwenhagen),
derbij:
der bīē (Q015p Stein),
gewaar:
gewaar (L320a Ell, ...
L320c Haler,
Q015p Stein),
gewarig:
gewaerig (L382p Montfort),
gewèrig (L298a Kesseleik),
op haar qui-vive:
op haer kieviev (Q021p Geleen),
op zijn qui-vive:
op zien kieviev (Q021p Geleen),
òp zən kĭĕvĭĕf (Q095p Maastricht),
óp zĭĕng kĭĕvīēvə (Q113p Heerlen),
oplettend:
oplettend (L417p As, ...
Q095a Caberg,
Q077p Hoeselt,
Q020p Sittard),
oplèttend (Q112p Voerendaal),
opléttənt (Q095p Maastricht),
òpléttənt (Q095p Maastricht),
óplettend (L245b Tienray),
opmerkzaam:
opmerreksaam (Q095p Maastricht),
oppassend:
oppassend (Q118p Schaesberg),
vaardig:
vêrdig (Q193p Gronsveld),
waaks:
waaks (Q095a Caberg, ...
Q095p Maastricht),
wááks (L331p Swalmen),
wâks (L267p Maasbree),
waakzaam:
waaksaam (L360p Bree, ...
L330p Herten (bij Roermond),
L432p Susteren,
L374p Thorn),
waakzaam (L417p As, ...
Q027p Doenrade,
Q202p Eys,
Q018p Geulle,
L292p Heythuysen,
L321a Ittervoort,
K317p Leopoldsburg,
L217p Meerlo,
L265p Meijel,
L383p Melick,
Q034p Merkelbeek,
L371p Ophoven,
L387p Posterholt,
L299p Reuver,
L329p Roermond,
L374p Thorn),
waokzáám (L271p Venlo),
wāākzaam (Q098p Schimmert),
wāākzāām (L300p Beesel),
wààksààm (L432p Susteren),
wach-zaam:
wachzáám (Q207p Epen),
wargzaam (Q222p Vaals),
wakker:
wakker (Q120p Heerlerbaan/Kaumer, ...
L318b Tungelroy),
wakkər (Q014p Urmond),
wàkker (L417p As)
|
oplettend, achtslaan op wat kan gebeuren, gereed om te handelen, waakzaam [gewarig, gewaakzaam] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
21275 |
opmaken |
erop kloppen:
də fɛnəjə drop tsə klupə (Q263p Raeren),
jɛ:lt trop tə klopə (Q251p Gemmenich),
jɛld drop tə klopə (Q260p Walhorn),
xɛ.lt drop tə klopə (Q278p Welkenraedt),
klein krijgen:
xae.ilt kle.i tə kriiə (Q284p Eupen),
opdoen:
gae.ilt updyn (P120p Alken),
gae.lt opdu.n (P197p Heers, ...
P177p Zepperen),
gae.lt opdû.n (P184p Groot-Gelmen),
gae.lt opdû:n (Q003p Genk),
gae:lt updy (Q179p Zichen-Zussen-Bolder),
gaelt opdyn (P050p Herk-de-Stad),
gaelt opdô.n (L356p Grote-Brogel, ...
L364p Meeuwen),
gaelt ubduun (P117p Nieuwerkerken),
gaelt updo.un (P046p Linkhout, ...
P044p Zelem),
gaelt updu.n (P113p Binderveld, ...
P175p Gingelom,
P048p Halen,
P047p Loksbergen,
P174p Velm,
P172p Wilderen),
gaelt updu:n (Q082p Munsterbilzen),
gaelt updun (P115p Duras, ...
