32273 |
het vat opzetten |
de duigen neveneen zetten:
[de duigen] nē̜vǝnęjn zetǝ (L269p Blerick, ...
L267p Maasbree),
de ton aanslaan:
dǝ tōn ānslōn (Q007p Eisden, ...
Q009p Maasmechelen),
de ton opzetten:
[de ton] up˱zętǝ (Q002p Hasselt),
de ton opzetten (Q156p Borgloon),
dǝ ton ǫp˲zętǝ (L290p Panningen),
dǝ tǫn ǫp˲zętǝ (Q002p Hasselt, ...
Q095p Maastricht),
opzetten:
opzetten (Q074p Kortessem),
op˲zętǝ (L164p Gennep),
op˲zɛtǝ (Q074p Kortessem),
ǫp˲zetǝ (L329p Roermond),
ǫp˲zętǝ (L328p Heel, ...
Q111p Klimmen,
L270p Tegelen)
|
De duigen met behulp van een voorlopige opzetband overeind zetten. De eerste duig die de kuiper plaatst wordt met behulp van een opzetklem vastgezet. Daarna worden de andere duigen binnen de opzetband geplaatst totdat de ring gevuld is. Dan kan de opzetklem verwijderd worden. [N E, 25]
II-12
|
25443 |
het vlees in stukken snijden |
afsnijden:
āfsnęjǝn (L312p Neerpelt),
afsteken:
āfstēkǝn (L211p Leunen),
doordoen:
dǫwrdø̄n (P050p Herk-de-Stad),
in kwartjes snijden:
en kartjes snajǝ (Q162p Tongeren),
in porties snijden:
en porsjǝs snejǝ (L265p Meijel),
in stukken snijden:
en štø̜kǝ šnīǝ (Q020p Sittard),
ęn stǝkǝ snē̜ (P117p Nieuwerkerken),
in vierels snijden:
en vīrǝls [snijden] (K318p Berverlo),
kapotdoen:
kapotdoen (K358p Beringen),
kapotsnijden:
kapǫt snajǝ (Q156p Borgloon),
kapǫt snī-jǝ (L416p Opglabbeek),
kǝpot snɛ (Q080p Vliermaal),
kǝpot snɛjǝ (K278p Lommel),
kǝpot snɛǝ (P108p Grazen),
kǝpǫt snęjǝ (Q072p Beverst),
kwartieren:
kwartīrǝn (Q071p Diepenbeek),
kørtirǝ (P176p Sint-Truiden, ...
P177p Zepperen),
kǝtīrǝ (P057p Kuringen),
kǝtīrǝn (P120p Alken),
kɛtīrǝ (P108p Grazen),
onder de pens snijden:
ondǝr dǝ pɛnsnējǝ (Q078p Wellen),
ontleggen:
ǫntlęgǝn (P176p Sint-Truiden),
stukken:
støkǝ (Q118a Terwinselen),
stø̜kǝ (Q197p Noorbeek, ...
L289p Weert),
štøkǝ (Q113p Heerlen, ...
Q039p Hoensbroek),
stukkeren:
sty-jkǝrǝn (Q095p Maastricht),
støkērǝ (Q012p Rekem),
støkǝrǝ (L269p Blerick, ...
Q018p Geulle,
Q121p Kerkrade,
Q096c Neerharen),
støkǝrǝn (Q039p Hoensbroek, ...
Q198a Mesch),
stø̜kǝrǝ (L426p Buchten, ...
Q095p Maastricht,
L321p Neeritter),
stɛkǝrǝ (Q091p Veldwezelt),
štøkǝrǝ (Q198p Eijsden, ...
Q202p Eys,
Q203p Gulpen,
Q187a Heugem,
L325p Horn,
Q121p Kerkrade,
Q036p Nuth,
Q117a Waubach),
štøkǝrǝn (Q121p Kerkrade),
štø̄kǝrǝ (Q030p Schinveld),
štø̜kǝrǝ (Q019p Beek, ...
Q103p Berg / Terblijt,
Q204a Mechelen,
Q033p Oirsbeek,
Q099q Rothem,
L432p Susteren),
uitbenen:
utbiǝn (L312p Neerpelt),
ūtbęjnǝ (Q099q Rothem, ...
L271p Venlo),
ǫtbīnǝ (L413p Helchteren),
ǭtbinǝ (P051p Lummen),
uiteendoen:
atęjn dun (P176p Sint-Truiden),
uiteendoen (K358p Beringen),
uiteensnijden:
ȳtejnsnī-jǝ (L362p Opitter),
uitereendoen:
uitereendoen (Q071p Diepenbeek),
utrēn dōn (L289p Weert),
utręjndōn (L420p Rotem),
utrīndǭn (L316p Kaulille),
utǝręjn dōn (L377p Maasbracht),
øtjǝręndū (L265p Meijel),
ū.tręjn dōn (L270p Tegelen),
ūtręjndōn (L269b Boekend, ...
L320a Ell,
L330p Herten,
L331p Swalmen,
L318b Tungelroy),
ūtǝręjn dōn (L291p Helden, ...
L416p Opglabbeek),
ǭtǝrīn dūwǝn (L413p Helchteren),
uitereenhalen:
ūtǝrīn hālǝ (L246p Horst),
uitereensnijden:
atǝręjn snajǝ (Q180p Mal),
utǝrɛ̄snɛ̄jǝ (Q175p Riemst),
ytǝrēn snɛjǝn (L211p Leunen),
ūtręjn šnī-jǝ (L270p Tegelen),
uitknoken:
oǝtknø̜̄kǝ (Q103p Berg / Terblijt),
uitsnijden:
ūtsnī-jǝ (Q039p Hoensbroek, ...
L321p Neeritter),
uitstukken:
ūtštø̜kǝ (L426p Buchten),
vaneensnijden:
vanēǝn snēǝn (P211p Waasmont),
verdelen:
vǝrdēlǝ (L163p Ottersum),
vǝrdęjlǝ (L366p Gruitrode, ...
L372p Maaseik,
Q009p Maasmechelen,
Q158p Riksingen,
Q078p Wellen),
vǝrdęlǝ (L312p Neerpelt),
versnijden:
vǝrsnajdǝ (Q180p Mal),
vǝrsnājǝ (Q083p Bilzen),
vierelen:
veǝrǝlǝ (L292p Heythuysen),
vērǝlǝ (L290p Panningen, ...
L331p Swalmen),
villen:
velǝ (L413p Helchteren),
voor soep snijden:
vor sop snęjǝ (Q078p Wellen)
|
Als één der helften van het gekloofde dier verwerkt wordt, snijdt men deze eerst in enkele grote, wat handzamer stukken. [N 28, 98; monogr.]
II-1
|
25441 |
het vlees laten besterven |
aanstijven:
aštīvǝ (Q030p Schinveld),
afhalen:
ǭfhǭlǝ (Q175p Riemst),
afhangen:
afhaŋǝn (P176p Sint-Truiden),
afkoelen:
afkoelen (K358p Beringen),
āfkølǝn (Q071p Diepenbeek),
āfkø̄.lǝ (L271p Venlo),
āfkø̄lǝ (L269p Blerick, ...
Q203p Gulpen,
L270p Tegelen),
āfkēlǝ (L416p Opglabbeek),
afsterven:
āfstø̜rǝvǝ (L269p Blerick),
āfstɛrvǝ (L269p Blerick, ...
L292p Heythuysen,
L377p Maasbracht,
Q009p Maasmechelen,
L321p Neeritter,
L318b Tungelroy),
āfstɛrǝvǝ (L269p Blerick),
āfštɛrvǝ (Q202p Eys, ...
Q203p Gulpen,
Q113p Heerlen,
Q121p Kerkrade,
Q197p Noorbeek,
Q030p Schinveld),
ǫfstɛrvǝ (Q180p Mal),
ǭfštɛrvǝ (Q198p Eijsden),
besterven:
bǝstē̜rvǝ (L163p Ottersum),
buiten laten hangen:
butǝ lǭtǝ haŋǝ (Q020p Sittard),
hangen laten:
haŋǝ lōǝtǝ (Q036p Nuth),
haŋǝ lǭtǝ (Q039p Hoensbroek),
koelen:
kø̄lǝ (L330p Herten, ...
