24433 |
watertor |
regendier:
reëndeer (Q121p Kerkrade),
tonnetje:
hydrophilus piceus, pekzwart dus
tunke (Q020p Sittard),
tor:
tor (L282p Achel, ...
L271p Venlo),
waterkever:
water-kaever (L377p Maasbracht),
waterkaever (L331p Swalmen),
waterkaêver (L381p Echt/Gebroek),
waterkeever (L369p Kinrooi),
waterkeiver (L269b Boekend),
waterkever (L289p Weert),
wāterkaever (L320a Ell),
watertor:
watertor (L267p Maasbree, ...
Q098p Schimmert),
wattertor (L353p Eksel, ...
L353p Eksel),
woattertor (L353p Eksel),
wáttertor (L353p Eksel),
watertorretje:
watertörke (Q027p Doenrade),
zwaab:
sjwaop (Q208p Vijlen),
zwart beest:
zwárte biest (K361p Zolder)
|
watertor || watertor: Hoe noemt u de grote zwarte tor die ónder het wateroppervlak leeft? [N100 (1997)]
III-4-2
|
27695 |
watertoren |
watertoor:
wasǝrtūr (Q121c Bleijerheide
[(Domaniale)]
, ... [Maurits]
Q121p Kerkrade
[(Domaniale)]
[Domaniale]),
wasǝrtūǝr (Q121c Bleijerheide
[(Domaniale)]
, ... [Domaniale]
Q121p Kerkrade
[(Wilhelmina)]
[Domaniale]),
wā.tǝrtu.ǝr (Q202p Eys
[(Oranje-Nassau I / III / IV)]
[Wilhelmina]),
watertoren:
wasǝrtuǝrǝn (Q121a Chevremont
[(Julia)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]),
wasǝrtūrǝ (Q121b Spekholzerheide
[(Willem-Sophia)]
[Julia]),
watertoren (Q003p Genk
[(Winterslag / Waterschei)]
[Maurits]),
watǝrtorǝ (L265p Meijel
[(Emma / Maurits)]
[Maurits]),
wã.tǝrtō.rǝ (K361p Zolder
[(Zolder)]
[Emma]),
wātǝrtoarǝ (L426p Buchten
[(Maurits)]
, ... [Maurits]
Q016p Lutterade
[(Maurits)]
, [Zwartberg, Waterschei]
L374p Thorn
[(Maurits)]
[Maurits]),
wātǝrtø̄rǝ (L422p Lanklaar
[(Eisden)]
[Willem-Sophia]),
wātǝrtōrǝ (Q111p Klimmen
[(Oranje-Nassau I)]
, ... [Emma, Maurits]
L433p Nieuwstadt
[(Maurits)]
, [Maurits]
Q015p Stein
[(Maurits)]
[Oranje-Nassau I]),
wātǝrtūrǝ (L417p As
[(Zwartberg / Waterschei)]
, ... [Emma, Hendrik, Wilhelmina]
Q035p Brunssum
[(Emma / Hendrik / Wilhelmina)]
, [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]
Q113p Heerlen
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Zolder]),
wātǝrtūǝrǝ (Q113p Heerlen
[(Emma)]
, ... [Oranje-Nassau II, Emma, Hendrik]
Q117p Nieuwenhagen
[(Oranje-Nassau II / Emma / Hendrik)]
, [Laura, Julia]
Q033p Oirsbeek
[(Emma)]
, [Emma]
Q117a Waubach
[(Laura / Julia)]
[Eisden]),
wātǝrtǭrǝ (Q021p Geleen
[(Maurits)]
, ... [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]
Q111p Klimmen
[(Oranje-Nassau I / III / IV)]
[Maurits])
|
[N 95, 20]
II-5
|
30731 |
watervast |
niet afgeven:
net˱ āfjęǝvǝ (Q121p Kerkrade),
tegen de regen kunnen:
tē̜gǝ dǝr rē̜gǝ kenǝ (Q203p Gulpen),
tegen het water bestand:
tegǝn ǝt wętǝr bǝstant (P219p Jeuk),
waterbestendig:
wātǝrbǝštɛnex (L328p Heel),
watervast:
watǝrvāst (L265p Meijel),
wātǝrvas (L426p Buchten, ...
Q113p Heerlen,
L330p Herten,
Q111p Klimmen,
L267p Maasbree,
Q032p Schinnen,
Q117a Waubach),
wǭtǝrvāst (L163p Ottersum),
weervast:
wē̜rvas (Q111p Klimmen),
wīǝrvast (Q071p Diepenbeek)
|
Gezegd van verf die tegen langdurige inwerking van water bestand is. [N 67, 75b]
II-9
|
30613 |
waterverf |
latex:
latɛks (P219p Jeuk),
waterverf:
wasǝr[verf] (Q121p Kerkrade),
watǝr[verf] (L265p Meijel),
wātǝr[verf] (L426p Buchten, ...
