e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
erf en omliggende landerijen aangelag: ǭngǝlox (Hamont), ǭǝngǝlǭx (Neerpelt), bedrijf: bǝdrīf (Margraten), blok: blǫk (Diepenbeek), boerderij: boerderij (Blitterswijck), bou̯ǝrdǝrai̯ (Meldert), burdǝri (Herten, ... ), burdǝrii̯ (Aldeneik), burdǝrēi̯ (Gennep, ... ), burdǝrē̜i̯ (Hechtel, ... ), burdǝrę.i̯ (Herk-de-Stad), burdǝręi̯ (Berverlo, ... ), burdǝrɛ (Leopoldsburg), buǝrdǝręi̯ǝ (Brustem, ... ), bøu̯rdǝręi̯ (Lummen), bōrdǝrei̯ (Bree), bōrdǝri (Bocholt, ... ), bōrdǝrii̯ (Maaseik), bōrdǝrē (Opglabbeek), bōrdǝrēi̯ (Bree), būrdǝrē̜i̯ (Opheers), būrdǝręi̯ (Rotem), bǫu̯ǝrdǝrøi̯ (Paal), boerenhof: būrǝnhōf (Hout-Blerick), ding: dēŋk (Bocholtz), domein: dǫmai̯n (Tongeren), erf: ęrf (Sint-Truiden), ęrǝf (Teuven), ɛrf (Mechelen), ɛrǝf (Klimmen), gedoenst: gǝdōnst (Grathem), geleg: gǝlex (Herk-de-Stad), gǝliēx (Boekt Heikant), gǝliǝx (Hoepertingen, ... ), gǝlēx (Beringen, ... ), gǝlēǝx (Kermt, ... ), gǝlē̜.x (Lanaken, ... ), gǝlē̜x (Opglabbeek, ... ), ˲xǝlēx (Borlo), gewande: gǝwan (Klimmen), gǝwanj (Brunssum), goed: got (Eisden), gui̯t (Opheers), gut (Berverlo), gōt (Hoensbroek, ... ), ˲xoǝt (Vliermaal), ˲xut (Millen), ˲xōu̯t (Borgloon), ˲xōǝt (Rotem), grote hof: grutǝn hōf (Heugem), het gans gedoe: ǝt gans gǝdu (Blerick), hoeve: huf (Tessenderlo), hof: huǝf (Gronsveld), hōf (Brunssum, ... ), hǫf (Middelaar), hǭ.f (Oirsbeek), hǭf (Einighausen, ... ), ǭu̯f (Stokkem), huisblok: hūsblǫk (Leuken, ... ), labeur: lābø̜r (Velm), labeuring: labø̄reŋ (Oost-Maarland), lābøreŋ (Boorsem), winning: we.neŋ (Tongeren), weneŋ (Maasmechelen, ... ), weniŋ (Riksingen, ... ), wenǝŋ (Grote-Spouwen), winning (Beringen, ... ), wøneŋ (Kermt), wēneŋ (Val-Meer), węneŋ (Hasselt, ... ), węniŋ (Spalbeek), węnęŋ (Zichen-Zussen-Bolder), winning met grond: węneŋ møt gront (Eigenbilzen), winningveld: węnęŋvęlt (Beverst) De algemene benaming voor het boerenerf met de omliggende landerijen. [N 5AøIIŋ, 76f; L 38, 23] I-8
erfdeel erfdeel: èrrəvdééjl (Meeuwen), érrəvdîel (Niel-bij-St.-Truiden), part: poart (Beverlo) erfdeel III-2-2
erfenis erbschaft (du.): erbsjaft (Kerkrade), érfsjáff (Nieuwenhagen), erf: [beïnvloeding door de suggestie bij de vraagstelling?, RK]  erf (Jeuk), geen erf verwachten  èrf (Echt/Gebroek), erfenis: erfenis (Amby, ... ), erfunis (Brunssum), erfənis (Beesel, ... ), errefenis (Maastricht, ... ), errəfənis (Maastricht), ērfənis (Nieuwenhagen), eͅrəfənes (Hasselt), èrfenis (Echt/Gebroek), èrfənis (Epen, ... ), èrrəfənis (Maastricht), èèrfenis (Mheer), èèrfənis (Gennep), érfenis (Swalmen), érfənes (Meeswijk), érfənis (Heel, ... ), érrəfənes (Niel-bij-St.-Truiden), êrfenis (Ittervoort, ... ), ërfenis (Neer), örfenis (Bree), (fon.): iets ie-klank.  erfenis (Herten (bij Roermond)), Gezegde: aan de pot zijn.  erfenis (Meijel), ps. boven de è (van ...gèlt) staat nog een lengteteken; deze combinatieletter kan ik niet maken/omspellen!  èrfənis (Maastricht), nalatenschap: nadaotənsjap (Roermond), nòəlòətənsjàp (Heerlen) erfenis [ZND m] || het geheel van wat iemand van een overledene krijgt [erfenis, erf] [N 89 (1982)] III-2-2, III-3-1