Q009p Maasmechelen),
koud laten worden:
kalt lǭtǝ wē̜rǝ (L269b Boekend),
kǫwt lōlǝ wē̜rǝ (L432p Susteren),
koud worden:
kalt wērǝ (L246p Horst),
kǫwt wē̜rǝn (Q039p Hoensbroek),
kǭt wē̜rǝ (L289p Weert),
kouden:
kāwǝ (Q204a Mechelen),
laten afkoelen:
lowǝtǝ āfkølǝn (L312p Neerpelt),
laten afsterven:
løtǝ ǭfstɛrvǝ (Q162p Tongeren),
lǫsǝ āfštɛrvǝ (Q118a Terwinselen),
lǫwǝtǝ ǭfstęrvǝ (Q156p Borgloon),
lǭtǝ ǭfštɛrvǝ (Q121p Kerkrade),
lǭtǝn āfštɛrvǝ (Q033p Oirsbeek),
laten besterven:
lǭtǝ bǝstęrvǝ (L416p Opglabbeek),
lǭtǝ bǝštɛrvǝ (L290p Panningen),
laten drogen:
lwǭtǝ drø̄gǝ (Q158p Riksingen),
løtǝ drɛ̄gǝ (Q072p Beverst),
lǫwǝtǝ drø̜gǝ (Q156p Borgloon),
lǭtǝ drø̄gǝ (P211p Waasmont),
lǭtǝn drygǝn (Q198a Mesch),
laten druppen:
lǫtǝ drøpǝ (Q096c Neerharen),
laten hangen:
luǝtǝ haŋǝ (Q080p Vliermaal),
lōtǝ haŋǝ (P176p Sint-Truiden),
lǭtǝ haŋǝ (L366p Gruitrode),
laten opdrogen:
lōtǝ ǫpdrȳgǝ (L372p Maaseik),
lōɛtǝn opdrøxǝn (Q011a Kotem),
laten opstijven:
luǝtǝ ǫpstęjvǝ (P177p Zepperen),
lōtǝ ūpstęvǝ (P176p Sint-Truiden),
lǫwǝtǝn opstɛjvǝ (K278p Lommel),
lǭtǝ opstē̜jvǝ (L413p Helchteren),
lǭtǝ ǫpstīvǝ (Q012p Rekem),
laten uitdruppen:
lǭtǝn ǫwtdrøpǝn (L316p Kaulille),
laten uitlopen:
lǭtǝ utlǫwpǝ (Q009p Maasmechelen),
laten uitsterven:
laten uitsterven (K358p Beringen, ...
L420p Rotem),
lǫwǝtǝn øtstɛrǝvǝ (K278p Lommel),
lǭtǝ ūtstɛrvǝ (L320a Ell),
laten verslaan:
lǭtǝ vǝrslǭ (L265p Meijel),
op leer hangen:
ǫp līr haŋǝ (L246p Horst),
opdrogen:
opdrogen (P120p Alken),
opdrȳǝgǝ (L246p Horst),
ǫpdrȳ.gǝ (L269p Blerick),
ophangen:
ophaŋǝ (P108p Grazen, ...
P117p Nieuwerkerken),
ophāŋǝ (Q078p Wellen),
opstijven:
opstijven (P120p Alken, ...
K358p Beringen),
ǫpstajvǝ (P051p Lummen),
ǫpstęjvǝ (P050p Herk-de-Stad),
rusten:
rø̜stǝ (Q180p Mal),
stijf worden:
st ̇īf wē̜re (L269p Blerick),
stęjf wǫrden (P211p Waasmont),
stijven:
stęjvǝ (P057p Kuringen),
uitdrogen:
ūtdrygǝ (Q187a Heugem),
uitdruppen:
odrøpǝ (Q080p Vliermaal),
uitsterven:
uitsterven (Q071p Diepenbeek),
utstɛrvǝ (Q091p Veldwezelt),
ūtstɛrvǝ (Q095p Maastricht, ...
L312p Neerpelt),
ūtštęrǝvǝ (Q099q Rothem),
ǫwtstɛrǝvǝn (Q095p Maastricht),
ǭtstęrvǝ (P057p Kuringen),
uitsterven laten:
utštɛrvǝ lǭtǝ (Q103p Berg / Terblijt),
ūtstɛrǝvǝ lǭtǝ (L289p Weert),
uitwasemen:
utjwazǝmǝ (L265p Meijel),
versterven:
vǝrstɛrvǝ (L269b Boekend, ...
Q018p Geulle,
L362p Opitter,
L271p Venlo),
vǝrstɛrvǝn (L211p Leunen),
vǝrštɛrvǝ (Q019p Beek, ...
L291p Helden,
L330p Herten,
L325p Horn,
L331p Swalmen,
L270p Tegelen),
versterven laten:
vǝrstɛrǝvǝ lǭtǝ (L289p Weert)
|
Na het verwijderen der ingewanden e.d. en het schoonmaken laat men het vlees hangen om het te laten afkoelen en opstijven. De volgende dat wordt het verder verwerkt. Enerzijds is dit een eis van de keuringsdienst (eventuele ziektes e.d. zijn dan makkelijker te constateren), anderzijds komt dit besterven volgens velen de smaak van het vlees ten goede. [N 28, 95; monogr.]
II-1
|
28632 |
het vlieggat dichtstoppen |
afstoppen:
āfstopǝ (Q002p Hasselt),
āfštopǝ (Q113p Heerlen),
dichtmaken:
dextmākǝ (L210p Venray),
dichtmaken (L215a Wellerlooi),
dichtsteken:
dichtsteken (K317a Kerkhoven),
opstoppen:
opstoppen (Q003p Genk, ...
L416p Opglabbeek),
opštopǝ (L333p Asenray / Maalbroek),
upstǫpǝn (K353p Tessenderlo),
pinnen:
penǝ (Q197p Noorbeek, ...
Q197a Terlinden),
proppen:
propǝ (L265p Meijel),
toeduwen:
tudyjǝ (Q019p Beek),
toemaken:
tamǭkǝ (P107a Rummen, ...
P176p Sint-Truiden),
tumākǝ (Q019p Beek, ...
L428p Born,
L384p Herkenbosch,
L329p Roermond,
L374p Thorn,
L271p Venlo),
toesteken:
tuštę̄kǝ (L333p Asenray / Maalbroek),
tǫwstęǝ.kǝ (Q071p Diepenbeek),
toestoppen:
toestoppen (Q009p Maasmechelen),
tustopǝ (L421p Dilsen, ...
L381b Peij),
tuwstopǝ (L371a Geistingen),
tuštopǝ (L333p Asenray / Maalbroek, ...
L330p Herten),
tǫwstopǝ (L289p Weert),
tǫwstǫpǝ (L414p Houthalen)
|
Wanneer men met de kasten of korven reist, stopt men het vlieggat dicht. Bij een kast gebeurt dit afsluiten met een schuif, bij een korf met hooi, gras of gaas. Korven en kasten worden met de onderkant boven en de raten in het verlengde van de as richting voertuig geplaatst (L 265, 289 en 333) en stevig met elkaar verbonden. [N 63, 104d; N 63, 105; monogr.]
II-6
|
21436 |
het volle bedrag |
alles:
ps. omgespeld volgens Frings.
aləs (P176p Sint-Truiden),
aləzbətālə (Q209p Teuven),
alles bijeen:
alles bie-ein (Q098p Schimmert),
alles ohne korting:
alles óane korting (Q113p Heerlen),
boter bij de vis:
ps. omgespeld volgens Frings.
bou̯ətər beͅ də ves (K278p Lommel),
de ganse hoop:
de ganse houp (Q020p Sittard),
de ganse klimbim (du.):
de ganse klimbim (Q020p Sittard),
de ganse kluit:
de gansche kluit (L289p Weert),
de ganse kluit (Q020p Sittard),
de ganse paai:
de gaanse pèj (Q198a Mesch),
Van Dale: II. paai (<Fr. paye), 1. (veroud.) termijn (van betaling -2. (gew.) loon... [vgl. WNT paai (III)].
de-ganse paaj (L322a Nunhem),
de ganse pot:
de gansche poet (L269p Blerick),
de ganse poet (L270p Tegelen),
de ganse prijs:
de ganse pries (Q100p Houthem),
de ganse pruim:
ps. stoottoon.
de ganse pr‧oem (L332p Maasniel),
de ganse raffel:
ganse raffel (Q111p Klimmen),
de ganse roffel:
de-ganse roefel (L322a Nunhem),
de ganse som:
de ganse som (Q113p Heerlen),
de ganse söm (L329p Roermond),
ps. omgespeld volgens Frings.
də gansə som (K278p Lommel),
dəgānsəsoͅmbətālə (Q209p Teuven),
de hele boel:
ps. omgespeld volgens Frings.
dən hīlə bul (P055p Kermt),
de hele klimbim (du.):
vgl. Venlo Wb. (pag. 166): kliembiem, de hele rimram.
den hiële klimbiem (L270p Tegelen),
de hele klimbims (<du.):
d`n hiële kliembiéms (L270p Tegelen),
de hele klommel:
vgl. Weertlands Wb.2 (pag. 180): klómmele, prutsen, wat aanrommelen. ne klómmel, niet deugdelijk voorwerp.
d⁄n hieèle klommel (L289p Weert),
de hele knommel:
vgl. Venlo Wb. (pag. 168): knómmel, 1. rommel; -2. ondeugdelijk spul; -3. vod, lor.
de hiêle knômmel (L295p Baarlo),
de hele koopsom:
ps. omgespeld volgens Frings.
hil koͅu̯psoͅm (L420p Rotem),
de hele kraam:
(kraom = kraam).
den hièle kraom (L425p Grevenbicht/Papenhoven),
de hele mest:
ps. omgespeld volgens Frings.
