30770 |
het behang insmeren |
aanpappen:
ānpapǝ (L328p Heel),
inpappen:
enpapǝ (Q071p Diepenbeek, ...
Q111p Klimmen,
L267p Maasbree),
epapǝ (Q121p Kerkrade, ...
Q117a Waubach),
inpapǝ (L163p Ottersum),
inpápǝ (L245a Castenray, ...
L211p Leunen,
L209p Merselo,
L216p Oirlo,
L216a Oostrum,
L212a Smakt,
L210p Venray,
L244a Veulen),
insmeren:
e(n)šmīǝrǝ (Q111p Klimmen),
ensmē̜rǝ (L265p Meijel),
enšmē̜rǝ (L330p Herten),
ešmē̜rǝ (Q203p Gulpen),
insmē̜rǝ (L163p Ottersum),
natmaken:
natmākǝ (Q197p Noorbeek, ...
Q197a Terlinden),
pappen:
papǝ (Q113p Heerlen, ...
L414p Houthalen,
Q111p Klimmen,
Q032p Schinnen,
K353p Tessenderlo,
Q001p Zonhoven)
|
Het behangselpapier met behulp van de papborstel met plaksel bestrijken. [N 67, 97a; monogr.]
II-9
|
22120 |
het binnenkomen van de duif |
binnengaan:
binnegae (Q202p Eys),
də dōēf geit binnə (L300p Beesel),
geit binne (L331p Swalmen),
binnenkomen:
binne-kome (L266p Sevenum),
binnekomme (L330p Herten (bij Roermond)),
binnekōme (L414p Houthalen),
binnekòme (Q187p Sint-Pieter),
bènne koeme (L417p As),
bénnəkōēmə (L417p As),
bönne kòmme (L381p Echt/Gebroek),
doa kump tr bènne (Q027p Doenrade),
binnenlopen:
binneloeepe (L289p Weert),
də dōēf löp binnə (L300p Beesel),
binnenvallen:
binnevalle (Q171p Vlijtingen),
bénnəvàllə (L417p As),
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook bijlagevellen met (eventuele) aanvullingen en diverse toelichtingen.
ze vêlt binne (L214p Wanssum),
binnenvliegen:
bénnəvleegə (L417p As),
ingaan:
engoan (Q168a Rijkhoven),
ingaan (L429p Guttecoven, ...
Q162p Tongeren),
ingaon (Q021p Geleen, ...
Q021p Geleen),
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook "klanktabel v.h. Zolders (uitspraak)", aan de achterkant van de laatste pagina!
i.ngoeë.n (K361p Zolder),
inkomen:
enkoume (P219p Jeuk),
ē.nko.mə (Q202p Eys),
i komme (Q201p Wijlre),
inkome (L386p Vlodrop),
inkôômen (Q007p Eisden),
’t in kómme (Q111p Klimmen),
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.
ze koëmen èn (Q083p Bilzen),
inlopen:
Opm. v.d. invuller: men hoort steeds meer "in": inloope.
i-loope (Q027p Doenrade),
inschieten:
einschieten (Q157p Jesseren),
invallen:
einvallen (Q157p Jesseren),
envallen (P183p Mielen-boven-Aalst),
invliegen:
invliegen (Q162p Tongeren),
komen:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.