erfenis (erfdeel) erfdeel: erfdeil (Geulle, ... ), èrfdèjl (Susteren), érfdèil (Gronsveld), érfdèjl (As), o.  ‧ɛrəf˂dē.l (Eys) het geheel van wat iemand van een overledene krijgt [erfenis, erf] [N 89 (1982)] III-3-1
erfgenaam erf: erf (Geulle, ... ), erref (Weert), erve (Oirsbeek, ... ), ervə (Opglabbeek, ... ), èrf (Maastricht, ... ), èrrəf (Maastricht), érf (Nieuwenhagen), [mv., RK]  de erven (Oirlo), erreve (Maastricht), errəvə (Maastricht), erve (Schinnen, ... ), erfgenaam: erfchənaam (Grevenbicht/Papenhoven), erfgenaam (Blerick, ... ), erfgename (Neer), erfgenaom (Maastricht), erfgənaam (Beesel, ... ), erfgənaom (Maastricht), erfgənáám (Epen), erggenaam (Schaesberg), errefgenaam (Amby), errefgenaom (Maastricht, ... ), errefgenaöm (Maastricht), eͅrəf˃gənām (Bree), èrfgenaam (Echt/Gebroek, ... ), èrfgənaam (Meijel, ... ), èrfgənààm (Heerlen, ... ), èèrfgenaam (Mheer), érfgenaam (As), érfgənaam (Roermond), érfgənaom (Maastricht), érfgənāām (Nieuwenhagen), örfgenaam (Bree), (fon.): iets ie-klank.  erfgenaam (Herten (bij Roermond)), (mv.: d\\ érv\\).  érfgənaam (Heel), (mv.: èrr\\v\\).  èrrəfgənaom (Maastricht), m.  ‧ɛrəf˃gən‧ām (Eys), erflater: erflater (Montfort), erver: erver (Brunssum, ... ), èèrvər (Gennep), érver (As), pacht: pach (Reuver) degene die een erfenis of een gedeelte daarvan krijgt [erfgenaam, erf] [N 89 (1982)] || erfgenaam [ZND m] III-2-2, III-3-1
erfgenamen erfgenaam: èrfchənaam (Meeuwen), ɛrfgənāmə (Eupen), erfgenamen: érrəfchənaoəmən (Niel-bij-St.-Truiden), erven: èrve (Echt/Gebroek), erven (mv.): de erven kregen niks  éérvə (Meeswijk) erfgenaam || erfgenamen III-2-2
ergens buiten het hok blijven zitten blijven liggen: bli-jvə liGGə (As), blieve liggen (Eisden), ligge blieve (Doenrade), liggen blijven (Tongeren), likke blieve (Doenrade), blijven zitten: bli-jvə zittə (As), blief zitte (Swalmen), blieve zitte (Vlodrop), blijve zitte (Mielen-boven-Aalst), blī.və ze.tə (Eys), de dōēf blief zittə (Beesel), zetə blīvə (Meijel), zitte blieeve (Weert), zitte blieve (Doenrade, ... ), zitte blijve (Houthalen), zitte bliëve (Sevenum), zitte bléve (Vlijtingen), zittenblijve (Jeuk), Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.  ze bleive zitte (Bilzen), Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook "klanktabel v.h. Zolders (uitspraak)", aan de achterkant van de laatste pagina!  zitte blèè.ve (Zolder), buiten zitten: boete zitte (Geleen), dakzitten: daak zitte (Echt/Gebroek), dakzitter (zn.): Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook bijlagevellen met (eventuele) aanvullingen en diverse toelichtingen.  ennen dakzitter (Wanssum), loeren: Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.  loēre (Bilzen), niet binnengaan: neet nao binne gaohn (Herten (bij Roermond)), niet binnenkomen: neet bènne koeme (As), niet ingaan: nie engoan (Rijkhoven), Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.  ze gon nie èn (Bilzen), Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook "klanktabel v.h. Zolders (uitspraak)", aan de achterkant van de laatste pagina!  