dən hīlə meͅst (L416p Opglabbeek),
de hele paai:
ps. letterlijk overgenomen (dus niet(s) omgespeld!).
hīēl pàj (Q204a Mechelen),
de hele pas:
ps. omgespeld volgens Frings.
dən hiələ pas (P107a Rummen),
de hele patat:
Algemene opmerking: invuller twijfelt over het spellingssysteem (Veldeke). Aangezien de lijst normaal (dus in gewoon Nederlands) is ingevuld, heb ik de lijst letterlijk overgenomen, dus niet(s) omgespeld!
de hiele petat (Q198p Eijsden),
de hele pot:
den hiële pot (L369p Kinrooi),
de hele roffel:
de hele roefel (L331p Swalmen),
den heile roefel (Q101p Valkenburg),
ps. omgespeld volgens Frings.
dən ilə rōfəl (L317p Bocholt),
de hele sekwei:
ps. omgespeld volgens Frings.
də heͅi̯lə səkweͅ (Q156p Borgloon),
høi̯lə seͅkweͅ (Q156p Borgloon),
de hele smak:
ps. omgespeld volgens Frings.
dən ilə šmak (L423p Stokkem),
de hele som:
de hīēl som (L318b Tungelroy),
de héél som (L373p Roosteren),
ps. omgespeld volgens Frings.
də hēl soͅm (Q176a Ketsingen),
də hil soͅm (Q004p Gelieren/Bret),
ps. omgespeld volgens IPA.
də hēͅl som (Q162p Tongeren),
hiəl soͅm (L282p Achel),
de hele zwik:
de hieel zwik (L289p Weert),
de totale prijs:
de totaale pries (Q104p Wijk),
de volle baf:
der volle baf (Q039p Hoensbroek),
de volle bak:
de volle bak (L331p Swalmen),
de volle charge (fr.):
ps. omgespeld volgens Frings.
voͅl šarš (Q093p Rosmeer),
de volle laag:
de vol loag (L318b Tungelroy),
de volle laog (L266p Sevenum),
de volle loag (Q105p Heer),
de volle lagen:
Algemene opmerking: deze vragenlijst/dit antwoord zo letterlijk mogelijk overgenomen (dus niet omgespeld!).
de vòl laogen (Q095p Maastricht),
de volle mep:
de vol mep en āndersnie! (L216p Oirlo),
de volle mep (L290a Egchel, ...
L332p Maasniel,
L270p Tegelen,
L289p Weert),
vgl. Herten-bij-Roermond Wb. (pag. 179): mep, klap.
de vol mep (L330p Herten (bij Roermond)),
de volle mep (L330p Herten (bij Roermond)),
de volle poen:
de volle poen (Q098p Schimmert),
de volle pot:
de volle pot (L360p Bree, ...
L353p Eksel,
L369p Kinrooi),
ps. omgespeld volgens Frings.
də volə pot (P044p Zelem),
də volə poͅt (L316p Kaulille),
də voͅlə poͅt (L317p Bocholt, ...
Q071p Diepenbeek,
L286p Hamont,
Q002p Hasselt,
Q012p Rekem,
Q178p Val-Meer,
Q079a Wintershoven),
də voͅləpoͅt (P050p Herk-de-Stad),
volə pot (Q162p Tongeren),
ps. omgespeld volgens Frings. Boven de eerste # staat nog een ´; dit tekentje heb ik niet meegenomen in de omspelling!
də voͅlə poͅt (Q176a Ketsingen),
ps. omgespeld volgens Frings. Onder de a (van "ha?v\\") staat nog een rondje; dit heb ik niet meegenomen in de omspelling.
də voͅlə poͅt (L317p Bocholt),
de volle prijs:
de volle pries (Q100p Houthem),
volle pries (Q187a Heugem),
Opm. ie lang uitgesproken.
de volle pries (L377p Maasbracht),
ps. omgespeld volgens Frings.
də voͅllə prēͅs (Q002p Hasselt),
də voͅlə prei̯s (L372p Maaseik),
də voͅlə prēs (Q179p Zichen-Zussen-Bolder),
də voͅlə prēͅs (P213p Niel-bij-St.-Truiden),
voͅlə prēi̯s (L372p Maaseik),
voͅlə prēͅəs (Q078p Wellen),
voͅlə preͅi̯s (P174p Velm),
voͅlə pris (L416p Opglabbeek),
voͅlə prīəs (L422p Lanklaar),
ps. omgespeld volgens Frings. Boven de "@"staat nog een ^ (dakje deze combinatieletter is niet te maken/om te spellen en heb alleen de "@"omgespeld.
də voͅlə preͅ^s (Q002p Hasselt),
de volle raffel:
de volle raffel (Q198a Mesch),
de volle roffel:
den volle roefel (L326p Grathem),
de volle ronde:
de volle ronde (L318b Tungelroy),
de volle som:
de vol som (Q193p Gronsveld),
ps. invuller heeft hierbij geen fonetische notering gegeven.
volle som (P048p Halen),
ps. omgespeld volgens Frings.
də vol som (P222p Opheers),
də voͅlə soͅm (K361p Zolder),
də vøͅl soͅm (Q078p Wellen),
ps. omgespeld volgens Frings. Het -tekentje heb ik letterlijk overgenomen.
də ⁄volə soͅm (L312p Neerpelt),
ps. omgespeld volgens IPA.
volə soͅm (L314p Overpelt),
de volle waarde:
de volle waerde (Q020p Sittard),
gans:
gans betaale (Q039p Hoensbroek),
ganse, het ~:
het ganse (Q039p Hoensbroek),
het brutobedrag:
bruto bedraag (Q095p Maastricht),
het bruto bedraag (Q113p Heerlen),
het ganse bedrag:
’t gans bedraag (Q098p Schimmert),
⁄t ganse bedraag (L295p Baarlo, ...
L299p Reuver),
het ganse geld:
’t ganse gelt (Q117a Waubach),
het ganse kraampje:
’t gans kröömke (Q020p Sittard),
het hele bedrag:
het hiele bedraag (Q104p Wijk),
het kot vol:
ps. omgespeld volgens Frings. Boven de lange a (Å) staat nog een ~; deze combinatieletter is niet te maken/om te spellen en heb alleen de lange a omgespeld.
ət koͅt vul bətā~lə (P051p Lummen),
het onzuivere bedrag:
Opm. netto bedrag = z¨¨ver bedraag.
⁄t onzūūvere bedraag (L428p Born),
het volle bedrag:
’t volle bedraag (Q036p Nuth/Aalbeek, ...
Q098p Schimmert),
⁄t volle bedraag (L332p Maasniel, ...
L373p Roosteren,
L270p Tegelen,
L271p Venlo),
⁄t vólle bedraag (L329p Roermond),
ps. letterlijk overgenomen (dus niet omgespeld!).
het volle bedrāāg (Q028p Jabeek),
het volle geld:
ps. omgespeld volgens Frings.
hət voͅlle geͅljt (L422p Lanklaar),
ps. omgespeld volgens IPA.
ət foͅlə geͅlʔdʔ bətālə (L420p Rotem),
het volle pond:
het volle pond (Q039p Hoensbroek),
het volle poundj (L429p Guttecoven),
het volle pôndj (L320a Ell),
volle púnd (Q039p Hoensbroek),
vollə pôntj (L426z Holtum),
vólle pondj (L294p Neer),
’t volle pond (Q039p Hoensbroek, ...
Q111p Klimmen),
’t volle pont (Q112a Heerlerheide),
’t volle pônk (Q119p Eygelshoven),
⁄t vol pöndj (L427p Obbicht),
⁄t volle pond (L381p Echt/Gebroek),
⁄t volle pondj (L327p Beegden),
⁄t volle pontj (L322p Haelen),
⁄t volle poond (L386p Vlodrop),
⁄t volle punjt betale (L432p Susteren),
⁄t volle póndj (L329p Roermond),
⁄t volle póónd (L159a Middelaar),
⁄t volle pôndj (L434p Limbricht),
⁄t volle pôônjd (L321p Neeritter),
⁄t vòlle poond (L163a Milsbeek, ...
L163p Ottersum),
Opm. korte oo-klank van pond.