P214p Montenaken,
K353p Tessenderlo),
gâê.ltṣ opdû.n (L372p Maaseik),
gâêlt obdo.n (L371p Ophoven),
gâêlt opdu.n (L355p Peer),
gâêlt opdô.n (L316p Kaulille),
gâêlt opdû.n (L369p Kinrooi),
gɛ.ilt ubdyn (P058p Stevoort),
gɛ.ilt updu:ən (P223p Rukkelingen-Loon),
gɛ.ld opdű.n (K360p Heusden),
gɛ.lt obdu.n (Q001p Zonhoven),
gɛ.lt obdû.n (L414p Houthalen),
gɛ.lt opdu.en (K359p Koersel),
gɛ.lt opdu.n (K318p Beverlo),
gɛ.lt updû.n (K358p Beringen),
gɛilt updu:n (Q071p Diepenbeek),
gɛld upduun (P219p Jeuk),
gɛlt opdo.un (P045p Meldert),
gɛlt opdy(3).n (K361p Zolder),
gɛlt ubduun (P218p Borlo),
gɛlt updo.un (P051p Lummen),
gɛlt updu.ən (K357p Paal),
gɛlt upduun (P182p Buvingen, ...
P181p Muizen,
P227p Vorsen),
gɛlt updű.n (K316p Heppen, ...
K314p Kwaadmechelen,
K315p Oostham,
K278a Stevensvennen),
gɛlṭ updű.n (K317p Leopoldsburg),
gɛlṭj obdo.n (L415p Opoeteren),
gɛḷt opdun (P176p Sint-Truiden),
gɛ͂lt updu.n (K317a Kerkhoven),
obdun (P218p Borlo),
obduun (P117p Nieuwerkerken),
obdūn (Q168a Rijkhoven),
opdoen (L364p Meeuwen),
opdun (P113p Binderveld, ...
P115p Duras,
P175p Gingelom,
K317a Kerkhoven,
P214p Montenaken,
K278a Stevensvennen,
P174p Velm,
P172p Wilderen),
opduun (P182p Buvingen, ...
P219p Jeuk,
P181p Muizen,
P227p Vorsen),
opdūn (Q071p Diepenbeek, ...
Q082p Munsterbilzen),
opdūən (P223p Rukkelingen-Loon),
opdyn (P120p Alken),
oͅpdoun (P045p Meldert),
oͅpdun (K318p Beverlo, ...
P184p Groot-Gelmen,
P197p Heers,
P176p Sint-Truiden),
oͅpduən (P177p Zepperen),
oͅpdyn (P050p Herk-de-Stad),
updoun (P046p Linkhout),
updoͅun (P044p Zelem),
updun (P048p Halen, ...
K316p Heppen,
K314p Kwaadmechelen,
K317p Leopoldsburg,
P047p Loksbergen,
K315p Oostham),
xɛlt obdy.ən (L413p Helchteren),
zən sɛntən ubduun (P218p Borlo),
opdrinken:
sən sɛ.ntə updrɛ.iŋkə (Q074p Kortessem),
opkrijgen:
jɛ.lt op tə krijə (Q255p Kelmis),
opmaken:
gae.l[t} upmo.kə (Q156p Borgloon),
gae.ld op hɛləpə ma.kə (L382p Montfort),
gae.lt opmâ.kə (L417p As, ...
Q007p Eisden),
gae.lt opmô.kə (Q161p Piringen),
gae.lt upmo.kə (Q171p Vlijtingen, ...
Q183p Vreren),
gae.lt upmo:kə (P188p Hoepertingen, ...
Q078p Wellen),
gae.lt upmâ.kə (Q002p Hasselt),
gae:lt opmo:kə (Q172p Vroenhoven),
gae:lt upmo.kə (Q188p Kanne, ...
Q091p Veldwezelt),
gae:lt upmo:kə (Q179p Zichen-Zussen-Bolder),
gae:lt upmuakə (Q199p Moelingen),
gaeld opmâ.kə (L324p Baexem),
gaeld opxəmak (L386p Vlodrop),
gaelṣ opma.kə (L423p Stokkem),
gaelt opma.kə (L300p Beesel, ...