nie i.ngoeë.n (Zolder), op het dak blijven: blief oppe taak (Geleen), op het dak blijven zitten: op ’t taak zitte bleve (Kortessem), op het dak rondhangen: op ’t daok of kongèl rondhangen (Jesseren), treuzelen: treuzelen (Jesseren), verrekkeling (zn.): Algemene opmerking: deze vragenlijst is nogal slecht (= weinig antwoorden) ingevuld!  verekkeling (Gruitrode), zittenblijver (zn.): zitte bliever (Sint-Pieter), zittebliever (Eys) Hoe zegt men: het blijven zitten ergens buiten het hok? [N 93 (1983)] III-3-2
ergens, hier of daar end: ö.nd (Gennep, ... ), erge: ur⁄je (Bleijerheide, ... ), ergend: örgend (Blitterswijck, ... ), Opm. erfwoord (geërfd van onze grondtaal, het Nederrijns).  örgent (Castenray, ... ), ergens: erreges (Tungelroy), ierges (Heerlen), irgens (Sittard), irges (Geleen, ... ), irgəs (Sittard), urges (Sittard), urgəs (Sittard), ur⁄jens (Bleijerheide, ... ), è.rreges (Hasselt), èrreges (Sint-Truiden), örges (As, ... ), örgəs (Roermond, ... ), örreges (Diepenbeek, ... ), (dit is een variant van örgent). Opm. erfwoord (geërfd van onze grondtaal, het Nederrijns).  örges (Castenray, ... ), (z.o. ùrgës, ùrrës)  èr⁄⁄gës (Tongeren), ps. blz. 21 van deel 2 (N-W).  êrreges (Altweert, ... ), ergerans: è.rregerans (Hasselt), èrregeràns (Sint-Truiden), ergets: ur⁄jets (Bleijerheide, ... ), ernt: (dit is een variant van örgent). Opm. erfwoord (geërfd van onze grondtaal, het Nederrijns).  örnt (Castenray, ... ), erres: êrres (Tungelroy), örres (Diepenbeek), (z.o. ùrgës, ùrrës)  èrrës (Tongeren), Note: onder de ö staat nog een trema; deze combinatieletter is niet te maken.  örres (Eupen), erverans: ej.verans (Hasselt), (bij niet geletterden).  e.rreverans (Hasselt), evers: Bijv.: Ich zeentj nevers.  evers (Nederweert), Verouderd BO.  aevers (Altweert, ... ), hier en daar: ps. in deel 2 staat: hi-j of doa.  hi-j en doa (As, ... ), ieverans: ieverans (Beverlo, ... ), ieverens (Maastricht), ieveràns (Sint-Truiden), iəvərans (Niel-bij-St.-Truiden) ergens || ergens, hier of daar III-4-4
ericaborstel borstel: byǝstǝl (Dilsen), bø̄stǝl (Thorn), bǫstǝl (Alken, ... ), ericaborstel: ericaborstel (Asenray / Maalbroek, ... ), ērikabøštǝl (Heerlen), ērikabø̄štǝl (Beek), ērikabø̜rstǝl (Venlo), ērikābø̄stǝl (Geulle), ērikābōrstǝl (Meijel), ērǝkabørstǝl (Herten), heiborstel: heiborstel (Lommel), hājbø̜stǝl (Tessenderlo), hęjbø̄stǝl (Geistingen), heihoningborstel: hęjhuneŋborsǝl (Wellerlooi), hęjǝhōneŋbosǝl (Diepenbeek), honingstempel: honingstempel (Maasmechelen), klopper: klopǝr (Alken), kneedborstel: kneedborstel (Opglabbeek), nagelenbred: nɛ̄gǝlbrɛt (Montzen), staalborstel: stālbø̄stǝl (Geistingen) Bepaald soort borstel met beweeglijke stalen pennen die de heidehoning in de raat moet losmaken, voordat hij geslingerd wordt. Sommige honingsoorten, met name de heidehoning, laten zich niet gemakkelijk slingeren door hun eigenschap van vast worden. Deze honing moet dan eerst door een borstel of iets dergelijks losgemaakt worden. Voor het gebruik moet men de borstel opwarmen. [N 63, 125a; monogr.] II-6