’t volle poonk (Q113p Heerlen),
ps. letterlijk overgenomen!
het volle pŏĕndj (Q033p Oirsbeek),
met niks ervanaf:
mitniks devanaaf (Q032a Puth),
raffel:
vgl. Maastricht Wb. (pag. 341): raffel, een grote menigte.
raffel (Q095p Maastricht),
roffel:
[cf. raffel?, rk]
roffel (Q095p Maastricht),
santenkraam:
Van Dale: santenkraam.
santekroam (Q101p Valkenburg),
tot de laatste cent:
tot der lètste sént motte betaale (Q111p Klimmen),
uiterste, het ~:
ps. omgespeld volgens Frings.
hət utərstə (Q009p Mechelen-aan-de-Maas),
voluit:
hij hi ⁄t volutj moete betale (L265p Meijel),
ps. omgespeld volgens Frings.
voͅlōͅu̯t (Q077p Hoeselt),
voͅlūdbətōͅlə (Q096d Smeermaas),
vrij geld:
vgl. Venlo Wb. (pag. ): vreej, 1. vrij; -2 kaartterm, die kaart is ~, de laatste kaart van een bepaalde kleur.
vreej geltj (L290p Panningen),
zever:
ps. omgespeld volgens Frings.
zøͅvər (Q071p Diepenbeek),
zonder een cent aftrek:
zonger eine sént aaftrék (Q111p Klimmen),
zonder korting:
Algemene opmerking: invuller noteert als spellingssyteem Veldeke, maar het is gewoon in het Nederlands genoteerd en heb het daarom letterlijk overgenomen (dus niets omgespeld!).
zoonger korting (Q113a Welten),
ps. omgespeld volgens Frings. Boven de "n"staat nog een ~; deze combinatieletter is niet te maken/om te spellen.
zoͅnər koͅrtin~ (Q003a Oud-Waterschei)
|
[het volle bedrag] || letterlijk alles || volle bedrag, de gehele som, zonder korting [de hele poet, de volle roefel, de hele paaj?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
25558 |
het voorrijzen buiten de trog |
aanrijzen:
ānrīzǝ (L271p Venlo),
bankrijs:
baŋk ręjs (Q019p Beek),
bāŋkręjs (Q198b Oost-Maarland),
beslaan:
bǝslōwn (P176a Melveren),
bolrijs:
bolris (L317p Bocholt),
deeg aanzetten:
dęjǝx ǫnzɛtn (K278p Lommel),
eerste rijs:
ørstǝ rīs (L163p Ottersum),
gaan:
(het deeg)+F16630 git (P056p Stokrooie),
goa (Q203p Gulpen, ...
Q112p Voerendaal),
gun (Q193p Gronsveld),
gø̜nǝ (Q015p Stein),
gǭn (L432a Koningsbosch, ...
L331p Swalmen),
gǭǝ (Q202p Eys),
gaan laten:
gǭ lǭtǝ (Q113p Heerlen),
joa losǝ (Q121p Kerkrade),
narijs:
nǭręjs (Q097p Ulestraten),
nǭrɛ̄s (K314p Kwaadmechelen),
omzetten:
(het deeg wordt) omgǝzatj (L330p Herten),
op de bank rijzen:
op dǝ bank rīzǝ (L290p Panningen),
opgaan:
op gōn (Q095p Maastricht),
opxōǝn (Q012p Rekem),
rijs:
rīs (L270p Tegelen),
rijstijd:
rīstīt (Q191p Cadier),
rijzen:
het deeg ręjst (Q003p Genk),
riǝzǝ (Q035p Brunssum),
rēžǝ (L265p Meijel),
rē̜zǝ (Q002p Hasselt),
rīsǝ (L387p Posterholt),
rīzǝ (L269a Hout-Blerick, ...
L377p Maasbracht,
L321p Neeritter,
L318b Tungelroy,
Q117a Waubach),
tweede rijs:
twiǝdjǝ rīs (L292p Heythuysen),
volume krijgen:
voløm krē̜gǝn (Q082p Munsterbilzen),
voorrijs:
vø̄rrīz (L312p Neerpelt),
voorrijzen:
vø̄rrīezǝ (L291p Helden, ...
L270p Tegelen),
zuren:
zø̄rǝ (L372p Maaseik)
|
De informant van P 56 vermeldt dat het deeg, wanneer het voorgerezen is in de trog of machine, op de bakkerstafel wordt overgebracht voor het narijzen. Sommige informanten beschouwen deze fase als een onderdeel van het voorrijzen. Deze tweede rijsbeurt vindt plaats op de bakkerstafel (Q 121e) of bank (Q 19, 198b) of in de rijskast (L 269). [N 29, 24c]
II-1
|
25557 |
het voorrijzen in de trog |
aangaan:
āngǭ (Q036p Nuth),
aankomen:
ākōǝmǝ (Q204p Wittem),
aanrijzen:
ānrīzǝ (L271p Venlo),
aanzet:
ǭnzęt (Q095p Maastricht),
aanzetten:
ānzetǝ (L330p Herten),
ānzętǝ (L291p Helden, ...
Q012p Rekem,
Q020p Sittard),
beslaan:
bǝsløn (K359p Koersel),
bǝslōwn (P176a Melveren),
beslag:
beslag (P176b Bevingen, ...
P176p Sint-Truiden),
eerste rijs:
īrstǝ rejs (Q198b Oost-Maarland),
īrstǝ ris (L317p Bocholt),
īǝrstǝ rīs (L292p Heythuysen),
ene keer laten opgaan:
ēnǝ kęr lǫtǝ ǫpgǫn (Q083p Bilzen),
eventjes laten rusten:
ɛfkǝs lǭtǝ rø̜stǝ (L383p Melick),
gaan:
(het deeg) gęjt (L432p Susteren),
gø̜nǝ (Q015p Stein),
gōn (Q112b Ubachsberg),
gǭ (L265p Meijel),
gǭn (L414p Houthalen, ...
Q028p Jabeek,
L432a Koningsbosch,
L289b Leuken,
L427p Obbicht),
gǭǝ (Q202p Eys, ...
Q197p Noorbeek),
gaan laten:
gǫn Iǫwtǝ (Q035a Rumpen),
gǭ lǭtǝ (Q113p Heerlen),
joa losǝ (Q121p Kerkrade),
gaan te bakken zetten:
gun tǝ bakǝ zetǝ (Q193p Gronsveld),
geren:
gērǝ (Q117a Waubach),
gisten:
gęstǝ (L269a Hout-Blerick, ...
Q095p Maastricht),
laten gaan:
lǭtǝ gǭn (Q021p Geleen),
lǭǝtǝ gūǝn (Q198p Eijsden),
lǭʔǝ gǭn (K314p Kwaadmechelen),
laten opgaan:
lǭtǝ opgǭn (Q019p Beek),
liggen laten:
legǝ lǭǝtǝn (Q095p Maastricht),
opgaan:
opgǫn (Q189p Lanaye),
opgǭn (Q018p Geulle),
ǫpxǫn (P177p Zepperen),
rijpen:
rīpǝ (Q094b Wolder / Oud-Vroenhoven / Wiler),
rijstijd:
rējstējt (K278p Lommel),
rīstīt (Q191p Cadier, ...
Q278p Welkenraedt),
rijzen:
(het deeg) ręjst (Q003p Genk),
riǝzǝ (Q035p Brunssum),
rējǝzǝn (Q082p Munsterbilzen),
rēžǝ (L265p Meijel),
rīsǝ (L387p Posterholt),
rīzǝ (L289b Leuken, ...
L377p Maasbracht,
L321p Neeritter,
L318b Tungelroy,
Q112p Voerendaal),
rusten:
rø̜stǝ (L331p Swalmen),
te bakken zetten:
tǝ bakǝ zɛtǝ (Q033p Oirsbeek, ...
Q030p Schinveld),
trogrijs:
trǫxrīs (L163p Ottersum),
uitrusten:
ūtrøstǝ (Q203p Gulpen),
voordeeg:
vørdejǝx (K278p Lommel),
voorgang:
vȳrjaŋk (Q121p Kerkrade),
voorrijs:
vȳrrēs (Q035p Brunssum, ...
Q121e Kaalheide),
vȳrręjs (L372p Maaseik),
vø̄rręjs (Q097p Ulestraten),
vø̄rrīs (L250p Arcen, ...
L269a Hout-Blerick,
Q099q Rothem,
L270p Tegelen),
vø̄rrīz (L312p Neerpelt),
voorrijzen:
vørręjzǝ (Q180p Mal),
vø̄.rrīzǝ (L290p Panningen),
vø̄rrīzǝ (L269p Blerick, ...
L270p Tegelen),
zuren:
zō.rǝ (L290p Panningen),
zūrǝ (Q117a Waubach)
|
Volgens de informant van P 56 worden de grondstoffen in de trog of de machine gebracht. Eerst de bloem (± 50 kg). De gist (± 1 kg) wordt opgelost in water. Dit mengsel wordt op de bloem gegoten, waarin eerst een soort trechter is gemaakt. Dit alles laat de bakker ongeveer 15 minuten staan. Dit is dan wel het voorrijzen in de trog. [N 29, 24b; N 29, 24a]
II-1
|
19768 |
het vuur aansteken |
aandoen:
āduə (Q121c Bleijerheide, ...
Q121a Chèvremont,
Q121d Haanrade,
Q121e Kaalheide/Onderspekholz,
Q121p Kerkrade,
Q121b Spekholzerheide),
āndō.n (L318d Altweert, ...