L297p Belfeld,
L428p Born,
L421p Dilsen,
L425p Grevenbicht/Papenhoven,
L352p Hechtel,
L325p Horn,
L320p Hunsel,
L298p Kessel,
L319p Molenbeersel,
L288p Nederweert,
L294p Neer,
L312p Neerpelt,
L293p Roggel,
L318p Stramproy,
L331p Swalmen,
L374p Thorn,
L289p Weert),
gaelt opma.kən (L282p Achel),
gaelt ubmo:kn (Q168a Rijkhoven),
gaelt upma.kə (P052p Schulen),
gaelt upmo.kə (Q072p Beverst, ...
Q154p Sint-Huibrechts-Hern),
gaelt upmo:kə (Q077p Hoeselt),
gaeltṣ opma.kə (L291p Helden/Everlo, ...
L288a Ospel),
gâê.ltṣ opmâ:kə (L317p Bocholt),
gâêlt opma.kə (L381p Echt/Gebroek, ...
L353p Eksel,
L286p Hamont,
L376p Linne,
L377p Maasbracht,
L314p Overpelt,
L387p Posterholt,
L420p Rotem,
L375p Wessem),
gâêlt opma:kə (L432p Susteren),
gâêlt opmâ:kə (L368p Neeroeteren),
gâêltṣ opma.kə (L292p Heythuysen),
gɛ.ilt upma.kə (P057p Kuringen),
gɛ.ilt upmo:kə (P058p Stevoort),
gɛ.lt mid upxəmak (L215p Blitterswijck),
gɛ.lt op tə ma.kə (L164p Gennep),
gɛ.lt opma.kə (L250p Arcen, ...
Q095p Maastricht),
gɛ.lt opmo:kə (P195p Gutshoven),
gɛ.lt opmâ.kə (L360p Bree),
gɛ.lt opmô:kə (Q083p Bilzen),
gɛ.lt upma.kə (L214a Geysteren),
gɛ.lt upma:kə (Q105p Heer, ...
L216p Oirlo),
gɛ.lt upmo:kə (P222p Opheers),
gɛ:ld upxəmakt (L246a Swolgen),
gɛ:lt opma.kə (L192p Bergen, ...
L217p Meerlo),
gɛ:lt opma.ʔṇ (L163p Ottersum),
gɛ:lt upma.kə (Q247a Sint-Pieters-Voeren),
gɛ:lt upmo:kə (Q088p Lanaken),
gɛlḍ upma.kə (L265c Beringe),
gɛlt mɛi opxəmakt (L267p Maasbree),
gɛlt mɛij opxəmakt (L268p Velden),
gɛlt op tə ma:kə (Q196p Mheer),
gɛlt opma.kə (L269p Blerick, ...
L249p Grubbenvorst,
L270p Tegelen,
L271p Venlo,
L210p Venray),
gɛlt opma:kə (Q113p Heerlen, ...
Q205p Wahlwiller,
Q117a Waubach),
gɛlt opma:xə (Q116p Simpelveld),
gɛlt opmaʔn (K278p Lommel),
gɛlt opmo.kə (Q005p Zutendaal),
gɛlt opmâ:kə (L416p Opglabbeek),
gɛlt opmô.kə (Q162p Tongeren),
gɛlt opxəmakt (L192a Siebengewald),
gɛlt upgəmakt (L115p Mook),
gɛlt upma.kə (L247p Broekhuizen, ...
L265p Meijel),
gɛlt upma:kə (Q033p Oirsbeek, ...
Q101p Valkenburg),
gɛlt upmakə (L245p Meterik, ...
L213p Well),
gɛlt upmo.kə (Q177p Millen),
gɛlt upmo:kən (Q075p Vliermaalroot),
gɛlt upxəmakt (L244c America, ...
L159a Middelaar),
gɛlṭj opma:kṇ (L415p Opoeteren),
gɛlṭj upma:kə (Q038p Amstenrade, ...
Q020p Sittard),
jɛ.lt trop tə ma:kə (Q259p Lontzen),
jɛld drop te ma.kə (Q260p Walhorn),
jɛlt drop tsə ma:xə (Q222p Vaals),
jɛlt upma:kə (Q121p Kerkrade),
omōͅkə (Q077p Hoeselt),
op māxə (Q222p Vaals),
op tə makə (L164p Gennep),
opma`ən (K278p Lommel),
opmaake (L289p Weert),
opmake (L320a Ell, ...