koëme (Q083p Bilzen),
op de plank vallen:
òppə plànk vàllə (L417p As),
op de slag vallen:
op de slâg valle (L210p Venray),
vallen:
vallen (L265p Meijel)
|
Hoe zegt men: het binnenkomen? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
27663 |
het bovengronds bedrijf |
bovengrond:
bōvǝgront (Q000 Zie mijnen
[(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]
[Emma]),
dag:
dax (Q000 Zie mijnen
[(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]
[Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden])
|
Het bovengronds mijnbedrijf. [Vwo 186; Vwo 265]
II-5
|
28124 |
het dak afkloppen |
(dak) aankloppen:
āklǫpǝ (Q121a Chevremont
[(Julia)]
, ... [Willem-Sophia]
Q121b Spekholzerheide
[(Willem-Sophia)]
[Emma]),
ānklǫpǝ (Q021p Geleen
[(Maurits)]
[Julia]),
(de berg) aankloppen:
āklǫpǝ (Q121c Bleijerheide
[(Domaniale)]
, ... [Maurits]
Q113p Heerlen
[(Emma)]
, [Laura, Julia]
Q121p Kerkrade
[(Domaniale / Wilhelmina)]
, [Domaniale]
Q117a Waubach
[(Laura / Julia)]
[Domaniale, Wilhelmina]),
ānklopǝ (L426p Buchten
[(Maurits)]
[Maurits]),
(de berg) afkloppen:
āfklǫpǝ (Q121c Bleijerheide
[(Domaniale)]
, ... [Eisden]
Q121p Kerkrade
[(Domaniale)]
[Domaniale]),
(de toit) afkloppen:
afklǫpǝ (Q003p Genk
[(Winterslag / Waterschei)]
, ... [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]
L422p Lanklaar
[(Eisden)]
[Winterslag, Waterschei]),
(het dak) afkloppen:
āfklopǝ (Q113p Heerlen
[(Oranje-Nassau I-IV)]
, ... [Domaniale]
Q111p Klimmen
[(Oranje-Nassau I / III / IV)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]),
āfklǫpǝ (L417p As
[(Zwartberg / Waterschei)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]),
̇āfklǫ.pǝ (Q202p Eys
[(Oranje-Nassau I / III / IV)]
[Zwartberg, Waterschei]),
(het hangende) aankloppen:
āklǫpǝ (Q113p Heerlen
[(Emma)]
[Emma, Maurits]),
(het hangende) afkloppen:
āfklopǝ (Q113p Heerlen
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]),
aankloppen:
ānklǫpǝ (Q000 Zie mijnen
[(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]
[Emma]),
afkloppen:
afklǫpǝ (Q000 Zie mijnen
[(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]
[Maurits]),
ā.fklopǝ (K361p Zolder
[(Zolder)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]),
āfklopǝ (Q035p Brunssum
[(Emma / Hendrik / Wilhelmina)]
, ... [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]
Q112a Heerlerheide
[(Oranje-Nassau I-IV)]
, [Oranje-Nassau II, Emma, Hendrik]
Q016p Lutterade
[(Maurits)]
, [Emma, Hendrik, Wilhelmina]
Q117p Nieuwenhagen
[(Oranje-Nassau II / Emma / Hendrik)]
, [Zolder]
L433p Nieuwstadt
[(Maurits)]
, [Maurits]
Q015p Stein
[(Maurits)]
, [Maurits]
L374p Thorn
[(Maurits)]
[Maurits]),
āfklǫpǝ (L417p As
[(Zwartberg / Waterschei)]
, ... [Domaniale]
Q121p Kerkrade
[(Domaniale)]
, [Willem-Sophia]
Q121b Spekholzerheide
[(Willem-Sophia)]
[Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]),
het dak controleren:
ǝt dāk kǫntrolērǝ (Q001p Zonhoven
[(Eisden)]
[Eisden]),
het front controleren:
ǝt front kǫntrolērǝ (Q007p Eisden
[(Eisden)]
[Maurits]),
kloppen:
klopǝ (L265p Meijel
[(Emma / Maurits)]
[Zolder]),
polsen van de toit:
pǫ.lsǝ van ǝn tø (K361p Zolder
[(Zolder)]
[Eisden])
|
Door middel van kloppen onderzoeken of zich in het dakgesteente losse steenlagen bevinden die dreigen in te storten. Een goed dak geeft een scherpe klank, terwijl een slecht dak een doffe of holle klank laat horen (Handb. H. pag. 115). [N 95, 486; N 95, 890; N 95, 298; monogr.; Vwo 9, Vwo 44]
II-5
|
30508 |
het dak spreiden |
spreiden:
sprē̜jǝ (L265p Meijel),
spręjǝ (Q096a Borgharen, ...
L320a Ell,
Q096c Neerharen),
sprɛjǝ (L318b Tungelroy),
špręjǝ (Q111p Klimmen),
šprɛjǝ (Q098p Schimmert)
|
De spreilaag aanbrengen. Het spreiden gebeurt met riet van 2,5 tot 3 meter lang en dient om de binnenkant van het dak een mooi aanzicht te geven en vooral om een dekbodem te vormen, zodat de kortere deklagen die over de spreilaag heen worden gelegd, niet naar binnen schieten. [N F, 33b]
II-9
|
25576 |
het deeg op de werkbank verdelen |
afkappen:
afkapǝ (K359p Koersel),
afknijpen:
ājknīpǝ (L291p Helden, ...