L318e Altweerterheide,
L287p Boeket/Heisterstraat,
L289h Boshoven,
L288c Eind,
L289a Hushoven,
L318a Keent,
L288b Laar,
L289b Leuken,
L288p Nederweert,
L288a Ospel,
L289p Weert),
a͂.ndouë.n (Q002p Hasselt),
aanmaken:
ā.nmākə (L424p Meeswijk),
De kachel aonmake
aonmake (Q095p Maastricht),
aanschieten:
aansje:te (L329p Roermond),
aansteken:
a-sjtêke (Q027p Doenrade),
aansjteken (Q097p Ulestraten),
aansjtäeke (Q203p Gulpen),
aanstèke (L297p Belfeld, ...
L377p Maasbracht),
aanstêke (L431p Dieteren, ...
L380p Genooi/Ohé,
L328p Heel,
L379p Laak,
Q196p Mheer,
L288p Nederweert,
L427p Obbicht,
L385p Sint-Odiliënberg),
aasjteke (Q204a Mechelen),
aasjtèke (Q207p Epen),
aasjtêke (Q111p Klimmen),
aastêke (Q022p Munstergeleen, ...
Q098p Schimmert,
Q208p Vijlen),
anstêke (L213p Well),
ao.ë(n)stië.ke (Q001p Zonhoven),
aschtêke (Q029p Bingelrade),
asjtêke (Q021p Geleen, ...
Q032p Schinnen),
asteake (Q118p Schaesberg),
asteken (Q030p Schinveld),
astêke (Q016p Lutterade, ...
Q032a Puth),
ānstēͅkə (L318d Altweert, ...
L318e Altweerterheide,
L287p Boeket/Heisterstraat,
L289h Boshoven,
L288c Eind,
L289a Hushoven,
L318a Keent,
L288b Laar,
L289b Leuken,
L288p Nederweert,
L288a Ospel,
L289p Weert),
ĕnstêke (L164p Gennep),
ánstaeke (L245a Castenray, ...
L211p Leunen,
L209p Merselo,
L216p Oirlo,
L216a Oostrum,
L212a Smakt,
L210p Venray,
L244a Veulen),
ô’nstêkë (Q162p Tongeren),
(Bij opschteuke).
aaschtêke (Q033p Oirsbeek),
Gillie het dat vuurke ángestòkt
ánstaeke (L245a Castenray, ...
L211p Leunen,
L209p Merselo,
L216p Oirlo,
L216a Oostrum,
L212a Smakt,
L210p Venray,
L244a Veulen),
vuur
aanstêke (L327p Beegden),
aanstoken:
aanschteuke (Q105p Heer),
aansjteuke (Q101p Valkenburg),
aansjteuken (Q103p Berg-en-Terblijt),
aansjtoake (L330p Herten (bij Roermond), ...
L296p Steyl,
L331p Swalmen),
aansjtoke (L291p Helden/Everlo, ...
L290p Panningen),
aansjtoken (L387p Posterholt),
aansteuke (Q187p Sint-Pieter),
aansteuken (L430p Einighausen, ...
L382p Montfort),
aanstoake (L323p Buggenum, ...
L381p Echt/Gebroek,
L299p Reuver),
aanstoaken (L300p Beesel, ...
L269p Blerick,
L298p Kessel,
L378p Stevensweert),
aanstoeke (L295p Baarlo),
aanstoke (Q096a Borgharen, ...
L320p Hunsel,
L289p Weert,
L289p Weert),
aanstooke (L321p Neeritter),
aanstoôke (L374p Thorn),
aanstŏeke (L271p Venlo),
aanstöke (L381p Echt/Gebroek, ...
Q104a Limmel),
aastoake (L246p Horst),
anstoake (L216p Oirlo),
anstoaken (L165p Heijen, ...
L213p Well),
anstoke (L211p Leunen, ...
L209p Merselo,
L210p Venray),
anstō̞kə (L215p Blitterswijck, ...
L214a Geysteren,
L217p Meerlo,
L246a Swolgen,
L245b Tienray,
L214p Wanssum),
aschtüke (Q113p Heerlen),
asjteuke (L429p Guttecoven),
astoake (L246a Swolgen),
astoake(n) (Q030p Schinveld),
astoaken (L217p Meerlo),
astöke (L426p Buchten),
āsjteuken (Q020p Sittard),
āštø͂ͅkə (Q035p Brunssum),
oanstōke (L244b Griendtsveen),
(Figuurlijke zin).
āštø͂ͅkə (Q110p Heek),
(Fr. bois).
aanstoiken (L434a Broeksittard),
(In letterlijke zin).
asjtoake (Q110p Heek),
(lamp. kachel)
aastoake (L248p Lottum),
(n weg)
aʔstoake (L215p Blitterswijck),
aanstoker van een twist = oorêpel
anstoake (L191p Afferden),
anzicht D.
anstoake (L215a Wellerlooi),
twiet
aansjtöke (L327p Beegden),
aanvinken:
aanvinken (L325p Horn),
aanvènke (L381p Echt/Gebroek),
de stoof laten vlammen:
də stōf lōͅtə vlɛmə (L318b Tungelroy),
opsteken:
spelling Beverlo wbk.; \": naslag (stomme e)
ùpstêke (K318p Beverlo),
opstoken:
opsjteuken (Q102p Amby),
opsteuke (Q187p Sint-Pieter),
opstöke (L425p Grevenbicht/Papenhoven),
vinken:
ve.ŋkə (L318d Altweert, ...
L318e Altweerterheide,
L287p Boeket/Heisterstraat,
L289h Boshoven,
L288c Eind,
L289a Hushoven,
L318a Keent,
L288b Laar,
L289b Leuken,
L288p Nederweert,
L288a Ospel,
L289p Weert)
|
aan het branden brengen || aandoen, aansteken || aansteken || aansteken (bijv. een stoof) || aansteken, aan \'t branden brengen || aansteken, aanmaken || aanstoken [SGV (1914)] || de kachel flink opstoken, laten vlammen || doen ontsteken/ vlam vatten || ontsteken
III-2-1
|
19415 |
het vuur doven |
afdekken:
aafdaeke (Q113p Heerlen),
aafdekke (Q121b Spekholzerheide),
blussen:
blessen (L368p Neeroeteren),
bleuse (Q179p Zichen-Zussen-Bolder),
bleͅsə (L368p Neeroeteren),
blusse (L269p Blerick, ...
L269b Boekend,
L360p Bree,
L320a Ell,
Q095p Maastricht,
L382p Montfort,
L322a Nunhem,
L387p Posterholt,
L299p Reuver,
Q098p Schimmert,
L331p Swalmen),
blusse(n) (L268p Velden),
blussen (L353p Eksel, ...
L429p Guttecoven,
P219p Jeuk,
L364p Meeuwen,
L321p Neeritter,
P117p Nieuwerkerken,
Q197p Noorbeek,
L371p Ophoven,
L318b Tungelroy,
Q112b Ubachsberg),
blussə (K317p Leopoldsburg, ...
L265p Meijel),
blysə (P188p Hoepertingen),
blèsse (Q086p Eigenbilzen),
blö-sjen (Q096c Neerharen),
blösse (Q193p Gronsveld, ...
Q111p Klimmen,
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht,
Q197p Noorbeek,
Q197a Terlinden),
blössje (Q111p Klimmen),
blöösje (Q196p Mheer),
bløsə (K314p Kwaadmechelen, ...
L422p Lanklaar),
bløsən (L420p Rotem),
bløͅsə (L422p Lanklaar),
blùsje (Q098p Schimmert),
bl‧øsə (L369p Kinrooi),
(franse eu)
blø͂ͅšə (Q247p Sint-Martens-Voeren),
allewieles is `t meis: blusse (vreuger neet)
blusse (L330p Herten (bij Roermond)),
van brand
blusse (L271p Venlo),
de ameren derin laten:
(aomere = as).
de aomere derin laote (Q101p Valkenburg),
de rooster omtrekken:
də ry(3)̄stər omtreͅkə (L372p Maaseik),
dempen:
dempe (Q095p Maastricht),
⁄t vuu.r de.mpe (L331b Boukoul, ...
L331p Swalmen),
⁄t vuur dempe (L384p Herkenbosch),
⁄t vuur démpe (Q112a Heerlerheide),
⁄t vūūr démpe (Q030p Schinveld),
(= doven; temperen).
dempe (L290p Panningen),
¯t vuur dempe
dempe (Q095p Maastricht),
doven:
daawve (Q093p Rosmeer),
daove (Q203p Gulpen),
daoven (Q095p Maastricht, ...
L270p Tegelen),
dauve (Q102p Amby, ...
L381p Echt/Gebroek,
L372p Maaseik,
Q020p Sittard),
dauven (L332p Maasniel),
dāōve (Q098p Schimmert),
dāūve (Q098p Schimmert),
de kachel douve (L434p Limbricht),
de kachel dôêve (L247p Broekhuizen),
de staof dōeve (L266p Sevenum),
doaven (L419p Elen),
doeffe (Q078p Wellen),
doeve (L265p Meijel, ...
L210p Venray),
doeven (P219p Jeuk, ...
P176p Sint-Truiden,
P176p Sint-Truiden),
doeəve (L245b Tienray),
doove (Q113p Heerlen),
dou.ve (L289p Weert),
douve (L269p Blerick, ...