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht),
opmakə (L192p Bergen, ...
L265c Beringe,
L269p Blerick,
L214a Geysteren,
L265p Meijel,
L245p Meterik,
L216p Oirlo,
Q247a Sint-Pieters-Voeren,
L213p Well),
opmakɛ (L247p Broekhuizen),
opmākə (Q102p Amby, ...
Q038p Amstenrade,
Q103p Berg-en-Terblijt,
Q035p Brunssum,
Q119p Eygelshoven,
Q021p Geleen,
Q105p Heer,
Q113p Heerlen,
Q039p Hoensbroek,
Q121p Kerkrade,
Q111p Klimmen,
Q099p Meerssen,
Q117p Nieuwenhagen,
Q036p Nuth/Aalbeek,
Q033p Oirsbeek,
Q200p s-Gravenvoeren,
Q118p Schaesberg,
Q032p Schinnen,
Q030p Schinveld,
Q020p Sittard,
Q206p Slenaken,
Q015p Stein,
Q101p Valkenburg,
Q112p Voerendaal,
Q205p Wahlwiller,
Q201p Wijlre),
opmāxə (Q116p Simpelveld),
opmōͅkə (Q072p Beverst, ...
P195p Gutshoven,
P188p Hoepertingen,
Q188p Kanne,
Q074p Kortessem,
Q088p Lanaken,
P222p Opheers,
Q166p Vechmaal,
Q172p Vroenhoven,
Q078p Wellen,
Q179p Zichen-Zussen-Bolder),
opmōͅkən (Q075p Vliermaalroot),
opmoͅkə (Q156p Borgloon, ...
Q177p Millen,
Q154p Sint-Huibrechts-Hern,
Q091p Veldwezelt),
opmuakə (Q199p Moelingen),
opmākǝ (L265p Meijel, ...
L266p Sevenum),
opməkə (Q171p Vlijtingen),
opxəmak (L215p Blitterswijck),
opxəmakt (L244c America, ...
L246b Melderslo,
L159a Middelaar,
L115p Mook,
L246a Swolgen),
oͅp makə (L249p Grubbenvorst),
oͅpgəmakt (L215a Wellerlooi),
oͅpma`ən (L163p Ottersum),
oͅpmakə (L250p Arcen, ...
Q095p Maastricht,
L217p Meerlo,
L270p Tegelen,
L271p Venlo,
L210p Venray),
oͅpmākə (Q192p Margraten, ...
Q196p Mheer,
Q117a Waubach,
Q204p Wittem/Partei),
oͅpmokə (Q241p Rutten),
oͅpmōͅkə (Q083p Bilzen, ...
Q161p Piringen,
Q162p Tongeren),
oͅpmoͅkə (Q163p Berg, ...
Q198p Eijsden,
Q176a Ketsingen,
Q240p Lauw),
oͅpmoͅəkə (Q193p Gronsveld),
oͅpxəmakt (L267p Maasbree, ...
L192a Siebengewald,
L268p Velden),
oͅpxəmāk (Q203p Gulpen),
sən saentə opmu.kə (Q241p Rutten),
sən sɛ.ntə upmo:kə (Q074p Kortessem),
sɛntə upxəmakt (L246b Melderslo),
upmoͅkə (Q183p Vreren),
xɛ.lt dropma.kə (Q279p Baelen, ...
Q253p Montzen),
xɛ.lt opmo.əkə (Q193p Gronsveld),
xɛ:lt optə ma:kə (Q249p Aubel),
xɛ:lt upma:kə (Q200p s-Gravenvoeren),
xɛlt op mo.kə (Q198p Eijsden),
xɛlt opgəmakt (L215a Wellerlooi),
xɛlt opma:kə (Q119p Eygelshoven, ...
Q118p Schaesberg,
Q206p Slenaken,
Q204p Wittem/Partei),
xɛlt opmâ:kə (Q192p Margraten),
xɛlt opxəma:k (Q203p Gulpen),
xɛlt upma:kə (Q102p Amby, ...