L292p Heythuysen),
afpitsen:
āfpetsǝ (Q002p Hasselt),
afrollen:
ǭfrǫlǝ (Q095p Maastricht),
afsnijden:
āfšni-jǝ (L299p Reuver),
ǫfsnājǝ (Q082p Munsterbilzen),
afsteken:
afsteken (Q035a Rumpen),
afstēkǝn (P176b Bevingen),
āfsti-jǝkǝ (P177p Zepperen),
āfstē̜kǝ (L292p Heythuysen, ...
L269a Hout-Blerick,
L321p Neeritter,
L427p Obbicht,
Q012p Rekem,
L271p Venlo),
āfštēkǝ (Q099q Rothem, ...
Q097p Ulestraten),
āfštē̜.kǝ (L290p Panningen),
āfštē̜kǝ (Q038p Amstenrade, ...
Q021p Geleen,
Q033p Oirsbeek),
āfštęjxǝn (Q121p Kerkrade),
āfštęǝkǝ (Q112p Voerendaal),
āfštęǝxǝ (Q121p Kerkrade),
ǫfstēʔǝn (K278p Lommel),
ǭfstēkǝ (Q187a Heugem, ...
Q095p Maastricht),
ǭfštē̜kǝ (Q198p Eijsden, ...
Q193p Gronsveld,
Q198b Oost-Maarland),
bet de hand afduwen:
bɛ dānt afdā (P176a Melveren),
deeg delen:
deeg delen (Q035a Rumpen),
in stukken snijden:
en stø̜kǝ sni-jǝ (L318b Tungelroy),
i štøkǝ šni-jǝ (Q198b Oost-Maarland),
pofjes maken:
pøfkǝs mākǝ (Q028p Jabeek),
snijden:
snajǝ (Q180p Mal),
snijden en bol maken:
snē̜jǝ ɛn bol mākǝ (P176a Melveren),
stukken snijden:
stø̜kǝ sni-jǝ (L318b Tungelroy),
stukker steken:
štøkǝr štęxǝ (Q121e Kaalheide),
stukkeren:
støkǝrǝ (Q035p Brunssum),
verdelen:
vǝrdēlǝ (Q035p Brunssum, ...
Q202p Eys,
Q113p Heerlen,
Q117a Waubach),
vǝrdē̜jlǝ (Q072p Beverst),
vǝrdē̜lǝ (Q002p Hasselt),
vǝrdęjlǝ (L291p Helden, ...
P176p Sint-Truiden,
L331p Swalmen,
L270p Tegelen,
L318b Tungelroy),
vǝrdęjlǝn (L432p Susteren),
vǝrdīǝlǝn (Q015p Stein),
vǝrdɛjlǝ (L290p Panningen)
|
Het verdelen van het deeg in stukken die, eenmaal gevormd en gebakken, de bepaalde broodvorm met het bepaalde gewicht zullen geven. De bij deze vraag opgegeven woordtypen "afwagen", "wagen", "afwegen", zijn overgebracht naar het lemma ''deeg afwegen''. [N 29, 32a; N 29, 30b; monogr.]
II-1
|
22510 |
het dienstpersoneel geschenken meegeven |
bescheren:
bəsjīrə (Q117p Nieuwenhagen),
besteken:
besteken (L382p Montfort),
een nieuwjaar meegeven:
eine noejaor met gaive (L320a Ell),
een peperkoek geven:
eͅnə peͅpərkūk gēvə (L265p Meijel),
nieuwjaar geven:
nieuwjaar geven (L364p Meeuwen),
nieuwjaor geve (K359a Stal)
|
Het gebruik om het dienstpersoneel geschenken mee te geven voor de ouders met oudjaar. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
23802 |
het doopwater wijden op paaszaterdag |
doopwater en wijwater wijden:
doopwater en wijwater wieën (Q202p Eys),
doopwater wijden:
doupwater wieje (L381p Echt/Gebroek),
dèpwoater wije (Q086p Eigenbilzen),
het deupwaater weije (P197p Heers),
het doewpwetter wije (P219p Jeuk),
doopwater zegenen:
?