erlangs werken derlangs gaan: dǝrlaŋs goa (Heerlen  [(Oranje-Nassau I-IV)]   [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]), derlangs werken: derl ̇aŋs we.rǝkǝ (Eys  [(Oranje-Nassau I / III / IV)]   [Maurits]), derlaŋs werkǝ (Buchten  [(Maurits)]  , ... [Emma]  [Domaniale]  [Maurits]), dǝrlaŋs węrkǝ (As  [(Zwartberg / Waterschei)]   [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]), derlangsaf werken: derlangsaf werken (Genk  [(Winterslag / Waterschei)]   [Julia]), derlangsop: dǝrlaŋs op (Brunssum  [(Emma / Hendrik / Wilhelmina)]   [Maurits]), derlangsop gaan: dǝrlaŋsop gǭ (Klimmen  [(Oranje-Nassau I / III / IV)]   [Maurits]), dǝrlaŋsop gǭn (Nieuwstadt  [(Maurits)]   [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]), erlangs werken: erlangs werken (Stein  [(Maurits)]   [Zwartberg, Waterschei]), langs de kool opwerken: laŋs dǝr koǝl opwerkǝ (Bleijerheide  [(Domaniale)]   [Emma]), langs de laag op: laŋs dǝ loax op (Lutterade  [(Maurits)]   [Laura, Julia]), langswerken: laŋswerkǝ (Geleen  [(Maurits)]  , ... [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]  [Domaniale]  [Emma, Maurits]  [Emma]  [Maurits]), laŋswē̜rkǝ (Meijel  [(Emma / Maurits)]   [Winterslag, Waterschei]), met de lagen metwerken: met dǝ loǝgǝ metwerkǝ (Spekholzerheide  [(Willem-Sophia)]   [Domaniale]), ontkolen ane uitbouw: ontkoalǝ oanǝ ūtbǫw (Heerlen  [(Oranje-Nassau I-IV)]   [Emma, Hendrik, Wilhelmina]), op de lagen derlangs werken: op dǝ loǝgǝ dǝrlaŋs werkǝ (Chevremont  [(Julia)]   [Domaniale]), op de lagen werken: op dǝ loǝgǝ werkǝ (Bleijerheide  [(Domaniale)]   [Willem-Sophia]), passage maken: passage maken (Eisden  [(Eisden)]  , ... [Maurits]  [Eisden]), schupbreed langswerken: šøpbrēt laŋswerkǝ (Oirsbeek  [(Emma)]   [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]), vorenlangs met de lagen: vȳrǝlaŋs met dǝ loǝgǝ (Waubach  [(Laura / Julia)]   [Laura, Julia]), vorenlangs op de lagen: vȳrǝlaŋs op dǝ loǝgǝ (Waubach  [(Laura / Julia)]   [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]) Een doorgang van 50 cm (Q 15, mijn Maurits) tot 1 meter (Q 121, mijn Wilhelmina) breed langs het koolfront maken. Op de mijn Maurits werd volgens de invuller uit Q 15 tijdens het "erlangswerken" niet ondersteund. Dat werd pas gedaan, wanneer men tot ongeveer 1.20 m had ingekerfd en er een kophout kon worden geplaatst. Successievelijk werd dan over de hele pijler op deze wijze ontkoold, meter voor meter. Elke 5 à 7 meter - dat verschilde van laag tot laag - bevond zich een man die zo werkte. De daaropvolgende dienst begon op zo''n eerste ondersteuning weer in te kerven tot de zogenaamde pandbreedte, ongeveer 2.20 m, en plaatste meter voor meter de definitieve ondersteuning terwijl het kophout weggenomen werd. Uiteraard veranderde deze werkwijze toen de eerste schuifpijlers en later de mechanisatiepijlers in gebruik werden genomen. Toen was het koolfront geheel stijlvrij. In de Belgische mijnen werd tijdens het "erlangswerken" gelijk ook een ondersteuning in de vorm van kophouten geplaatst. Zie de semantische toelichting bij het lemma Doorgang. [N 95, 510; monogr.; N 95A, 11] II-5