Q103p Berg-en-Terblijt,
Q035p Brunssum,
Q039p Hoensbroek,
Q111p Klimmen,
Q099p Meerssen,
Q117p Nieuwenhagen,
Q036p Nuth/Aalbeek,
Q112p Voerendaal,
Q201p Wijlre),
xɛltj upma:kə (Q015p Stein),
xɛltj upma:kən (Q014p Urmond),
xɛlṭj upma:kə (Q021p Geleen, ...
Q030p Schinveld),
xɛḷṭj upmâ:kə (Q032p Schinnen),
zə gɛlt opmo:kə (Q166p Vechmaal),
zən sae:ntə opmo:kə (Q172p Vroenhoven),
zən sɛntə opmo:kə (Q166p Vechmaal),
zəŋ kny.əp opma.kə (Q240p Lauw),
Goedje = goederen.
zə gø:tṣə opmo:kə (Q172p Vroenhoven),
Of de boel ter dörzette.
gae.lt opmo.kə (Q163p Berg, ...
Q176a Ketsingen),
opmaken (ww.):
opmake (Q098p Schimmert),
opwerken:
opwɛrkǝ (L266p Sevenum),
opzwelgen:
sən sɛ.ntə upzwalgə (Q074p Kortessem)
|
Algemene benaming, in het bijzonder de sierkrans opvullen met bloemen. [N 61, 17e; N 61, 21e] || een vrouw die niet zuinig is [maakop, konkel] [N 89 (1982)] || geld opdoen (opmaken) [RND] || geld uitgeven voor een artikel [besteden, verteren] [N 89 (1982)] || op overdadige en lichtzinnige wijze besteden [dolboteren, vermokken, vertoelibassen, verkwisten] [N 89 (1982)]
II-7, III-3-1
|
33925 |
opmaken van staart en manen |
frezen:
frizǝ (K314p Kwaadmechelen
[(schuren)]
),
invlechten:
envlø̜xtǝ (Q101p Valkenburg),
envlɛxtǝ (L331p Swalmen, ...
L271p Venlo),
knuppelen:
knø̜pǝlǝ (P175p Gingelom, ...
P050p Herk-de-Stad,
P188p Hoepertingen,
P213p Niel-Bij-Sint-Truiden
[(knopen in de staart maken met stro ertussen)]
,
P107a Rummen),
knępǝlǝ (Q002p Hasselt),
opbaken:
ǫpbākǝ (L360p Bree
[(opmaken)]
),
opbatelen:
ǫpbātǝlǝ (Q204a Mechelen
[(met vier draden vlechten)]
, ...
P107a Rummen),
opbinden:
opbɛ̄nǝ (K317p Leopoldsburg),
upbɛ̄nǝ (Q002c Bokrijk),
ǫpbeŋǝ (Q112a Heerlerheide, ...
L290p Panningen,
L266p Sevenum),
ǫpbē̜i̯nǝn (K278p Lommel),
ǫp˱beŋǝ (L269p Blerick, ...
L270p Tegelen
[(de lengte van de staart verkorten door er één of meer knopen in te leggen)]
),
opdoen:
ǫpduu̯n (K359p Koersel),
ǫpduŋ (L282p Achel),
ǫpdūn (K361p Zolder
[(staart opbinden)]
),
opdraaien:
opdriǝnǝ (Q251p Gemmenich),
opknopen:
ǫpknøpǝ (L294p Neer),
ǫpknø̜pǝ (L210p Venray),
ǫpknǫpǝ (L271p Venlo),
opmaken:
opmākǝ (Q113p Heerlen, ...
Q111p Klimmen,
Q252p Moresnet,
K357p Paal),
upmākǝ (P048p Halen),
ǫpmākǝ (L191p Afferden, ...