zène doopwater (Q207p Epen),
doopwaterwijding:
duipwaterwiejing (Q101p Valkenburg),
nieuw wijwater halen:
nuue Wīēwater hāōle (Q098p Schimmert),
nuuj wiewater haole (Q101p Valkenburg),
paaswater halen:
paosjwater haolen (L429p Guttecoven),
paoswater haolen (L376p Linne),
paoswater hole (L289p Weert),
paaswaterwijding:
paoswaterwiejing (L374p Thorn),
paaszaterdagwijding:
paoszaoterdich wiejing (L300p Beesel),
vontwater halen:
feentwater hale (L216p Oirlo),
vinkwater hale (L266p Sevenum),
vintwater hale (L245b Tienray),
vuur en water wijden:
vuur en water wieje (Q021p Geleen),
water wijden:
et water wi-jje (L289p Weert),
t waoter wije (L192a Siebengewald),
water wiëe (Q111p Klimmen),
waterwijding:
waterwi-jjing (Q009p Mechelen-aan-de-Maas),
waterwieing (L371p Ophoven),
wātərwioŋ (Q253p Montzen),
wijden:
wieje (L270p Tegelen),
wijden van het doopwater:
wēͅjə van ət dopwatər (L265p Meijel),
wieje van et duipwater (L295p Baarlo),
wijding van het doopwater:
de wijjing vaan `t doup-water (Q095p Maastricht),
weijing van et daupwater (L423p Stokkem),
wieing van `t duipwater (Q099p Meerssen),
wiejing van et duipwater (Q032p Schinnen),
wijding van het paaswater:
wieing van het paosjwater (L383p Melick),
wijding van het water:
weiing van `t water (Q117a Waubach),
wiejing van het waater (Q247p Sint-Martens-Voeren),
wèjing vaan ət waatər (Q095p Maastricht),
wijding van het wijwater:
wijing vaan ut wiewater (Q095p Maastricht),
wijnwater halen:
wienwater haole (L381p Echt/Gebroek, ...
L382p Montfort),
wienwater hoeële (L328p Heel),
wijnwater maken:
wienwater maake (L387p Posterholt),
wijnwater wijden:
wienwater wieje (L382p Montfort),
wijwater:
wiewater (L295p Baarlo),
wijwater halen:
wi-jwater hole (L289p Weert),
wiejwater haole (L295p Baarlo),
wiejwater hoeële (L328p Heel),
wiewaoter hoale (L270p Tegelen),
wiewater aole (L423p Stokkem),
wiewater hale (L415p Opoeteren),
wiewater haole (L382p Montfort, ...
L382p Montfort,
L299p Reuver),
wiewater haoële (Q203p Gulpen),
wiewater hoale (Q016p Lutterade, ...
Q016p Lutterade,
Q112p Voerendaal),
wijwaoter haole (L192a Siebengewald),
wijwater halen (Q001p Zonhoven),
wijwater maken en halen:
wiewater make en hole (L320a Ell),
wijwater wijden:
wiejwater wieje (L267p Maasbree),
wiewater wieje (L382p Montfort),
wiewater wijen (L353p Eksel),
wijwater wijden en halen:
wiewaterwiee en hoole (L320c Haler),
wijwater zegenen:
wijwaoter zeigene (L265p Meijel),
wijwater zegenen en halen:
wiehwater zeëne en hoale (Q117p Nieuwenhagen),
wijwaterswijding:
wiewatersieïng (Q203p Gulpen),
wijwaterwijden:
wijweoaterwijes (L414p Houthalen),
wijwaterwijdens:
wiejwaterwiejes (L317p Bocholt),
wijwaterwijding:
weiwetterwijing (Q071p Diepenbeek),
wi-jwaterwi-ung (L288a Ospel),
wiejwaterwiejing (L425p Grevenbicht/Papenhoven)
|
Het gebruik om op Paaszaterdag het doopwater te wijden en wijwater te halen. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
28531 |
het eerste zwermen na de voorzwerm |
endelen:
e.ŋǝlǝ (L421p Dilsen),
endelen (Q009p Maasmechelen),
ęnjǝlǝ (L371a Geistingen),
ɛndǝlǝ (Q003p Genk, ...