Q096p Bunde,
L381p Echt/Gebroek,
Q017p Elsloo,
L429p Guttecoven,
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht,
L290p Panningen,
L381b Pey,
L299p Reuver,
Q168a Rijkhoven,
L329p Roermond,
Q020p Sittard,
Q020p Sittard,
Q015p Stein,
L331p Swalmen,
L318b Tungelroy,
L318b Tungelroy,
L271p Venlo),
douven (Q016p Lutterade, ...
L289p Weert),
douver (L292p Heythuysen),
doven (L164p Gennep, ...
L364p Meeuwen,
L427p Obbicht,
Q015p Stein),
dōēve (L266p Sevenum),
dōēvə (Q002p Hasselt),
dōēëve (L245b Tienray),
dōuve (L417p As),
dōͅu̯və (Q095p Maastricht),
doͅu̯və (L422p Lanklaar),
duvə (L414p Houthalen),
dūvə (P176p Sint-Truiden),
dūvən (L313p Sint-Huibrechts-Lille),
du‧əvə (K358p Beringen),
dòwve (L417p As, ...
L366p Gruitrode,
L416p Opglabbeek),
dôêvə (L250p Arcen),
dôêweve (L210p Venray),
d‧oͅuvə (L382p Montfort),
et vuur daove (Q095p Maastricht),
gedouft (Q015p Stein),
het veur dauve (L270p Tegelen),
het veur douve (L269p Blerick, ...
L326p Grathem),
het vuur dauve (Q020p Sittard),
ut veur dôêve (L246p Horst),
⁄t fuur douve (Q105p Heer),
⁄t veur douve (L295p Baarlo, ...
L321p Neeritter,
L268p Velden,
L271p Venlo),
⁄t veur dōēve (L246p Horst),
⁄t veur in de kachel (in d⁄n aove) douve (L271p Venlo),
⁄t veu‧r dauve (L268p Velden),
⁄t vuur douve (Q095p Maastricht, ...
L382p Montfort,
L329p Roermond,
Q020p Sittard),
(= doven, doen uitgaan).
dau:ve (L290p Panningen),
(aafdèkken = temperen).
⁄t vuur douven (Q015p Stein),
(bv. van sigaret)
douve (Q095p Maastricht),
van kaars
douve (L271p Venlo),
fluiten gaan:
\"fleute\ (Q121p Kerkrade),
heemwaarts gaan:
⁄t vuur geit hievesj (Q111p Klimmen),
hemelen:
\"himmele\ (Q121p Kerkrade),
het vuur afdekken:
⁄t vuur aafdeeke (Q251p Gemmenich),
kapot laten gaan:
kapot laoten goon (Q104p Wijk),
kolen:
kööle (Q111p Klimmen),
laten gaan:
laote gwŏjn (Q172p Vroenhoven),
laten liggen:
ut vuur laote ligke (Q187p Sint Pieter),
laten smeulen:
laote sjmeule (Q015p Stein),
laten uitbrennen:
oetbrenne loate (Q113p Heerlen),
laten uitdoven:
laote oetdouve (Q101p Valkenburg),
laten uitgaan:
(⁄t vuur) laote oetgoon (Q095p Maastricht),
(⁄t vuur) laote oetgôô (Q032a Puth),
de kachel laote oet gaoê (Q113p Heerlen),
de kachel laote oetgaon (Q020p Sittard, ...
L271p Venlo,
L289p Weert),
de kachel laoten oetgoon (Q096p Bunde),
de kachel ōēt laote gaon (L329p Roermond),
de stoaf loate ōētgoan (L322p Haelen),
de stoof laote oetgaon (L429a Berg-aan-de-Maas, ...
L318p Stramproy),
de stoof laoten oetgaon (Q014p Urmond),
de stoof lötten ôêtgoo⁄n (L353p Eksel),
et fuur laoten ōētgoon (Q096p Bunde),
et vuur laote òet gaon (Q113p Heerlen),
het fernuus laote oetgaon (L269p Blerick),
het fuur laoten ōētgaon (Q020p Sittard),
het fūūe laote oetchōēwe (Q254p Henri-Chapelle),
het veer loaten ûtgoan (L360p Bree),
het vuer in de stoaf loaten oatgaen (L328p Heel),
het vuur (de kachel, de sjtoof) laoten oetgaoë (Q033p Oirsbeek),
het vuur laote oetgao (Q112a Heerlerheide),
het vuur laote oetgaon (Q017p Elsloo),
het vuur laoten oetgaon (Q098p Schimmert),
het vuur laoten oetgoon (Q017p Elsloo),
het vuur lotte oetgówe (Q117b Rimburg),
het vuur lòòte oetgaon (Q020p Sittard),
laote oet gaon (L434p Limbricht),
laote oetgao (Q035p Brunssum),
laote oetgaon (L269p Blerick, ...
L426z Holtum,
L325p Horn,
Q111p Klimmen,
L332p Maasniel,
L288p Nederweert,
Q020p Sittard,
Q101p Valkenburg,
L271p Venlo),
laote oetgoon (Q094b Wolder/Oud-Vroenhoven),
laote oetgàò (Q113p Heerlen),
laote oe‧tgao‧n (L324p Baexem),
laote ōētgaon (Q019a Neerbeek, ...
L290p Panningen),
laote ōētgōēe (Q253p Montzen),
laote uutgaon (L288p Nederweert, ...
L210p Venray),
laoten oetgaon (L387p Posterholt, ...
L268p Velden,
L268p Velden,
L289p Weert),
laoten oetgōēn (Q193p Gronsveld),
laoten oetguon (Q199p Moelingen),
laoten oe‧tgaon (Q015a Meers, ...
Q015p Stein),
laoten ootgaon (L386p Vlodrop),
laoten ōētgaon (Q014p Urmond),
laoten ōētgōēn (Q198b Oost-Maarland),
leuten eutgaon (K358p Beringen),
loate autgoan (Q078p Wellen),
loate oetgaon (Q095p Maastricht),
loaten oe:tgoan (L246p Horst),
loaten oetgoon (Q036p Nuth/Aalbeek, ...
Q101p Valkenburg),
lotte oetgao (Q118p Schaesberg),
lotten autgon (Q083p Bilzen),
loətən outgoən (P058p Stevoort),
luətə oət˃goən (P195p Gutshoven),
løtən au̯t˃goͅn (Q077p Hoeselt),
lətən aatgaon (Q168p \'s-Herenelderen),
sjtoof laote oetgaon (L329p Roermond),
t voor laotə oetgoo (Q113p Heerlen),
ut veur laote oetgaon (L249p Grubbenvorst),
ut vuur laote oe:tgoe:we (Q207p Epen),
ut vuur laote oe:tgôô.n (Q204a Mechelen),
⁄t fuur laote oetgoon (Q099q Rothem),
⁄t veur in de kachel laote ōētgaon (L271p Venlo),
⁄t veur laote oetgaon (L327p Beegden, ...
L288p Nederweert),
⁄t vuu:r loate ôêtgoa (Q039p Hoensbroek),
⁄t vuujer loate oetgoawe (Q203p Gulpen),
⁄t vuur laote oetgaon (Q021p Geleen, ...
Q187p Sint Pieter),
⁄t vuur laote oetgoon (Q100p Houthem),
⁄t vuur laote ōētgao (Q113p Heerlen),
⁄t vuur laote ōētgoon (Q095p Maastricht),
⁄t vuur laote uutgaon (L214p Wanssum),
⁄t vuur laoten oet gaon (Q014p Urmond),
⁄t vuur laoten oetgao (Q111p Klimmen),
⁄t vuur laoten oetgaon (Q187p Sint Pieter),
⁄t vuur lòtte uutgaon (L192p Bergen),
⁄t vuur:r loate oe:tgoa (Q112p Voerendaal),
⁄t vūūr laote ōētgaon (Q111p Klimmen),
⁄t vūūr laoten ōētgao (Q030p Schinveld),
⁄t vūūr lòsse ōēsjoa (Q121p Kerkrade),
⁄t vŭŭr in de sjtoof laoten ŏĕtgaon (L329p Roermond),
ps. boven de a en o (van ...gaon) moeten nog een punten staan; deze combinatieletters kan ik niet maken; omspelling Å en Ø?
et vuur laote oetgaon (Q101p Valkenburg),
omtrekken:
emtrèkken (Q154p Sint-Huibrechts-Hern, ...
Q080p Vliermaal),
eumtrekke (Q156p Borgloon),
eumtrekken (Q168p \'s-Herenelderen),
omtrekke (Q089p Martenslinde),
omtrekken (Q158p Riksingen),
umtrekke (Q004p Gelieren/Bret, ...