Q102p Amby,
L244c America,
L324p Baexem,
L269p Blerick,
L317p Bocholt,
Q002c Bokrijk,
L360p Bree,
L247p Broekhuizen,
L425p Grevenbicht / Papenhoven,
L322p Haelen,
Q002p Hasselt,
L328p Heel,
Q113p Heerlen,
Q112a Heerlerheide,
Q039p Hoensbroek,
L325p Horn,
L246p Horst,
Q109p Hulsberg,
L369p Kinrooi,
K359p Koersel,
L422p Lanklaar,
L372p Maaseik,
Q009p Maasmechelen,
L332p Maasniel,
Q192p Margraten,
L292a Maxet,
Q204a Mechelen,
L424p Meeswijk,
L364p Meeuwen,
L382p Montfort,
L288p Nederweert,
L321p Neeritter,
L368p Neeroeteren,
Q033p Oirsbeek,
L416p Opglabbeek,
L163p Ottersum,
L290p Panningen,
L387p Posterholt,
L329p Roermond,
L293p Roggel,
Q099q Rothem,
Q098p Schimmert,
Q020p Sittard,
L331p Swalmen,
Q197a Terlinden,
L374p Thorn,
Q112b Ubachsberg,
Q101p Valkenburg,
Q117a Waubach,
L289p Weert,
Q094b Wolder / Oud-Vroenhoven / Wiler),
ǫpmākǝn (L282p Achel, ...
L312p Neerpelt,
Q014p Urmond),
ǫpmāxǝ (Q121c Bleijerheide),
ǫpmǫkǝ (Q071p Diepenbeek),
ǫpmǭkǝ (Q072p Beverst, ...
Q083p Bilzen,
Q003p Genk,
Q094p Hees,
Q188p Kanne,
Q198b Oost-Maarland,
P222p Opheers,
Q096d Smeermaas,
Q162p Tongeren,
Q178p Val-Meer,
L214p Wanssum),
ǫpmǭǝkǝ (Q193p Gronsveld),
ǫp˱mǭkǝ (P176p Sint-Truiden),
opmaken met stro:
ǫpmākǝ met strȳ (Q094b Wolder / Oud-Vroenhoven / Wiler
[(zie knuppelen)]
),
opslenderen:
upslendǝrǝ (K353p Tessenderlo),
opvlechten:
ǫpvlęi̯xtǝ (P222p Opheers),
ǫpvlęxtǝ (Q083p Bilzen),
ǫpvlɛxtǝ (L295p Baarlo, ...
L318p Stramproy,
L210p Venray,
L289p Weert),
ǫp˱vlęxtǝ (L416p Opglabbeek),
rondsnijden:
rǫnsnē̜n (Q002p Hasselt),
scheren:
šē̜.rǝ (Q003p Genk
[(het haar van zowel staart als manen kort afknippen)]
),
slenderen:
slendǝren (K278p Lommel),
slendǝrǝ (K353p Tessenderlo, ...
P044p Zelem),
slingeren:
sleŋǝrǝ (L414p Houthalen),
slęŋǝrǝn (K278p Lommel),
trekken:
trękǝ (Q002p Hasselt, ...
Q095p Maastricht
[(de staart uitdunnen)]
),
vlechten:
vlø̜xtǝ (L422p Lanklaar, ...
Q009p Maasmechelen,
Q096d Smeermaas,
Q162p Tongeren,
Q101p Valkenburg),
vlø̜xtǝn (Q014p Urmond),
vlētšǝ (Q248p Remersdaal),
vlē̜xtǝ (L163p Ottersum),
vlęxtǝ (Q193p Gronsveld, ...
P050p Herk-de-Stad,
L364p Meeuwen),
vlɛxtǝ (L324p Baexem, ...