L265p Meijel,
L210p Venray,
L289p Weert),
ɛnjǝlǝ (L333p Asenray / Maalbroek),
ɛnǝlǝ (Q003p Genk),
ɛŋǝlǝ (L372p Maaseik),
enlingen:
ɛnleŋǝ (L414p Houthalen),
nazwermen:
nǭzwɛrmǝ (L271p Venlo),
nǭžwɛrmǝ (L333p Asenray / Maalbroek),
weer zwermen:
wēr žwɛrmǝ (L330p Herten)
|
Het nazwermen, zodra de voorzwerm eraf is. Dit gebeurt ongeveer acht dagen na de voorzwerm. [N 63, 40a]
II-6
|
20322 |
het einde van zijn leven |
als hij het niet lang meer trekt:
cf. WNT s.v. "nie (II)", zie niet
es er ’t ni lang mie trekt (L356p Grote-Brogel),
de eind van zijn leven:
deen va ze lîeve (P121p Ulbeek),
deen vazə levə (Q002p Hasselt),
dein van zə leevə (Q156p Borgloon),
déjn vazə ljêêvən (Q071p Diepenbeek),
déén van zə léévə (L415p Opoeteren),
d’ein van zijn leven (K358p Beringen),
d’ein van zə lejəvə (P188p Hoepertingen),
d’éeen van zè li-even (P121p Ulbeek),
cf. WNT s.v. "zijn (III) - zn, ze, zij
d’een van zè lejve (Q078p Wellen),
de end van zijn leven:
den van zə lievə (Q001p Zonhoven),
dèng van zen lèven (K278p Lommel),
dén va zè lîevə (K361p Zolder),
d’èn van zie leve (L316p Kaulille),
het eind van zijn leven:
et ijn van ze lieve (P177p Zepperen),
et ijən va zə lijəvə (P195p Gutshoven),
het dijn vaa ze lieeven (P119p Sint-Lambrechts-Herk),
het ein van zien leven (L368p Neeroeteren),
het eind van ze lève (Q088p Lanaken),
het eind van zin lèven (L355p Peer),
het einj van zene leeven (L372p Maaseik),
tein van zie lèven (L313p Sint-Huibrechts-Lille),
ət een van ze lève (Q180p Mal),
’t eejn van ze leejven (Q071p Diepenbeek),
’t een va ze lîeve (P177p Zepperen),
’t een van ze li-jəve (P120p Alken),
’t ein va se leven (Q078p Wellen),
’t ein van zee lieven (L372p Maaseik),
’t ein van zè lèven (L314p Overpelt),
’t ein van zə lîevə (P186p Gelinden),
’t eind va ze lèven (L355p Peer),
’t eind van ze lèven (L286p Hamont),
’t eind van zie lève (L366p Gruitrode),
’t eind van zä lééven (L312p Neerpelt),
’t eindj van zie leeven (L317p Bocholt),
’t einj van zie lijve (L371p Ophoven),
’t einj van zien lève (L368p Neeroeteren),
’t einj van zə levə (Q007p Eisden),
’t èjn va zê lèven (K278p Lommel),
’t éeen van zə léévə (Q168p s-Herenelderen),
het einde van het leven:
’t einde van het leven (K357p Paal),
het einde van zijn leven:
het einde van ze leven (P218p Borlo),
het einde van ze lève (P176p Sint-Truiden),
het ejndə van zə léévə (Q179p Zichen-Zussen-Bolder),
’t einde van zien leven (L360p Bree),
’t einde van zijn leeve (P219p Jeuk),
’t einde van zijn leven (K316p Heppen),
het end van zijn leven:
et en voi ze leeve (K353p Tessenderlo),
het en va zen laiven (L352p Hechtel),
het en van zijn leven (K315p Oostham),
het ende van zéé lééve (L312p Neerpelt),
het enj van ze leven (Q009p Mechelen-aan-de-Maas),
het ènd van ze liejeve (Q002p Hasselt),
het ən van ze laeve (Q003p Genk),
het ən van ze lève (Q003p Genk),
ten van zi léévən (L286p Hamont),
ət én van zéé leevə (K318p Beverlo),
ət ən van zej léévə (L360p Bree),
’t en va zè lèven (K359p Koersel),
’t en va zə leve (K318p Beverlo),
’t en van zien leve (L422p Lanklaar),
’t en van zij leven (K360p Heusden),
’t en van zə lêvən (Q086p Eigenbilzen),
’t en van z’n leven (L353p Eksel),
’t end van ze leeve (L313p Sint-Huibrechts-Lille),
’t end van ze lieëve (Q002p Hasselt),
’t end van zie léven (L313p Sint-Huibrechts-Lille),
’t end van z’n leve (P052p Schulen),
’t ende van zè lêve (K278p Lommel),