Q074p Kortessem,
Q183p Vreren),
ymtreͅkə (P050p Herk-de-Stad),
ømtrekə (Q173p Genoelselderen),
ømtreͅʔən (K278p Lommel),
omzetten:
emzetten (Q154p Sint-Huibrechts-Hern),
op haar klitsen zijn:
(= is aan \'t uitgaan).
de kachel is op hèùr klitse (Q094b Wolder/Oud-Vroenhoven),
smoren:
sjmoore (L291p Helden/Everlo),
uit laten gaan:
(et veur) oet laote gaon (L271p Venlo),
(et veur) ōēt laote gaon (L269b Boekend),
(⁄t vuur) oe:t laote gao:n (L382p Montfort),
de kachel oet laote gaon (L329p Roermond, ...
L270p Tegelen),
de kachel ōēt loate gaon (L297p Belfeld),
de kachel ŏĕt löate gaa (Q204a Mechelen),
de kachel uut laote gaon (L214a Geysteren, ...
L216p Oirlo,
L210p Venray),
de kachel uut laoten gaon (L211p Leunen),
de sjtao‧f oe.t lao:te gao‧ne (L433p Nieuwstadt),
de sjtoof oet laote gaon (L330p Herten (bij Roermond), ...
L299p Reuver,
L270p Tegelen),
de staof oet laote gaon (L374p Thorn),
de stoe.f uut laote gaon (L289p Weert),
de stoo:f oet laote gaon (L381p Echt/Gebroek),
de stoof ōēt laote gaon (L373p Roosteren),
der kachel oes lossen goa (Q121p Kerkrade),
doe höbs ⁄t vuur oet laote gaon (Q020p Sittard),
et veu.r ōē.t lao.te gao.n (L292p Heythuysen),
et veur oet lao:te gaon (L292a Makset),
et vūūr oet joe loote (Q255p Kelmis),
et vūūr ōēt laote gōēn (Q198p Eijsden),
het veur (in de staof) oet laoten gaon (L292p Heythuysen),
het veur oet laote gaon (L271p Venlo),
het veur oe‧t laote gaon (L270p Tegelen),
het vuur oet laoten gaon (Q020p Sittard),
het vuur ōē.t lotte goa (Q117a Waubach),
hèt veur inne stoof oet laote gaon (L288p Nederweert),
kachel oet laote goon (Q095p Maastricht),
laote ōēt goon (Q099p Meerssen),
oe.t laote gao.n (L331b Boukoul, ...
L331p Swalmen),
oet laote gaon (L289h Boshoven, ...
Q017p Elsloo,
Q021p Geleen,
Q095p Maastricht,
Q020p Sittard,
Q020p Sittard,
L331p Swalmen,
L331p Swalmen,
L270p Tegelen,
L375p Wessem),
oet laote goon (Q096p Bunde, ...
Q187p Sint-Pieter),
oet laoten gaon (L290a Egchel),
oet laoten goon (Q095p Maastricht, ...
Q187p Sint-Pieter),
oet loate gaon (L425p Grevenbicht/Papenhoven),
oet loate goa (Q112p Voerendaal),
oet loate goan (L326p Grathem, ...
Q112a Heerlerheide),
oet loate goo (Q118p Schaesberg),
oēt laote gaon (L269b Boekend),
oe‧t lao:te gôôn (Q095p Maastricht),
oêt laote gaon (L271p Venlo),
oët laote gaon (L269p Blerick),
ōēt laote gaon (L266p Sevenum, ...
L266p Sevenum),
ŏĕt laote gaon (L293p Roggel),
stoof oet laote gaon (L321p Neeritter),
ut laoten gaon (L215p Blitterswijck),
ut veur (in de kachel) oe‧t laote gaon (L246p Horst),
ut veur uut laote gaon (L289p Weert),
utj laote gao (L265p Meijel),
uut lao:te gao:n (L247p Broekhuizen),
uut laote gaon (L210p Venray, ...
L210p Venray),
ôêt laote gaon (L290p Panningen),
öt vūū.r ōē.t lao:⁄te gao.n (L376p Linne),
⁄t oes losse jao (Q211p Bocholtz),
⁄t veur (of de stoof) oet laote gaon (L318b Tungelroy),
⁄t veur oet laote gaon (L324p Baexem, ...
L267p Maasbree,
L293p Roggel,
L266p Sevenum,
L271p Venlo),
⁄t veur ōēt laote gaon (L270p Tegelen),
⁄t veur uut laote gaon (L247p Broekhuizen),
⁄t veu‧r oe‧t laote gaon (L291p Helden/Everlo),
⁄t vuur oet laote gaon (L329p Roermond),
⁄t vuur utj laote gao (L265p Meijel),
⁄t vuur uut laote gaon (L209p Merselo),
(niks doen).
üt laote gaon! (L216p Oirlo),
Note v.d. invuller: geen aparte uitdrukking; men kent wel het bovengenoemde.
oet laote gao:n (L288p Nederweert),
uitblazen:
ūt˂blōͅzə (Q012p Rekem),
uitdoen:
aaitdoen (P219p Jeuk),
aatdoen (P218p Borlo, ...
P176p Sint-Truiden),
ao-itdun (P120p Alken),
aotdoen (Q090p Mopertingen, ...
Q168a Rijkhoven),
attun (K353p Tessenderlo),
autdoen (Q072p Beverst, ...
Q003p Genk,
Q077p Hoeselt),
autdōēn (L355p Peer),
autdun (Q177p Millen, ...
Q162p Tongeren),
autdūn (Q180p Mal),
auwetdoen (Q072p Beverst),
auətdøn (P050p Herk-de-Stad),
āt˂dun (P176p Sint-Truiden),
de sjtaof ōētdōēe (Q253p Montzen),
et veur (inne sjtaof) oetdoon (L325p Horn),
etdoen (K318p Beverlo, ...
K314p Kwaadmechelen),
oatdoen (L352p Hechtel),
oatdon (Q080p Vliermaal),
oatdun (Q167p Koninksem),
oeetdooen (L415p Opoeteren),
oetdaon (Q101p Valkenburg),
oetdāun (L356p Grote-Brogel),
oetdoe.n (L312p Neerpelt),
oetdoen (L282p Achel, ...
Q188p Kanne,
L315p Kleine-Brogel,
L422p Lanklaar,
L312p Neerpelt),
oetdoon (L316p Kaulille, ...
L370p Kessenich,
L371p Ophoven,
Q012p Rekem,
L420p Rotem),
oetdōon (L360p Bree, ...
L368p Neeroeteren),
ootdoen (Q089p Martenslinde),
ou-wedoen (P121p Ulbeek),
ouetdun (P179p Aalst-bij-St.-Truiden),
out-toen (P050p Herk-de-Stad),
outdoen (Q083p Bilzen, ...
Q071p Diepenbeek,
Q004p Gelieren/Bret,
P057p Kuringen,
P119p Sint-Lambrechts-Herk),
outdoēn (P055p Kermt),
outdōēn (L355p Peer),
outdun (Q083p Bilzen, ...
Q158p Riksingen),
ouətdoen (P058p Stevoort),
oètdoon (L426p Buchten),
oëtdoen (P197p Heers),
oëtdoon (L368p Neeroeteren),
ōdun (Q156p Borgloon),
ōtdū (Q093p Rosmeer),
ōt˂dūn (Q089p Martenslinde),
ōͅt˂dou̯n (P051p Lummen),
ōͅt˂dūn (Q071p Diepenbeek, ...
Q074p Kortessem),
oͅu̯t˃gōͅn (L352p Hechtel),
oͅu̯əduu̯ə (Q001p Zonhoven),
oͅu̯ətduu̯ən (P188p Hoepertingen),
oͅu̯ətduən (Q001p Zonhoven),
oͅu̯ətdūən (P192p Voort),
oͅətdūn (Q074p Kortessem),
t veur oe:tdoo‧n (L287p Boeket/Heisterstraat),
uitdoen (K318p Beverlo, ...
P048p Halen,
K359p Koersel,
P046p Linkhout,
K278p Lommel,
Q082p Munsterbilzen,
K357p Paal,
K353p Tessenderlo),
uitdoeən (P054p Spalbeek),
uitdoon (L366p Gruitrode, ...
L420p Rotem),
uitdoven (L313p Sint-Huibrechts-Lille),
uitdowen (K359p Koersel),
uitdōon (L416p Opglabbeek),
uitdūn (P118p Kozen),
utjdōē (L265p Meijel),
ut˂dōn (L419p Elen),
ut˂dū.n (L424p Meeswijk),
uutdōon (L364p Meeuwen, ...
L418p Niel-bij-As),
uutdo͂e͂n (L191p Afferden),
uutdu-en (Q005p Zutendaal),
uutduuê (Q094p Hees),
ūtdūn (Q088p Lanaken),
ūt˂dōn (L319p Molenbeersel, ...
Q012p Rekem),
ūt˂du (Q179p Zichen-Zussen-Bolder),
ūt˂dūn (L286p Hamont, ...