K318p Berverlo,
K317p Leopoldsburg,
L332p Maasniel,
L321p Neeritter,
L368p Neeroeteren,
L266p Sevenum,
Q020p Sittard,
L318p Stramproy,
L331p Swalmen,
L270p Tegelen,
K353p Tessenderlo,
L318b Tungelroy,
K361p Zolder),
vlɛxtǝn (L282p Achel),
vlɛ̄xtǝ (L265p Meijel),
vlichten:
flitǝ (Q251p Gemmenich
[(vlechten)]
),
vrietsel:
vritšǝl (Q192p Margraten
[(wrong waarin de paardestaart tijdens de winter opgebonden was)]
)
|
In dit lemma zijn de antwoorden op twee vragen samengebracht: "het opmaken van staart en manen" (N 8, 103a), en "een paardestaart vlechten" (N 8, 103b). De antwoorden op vraag 103a hebben immers vrijwel alleen met het opmaken en vlechten van de staart te maken. [N 8, 103a en 103b]
I-9
|
29110 |
opnaaisel |
dubbele zoom:
døbǝlǝ zǫwm (L298a Kesseleik),
koppel:
kǫpǝl (Q083p Bilzen, ...
Q071p Diepenbeek,
P188p Hoepertingen,
K353p Tessenderlo),
omslag:
emslǭx (Q174p Herderen),
omšlāx (Q098p Schimmert),
ømslāx (L414p Houthalen),
ømslōx (Q078p Wellen),
ømslǭx (Q174p Herderen),
opnaaisel:
opniętsǝl (Q101p Valkenburg),
opniętšǝl (L425p Grevenbicht / Papenhoven),
opniǝjsǝl (Q007p Eisden),
opniǝsǝl (Q009p Maasmechelen),
opniǝtsǝl (Q009p Maasmechelen, ...
Q197p Noorbeek),
opniɛtsǝl (Q099q Rothem),
opnjētsǝl (Q011p Boorsem),
opnęjsǝl (L416p Opglabbeek),
opnęjtsǝl (Q098p Schimmert),
opnītsǝl (Q027p Doenrade),
opnɛjsǝl (L298a Kesseleik, ...
L299p Reuver,
L289p Weert),
opnɛ̄jtsǝl (L317p Bocholt),
opnaaiseltje:
opnɛjsǝlkǝ (L265p Meijel),
oprijg:
oprēx (Q113p Heerlen),
oprīx (L163p Ottersum),
valse plooi:
valsǝ pluj (P219p Jeuk),
zoom:
zuwǝm (L282p Achel),
zǫwm (Q016p Lutterade)
|
Omgenaaide plooi in een kledingstuk waardoor het korter wordt. [N 62, 20]
II-7
|
25713 |
opnemen |
accijns opnemen:
aksęjns opnømǝ (L325p Horn),
aksęjns opnēmǝ (L294p Neer),
bepalen van het rendement:
bepalen van het rendement (Q095p Maastricht),
de vaststelling doen:
dǝ v ̇asst ̇ęlǝŋ dō.n (L362p Opitter),
konstateren:
konstatiǝrǝ (P120p Alken),
kontroleren:
kontrōlērǝ (L292p Heythuysen),
kǫntrǫlęǝrǝ (Q078p Wellen),
opnemen:
opnemen (L250p Arcen),
opnømǝ (Q095p Maastricht, ...
Q099p Meerssen,
L387p Posterholt),
opnø̄mǝ (Q095p Maastricht),
opnē.mǝ (L290p Panningen),
ǫpnømǝ (Q101p Valkenburg),
peilen:
peilen (L250p Arcen, ...
Q095p Maastricht),
pęjlǝ (Q020p Sittard, ...
L318p Stramproy,
L289p Weert),
pīlǝ (L325p Horn),
pɛjlǝ (L325p Horn),
vaststellen:
vāsstęlǝ (P120p Alken),
wegen:
wę̄gǝ (L289p Weert)
|
De werkzaamheden van de ambtenaar van financiën voor de bepaling van de te betalen accijnzen. Men stelt daartoe de bierdichtheid of densiteit (soortelijk gewicht) vast met behulp van een vloeistofweger, areometer, bierweger of vochtmeter. Als de weger op gewicht is geijkt, spreekt men van een densimeter, is deze geijkt op procenten suiker, dan spreekt men van saccharometer. De hoeveelheid bier in de ketel kan men peilen met een peilstok. [N 35, 60; monogr.]
II-2
|