’t ende van zən leve (K358p Beringen),
’t endsj van zien lèven (L317p Bocholt),
’t endə van zé levə (K317p Leopoldsburg),
’t eng van ze leven (P054p Spalbeek),
’t enj van z’n lève (P192p Voort),
’t in va ze lieven (K360p Heusden),
’t in van ze lejve (L413p Helchteren),
’t in van zen leven (P045p Meldert),
’t in van zij leeven (K357p Paal),
’t ind va ze lèven (L286p Hamont),
’t än và zə leivə (Q001p Zonhoven),
’t ändə van zə léévə (L359p Beek (bij Bree)),
’t èn van ze lieven (L420p Rotem),
’t ènd van zien lèven (L371p Ophoven),
’t én van zə léévə (L359p Beek (bij Bree)),
’t énd van ze lève (Q158p Riksingen),
’t énde va ze lieëve (Q002p Hasselt),
’t ën va zij leven (K314p Kwaadmechelen),
cf. WNT s.v. "einde - eind, end"; cf. VD s.v. "einde ...ook eind, end
hət in van ze lèvə (Q072p Beverst),
het laatste:
ət léstə (Q010p Opgrimbie),
’t leste (Q002p Hasselt),
het laatste end van leven:
’t lèste end van lève (L352p Hechtel),
het laatste van het leven:
’t leste van ’t leven (P176p Sint-Truiden),
het laatste van zijn leven:
het leeste van zijn leeven (P188p Hoepertingen),
het lest van z’n lieven (L420p Rotem),
het leste va zan leven (P115p Duras),
het leste van zij leven (P181p Muizen),
het leste van zijn leven (P116p Gorsem, ...
P114p Runkelen),
het leste van zin lèven (L355p Peer),
it lest van ze leven (L314p Overpelt),
ət leiste van ze lîevə (P197p Heers),
ət léstə van ze lééve (Q003p Genk),
’t laajsté va͂n zén léév (P193p Mettekoven),
’t leest van zie leeven (L368p Neeroeteren),
’t leeste van ze liëve (P120p Alken),
’t lest van zee lèven (L415p Opoeteren),
’t leste va ze leve (K358p Beringen),
’t leste va ze lîeve (P117p Nieuwerkerken),
’t leste va zè lêêve (P058p Stevoort),
’t leste van ze leeuve (P214p Montenaken),
’t leste van ze leven (Q083p Bilzen),
’t leste van ze lèjeve (P045p Meldert),
’t leste van ze lèven (P175p Gingelom),
’t leste van ze lêven (L368p Neeroeteren),
’t leste van zen leiven (L352p Hechtel),
’t leste van zen lèven (L316p Kaulille),
’t leste van zie leive (L316p Kaulille),
’t leste van z’ leiven (L312p Neerpelt),
’t leste van z’ lieëve (Q002p Hasselt),
’t lestə van zien lèven (L317p Bocholt),
’t lestə van zīē léffə (L367p Neerglabbeek),
’t lijste van ze lîevə (P197p Heers),
’t listə van z’n leve (P174p Velm),
’t lèste va ze leve (P057p Kuringen),
’t lèste van ze lèven (Q178p Val-Meer),
’t lèste van zie lijve (L371p Ophoven),
’t lèste van zijn leven (P056p Stokrooie),
’t lèste van zè lèven (L314p Overpelt),
’t lèstə van zè leevə (K278p Lommel),
’t lèstə van zə lève (Q091p Veldwezelt),
’t lésdə va zə léévə (L414p Houthalen),
’t léste va zij leven (K357p Paal),
’t léstə va zé léévə (K357p Paal),
’t léstə van zə leevə (P050p Herk-de-Stad),
’t léstə van zə levə (P176p Sint-Truiden),
’t léstə van zən léévə (Q088p Lanaken),
’t lëste van ze lève (Q089p Martenslinde),
’t lüstə van zīēn léévən (L317p Bocholt),
cf. WNT s.v. "lest (I)"(leste)
et léstə van zə levə (P183p Mielen-boven-Aalst),
cf. WNT s.v. "zijn (III) - zn, ze, zij
hət lééstə van zə léévə (Q088p Lanaken),
op het laatste:
op ’t leste (L358p Reppel),
op zijn laatste:
op ze leste (L372p Maaseik, ...
L364p Meeuwen),
op zijn laatste poten:
op zen leste poeten (Q001p Zonhoven),
zijn laatste:
zee leste (Q168a Rijkhoven),
zijn laatste dagen:
z’n leiste dóóg (Q156a Groot-Loon),
zijn oude dag:
zennen ouwendag (K278p Lommel)
|
op het einde van zijn leven [ZND 34 (1940)]
III-2-2
|