L422p Lanklaar,
Q009p Mechelen-aan-de-Maas,
Q010p Opgrimbie,
L314p Overpelt,
L423p Stokkem,
Q172p Vroenhoven),
ūt˂d‧on (L367p Neerglabbeek),
ūūjtdoon (L416p Opglabbeek),
ūət˂dōn (L416p Opglabbeek),
vuur awtdoen (Q077p Hoeselt),
vūūr ŏĕĕtdoon (Q012p Rekem),
yt˂dūn (L164p Gennep, ...
L165p Heijen,
L163a Milsbeek,
L163p Ottersum,
L163b Ven-Zelderheide),
óutdoon (L417p As, ...
L416p Opglabbeek),
ówtdoon (L366p Gruitrode),
ôtdoen (Q086p Eigenbilzen),
øi̯t˂dōn (L372p Maaseik),
ø͂ͅt˂dun (Q002p Hasselt),
ø͂ͅu̯t˂dūn (L355p Peer),
øͅt˂dūn (K315p Oostham),
⁄t vuur oet doon (Q032a Puth),
⁄t vuur oetdoon (Q032a Puth),
⁄t vūūr oet daoë (Q248p Remersdaal),
Ge mòt de lámp ientieds uutdo‰n
uutdoēn (L245a Castenray, ...
L211p Leunen,
L209p Merselo,
L216p Oirlo,
L216a Oostrum,
L212a Smakt,
L210p Venray,
L244a Veulen),
¯n La.mp óó.ëtd؉.ën: een lamp uitdoen ¯t VËË.ër óó.ëtd؉.ën: het vuur uitdoen ¯n Segrèt óó.ëtd؉.ën: een sigaret uitdoen
óó.ët(d)ōē.ë(n) (Q001p Zonhoven),
uitdompen:
outdoempe (Q083p Bilzen),
uitdoven:
(et veu.r) ōē.tdou.ve (L292p Heythuysen),
āttūvə (P176p Sint-Truiden),
dauft oet (L377p Maasbracht),
et veur oetdaove (L271p Venlo),
laot ⁄t vuur mer oetdauve (L330p Herten (bij Roermond)),
laot ⁄t vuur mer oetdouve (L330p Herten (bij Roermond)),
oetdouve (Q095p Maastricht),
oetdôôffe (Q020p Sittard),
oeëtdouve (L330p Herten (bij Roermond)),
ōētdòòvə (Q112a Heerlerheide),
utjdôevə (L265p Meijel),
uət˃duvə (L414p Houthalen),
ūt˂dūvən (L314p Overpelt),
yətdūəvə (P117p Nieuwerkerken),
óó.ët(d)ōēve (Q001p Zonhoven),
ø͂ͅe.tdōēve (Q002p Hasselt),
⁄t veur oètdouve (L271p Venlo),
Hët vürkë laimërt: a\'ni wat tròp góit zal het gau autdòuvë
autdòuvë (Q162p Tongeren),
uitgaan:
de kagel ès oet gegange (Q094b Wolder/Oud-Vroenhoven),
et vuur geit oet (Q101p Valkenburg),
geit oet (L377p Maasbracht),
laot de haard mér oetchao.n (L332p Maasniel),
laot de kachel maar oetgaon (L269p Blerick),
laot de sjtoof maar ōēt gaon (L270p Tegelen),
oesgao (Q121p Kerkrade),
oetgaon (L329p Roermond),
oetgoon (Q099p Meerssen, ...
Q101p Valkenburg),
ōētgao (Q039p Hoensbroek),
ōētgaoe (Q039p Hoensbroek),
ōētgoo (Q196p Mheer),
⁄t vuur geit oet (Q111p Klimmen),
uitgooien:
oetgooien (L317p Bocholt),
uitkolen:
oetkööle (Q111p Klimmen),
uitlessen:
oetleusche (Q278p Welkenraedt),
uitluiden:
uutlöje (L164p Gennep),
ytlø͂ͅi̯ə (L164p Gennep, ...
L165p Heijen,
L163a Milsbeek,
L163p Ottersum,
L163b Ven-Zelderheide),
uitmaken:
de kachel oetmake (Q014p Urmond),
et veur ōētmake (L269b Boekend),
et vêûr (in de stoef) ôêtmaake (L290p Panningen),
het vuur oe.tmaake (Q117a Waubach),
het vuur oetmake (Q033p Oirsbeek, ...
Q117b Rimburg),
hîê héét ⁄t vuur oetgemaak (Q032a Puth),
oetmake (Q113p Heerlen, ...
Q118p Schaesberg,
Q118p Schaesberg,
L318b Tungelroy,
L289p Weert),
oetmaken (L292p Heythuysen),
oetmāke (Q278p Welkenraedt),
oeëtmake (L330p Herten (bij Roermond)),
oēt make (L269b Boekend),
oètmake (L426p Buchten),
ōē-tmake (Q117a Waubach),
ōētmake (Q197p Noorbeek, ...
Q197a Terlinden),
ut vuur oetmake (Q187p Sint Pieter),
uutmaake (L191p Afferden),
uûtmake (L216p Oirlo),
ūtmākə (Q278p Welkenraedt),
ŭŭtmake (L217p Meerlo),
ùtmaake (Q259p Lontzen),
⁄t vuujer oetma:ke (Q203p Gulpen),
⁄t vuur aotmake (Q187p Sint Pieter),
⁄t vuur oetmaake (Q095p Maastricht),
⁄t vuur oetmake (L382p Montfort),
⁄t vuur uutmake (L209p Merselo),
(kachel).
⁄t vuur in de sjtouf oetmake (Q020p Sittard),
(zelf doen).
ütmake (L216p Oirlo),
oe lang
oetmaken (L386p Vlodrop),
ps. boven de a (van make) moet nog een punt staan; deze combinatieletter kan ik niet maken; omspelling Å?
et vuur oet make (Q101p Valkenburg),
uitragelen:
oetroachələ (L362p Opitter),
ōētrochelen (L424p Meeswijk),
uitrakelen:
uitrakele (L370p Kessenich),
uitrammelen:
uitrammele (P054p Spalbeek),
versmoren:
versmaoren (Q196p Mheer)
|
(uit)doven || de kachel dooven [ZND 31 (1939)] || dempen || doven || doven, laten uitgaan, gezegd van vuur in de kachel [N 07 (1961)] || Het branden doen eindigen (blussen, doven) [N 79 (1979)] || uitblazen, doven, v.e. lamp || uitdoven
III-2-1
|
23801 |
het vuur wijden op paaszaterdag |
inzegening van het vuur:
ienzaegening van t vuur (L216p Oirlo),
nieuw vuur:
noeuw veur (L371p Ophoven),
noew veur (L371a Geistingen),
now vuur (L353p Eksel),
nūue vuur (Q098p Schimmert),
paasvuur:
paosjvuur (L383p Melick),
paosveur (L295p Baarlo),
paosvuur (L376p Linne),
paasvuur wijden:
paosveurwieje (L320a Ell),
paaszaterdag:
poaszoaterdaag (L414p Houthalen),
paaszaterdagwijding:
paoszaoterdich wiejing (L300p Beesel),
vuur slaan:
vuur sjloa (Q117p Nieuwenhagen),
vuur wijden:
et veur wi-jje (L289p Weert),
t vuur wieje (L245b Tienray),
t vuur wije (L192a Siebengewald),
veurwieje (L267p Maasbree),
vier wije (Q086p Eigenbilzen),
vuur gewiëd (Q202p Eys),
korte u
vurwije (P219p Jeuk),
vuurketsen:
vuurketse (L381p Echt/Gebroek),
vuurwijdens:
veerwieës (L415p Opoeteren),
vuurweies (L312p Neerpelt),
vuurwijding:
veurwieing (L320c Haler),
veurwiejing (L328p Heel, ...
L318b Tungelroy),
vuurwi-jjing (Q009p Mechelen-aan-de-Maas),
vuurwie-ing (L429p Guttecoven),
vuurwieijng (L382p Montfort),
vuurwiejing (L387p Posterholt, ...
Q247p Sint-Martens-Voeren,
Q101p Valkenburg),
vuurwijing (Q071p Diepenbeek),
vuurzegening:
vy(3)̄rzɛ̄noŋ (Q253p Montzen),
wijden van het vuur:
wieje van et veur (L295p Baarlo),
wiejje van et veur (L270p Tegelen),
wijding:
wijing (L355p Peer),
wijding van het licht:
weijing van et leech (L423p Stokkem),
wijding van het paasvuur:
wiejing van t paosveur (L374p Thorn),
wijding van het vuur:
de wijjing vaan `t vuur (Q095p Maastricht),
weiing van `t vuur (Q117a Waubach),
wēͅjeŋ van ət vy(3)̄r (L265p Meijel),
wieing van `t vuur (Q099p Meerssen),
wiejing van et vuur (Q032p Schinnen),
wijing vaan ut vuur (Q095p Maastricht),
Wijjing van het vuur (Q095p Maastricht),
wèjing vaan ət vuur (Q095p Maastricht),
zengeling van het vuur:
zengeling van t veur (L289p Weert)
|
Het gebruik om op Paaszaterdag het vuur te wijden. [N 96C (1989)]
III-3-3
|