Q203p Gulpen,
L328p Heel,
Q113p Heerlen,
L330p Herten,
Q111p Klimmen,
L267p Maasbree,
Q095p Maastricht,
Q032p Schinnen,
Q117a Waubach),
wętǝr[verf] (Q071p Diepenbeek),
wǭtǝr[verf] (L414p Houthalen, ...
L163p Ottersum,
K353p Tessenderlo)
|
Verf, die door middel van water in vloeibare toestand wordt gebracht, waardoor zij uitstrijkbaar wordt. 'Latex' is een fabrieksverf met als bindmiddel latex. De verf is met water verdunbaar. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel '-(verf)' het lemma 'Verf'. [N 67, 23a; monogr.]
II-9
|
30591 |
waterverfbindmiddelen |
caseïne:
caseïne (L265p Meijel),
kasejɛn (L330p Herten),
kasǝīn (Q203p Gulpen),
kaziǝnǝ (Q032p Schinnen),
kazīǝn (Q113p Heerlen),
kašɛn (Q111p Klimmen),
kašɛnǝ (L330p Herten),
donker bier:
doŋkǝr bēr (Q111p Klimmen),
ei:
ęj (Q111p Klimmen),
essig:
ɛsex (Q111p Klimmen),
glaswater:
glaswǭtǝr (K353p Tessenderlo),
houtlijm:
hōtlīǝm (Q113p Heerlen),
knokenlijm:
knǭkǝlīǝm (Q113p Heerlen),
plaatlijm:
plātlīǝm (Q113p Heerlen),
poederlijm:
pujǝrlīǝm (Q113p Heerlen),
silicaat:
selekǭt (K353p Tessenderlo),
selǝkǫat (Q113p Heerlen),
silikāt (L426p Buchten, ...
Q203p Gulpen,
Q032p Schinnen,
Q117a Waubach),
silǝkāt (L163p Ottersum),
veegvaste celluloselijm:
vē̜x˲vastǝ sɛlylōsǝliǝm (L267p Maasbree),
waterglas:
wātǝrglās (Q111p Klimmen)
|
In dit lemma zijn de benamingen voor een aantal bindmiddelen voor waterverf bijeengeplaatst. Caseïne is een eiwitachtig bestanddeel van melk. Waterglas is een natrium- of kaliumsilicaat of een mengsel daarvan. [N 67, 14]
II-9
|
32704 |
watervoor |
beddevoor:
będǝ[voor] (L321p Neeritter),
gracht:
gráxt (K359p Koersel, ...
K357p Paal),
grep:
grɛp (L387p Posterholt),
grip:
grep (L163a Milsbeek, ...
L163p Ottersum),
holvoor:
hol[voor] (K314p Kwaadmechelen),
hōl[voor] (L318b Tungelroy),
loop:
lø̜i̯p (L322p Haelen),
ribbenvoor:
røbǝ[voor] (L321p Neeritter),
rugvoor:
rø̜k˲[voor] (L321p Neeritter),
spitvoord:
spet˲[voord] (L312p Neerpelt),
stortvoor:
stǫrt˲[voor] (L248p Lottum),
stortvoren maken:
stǫrt˲vōrǝ mãkǝ (L248p Lottum),
trekvoor:
tręk˲[voor] (L115p Mook),
vloedsgraaf:
vlōts˲grãf (Q097p Ulestraten),
voor:
[voor] (L292a Maxet, ...
Q117a Waubach),
waterloop:
wātǝrlō.p (Q117a Waubach),
waterscholk:
wãtǝršǫlǝk (Q009p Maasmechelen),
wātǝršǫu̯k (Q009p Maasmechelen),
watervoor:
wa.sǝr[voor] (Q116p Simpelveld),
wai̯tǝr[voor] (P048p Halen, ...
P107a Rummen),
wasǝr[voor] (Q211p Bocholtz),
watervoor (L320a Ell, ...
L332p Maasniel,
Q117p Nieuwenhagen,
P222p Opheers),
watǝr[voor] (Q002p Hasselt),
wãtǝr[voor] (Q002p Hasselt),
wātǝr[voor] (L192b Aijen, ...
L244c America,
L295p Baarlo,
L324p Baexem,
L322p Haelen,
L292p Heythuysen,
L426z Holtum,
L246p Horst,
Q111p Klimmen,
L248p Lottum,
Q204a Mechelen,
L209p Merselo,
L368p Neeroeteren,
Q033p Oirsbeek,
L416p Opglabbeek,
Q099q Rothem,
Q098p Schimmert,
Q187p Sint Pieter,
L331p Swalmen,
L270p Tegelen,
L318b Tungelroy,
Q097p Ulestraten,
Q014p Urmond,
L268p Velden,
Q112p Voerendaal,
Q094b Wolder / Oud-Vroenhoven / Wiler),
woǝtǝr[voor] (L282p Achel),
wátǝr[voor] (P115p Duras, ...
P176p Sint-Truiden),
wó̜tǝr[voor] (Q072p Beverst),
wǫi̯tǝr[voor] (Q162p Tongeren),
wǫu̯ǝtǝr[voor] (K278p Lommel),
wǫǝtǝr[voor] (L314p Overpelt),
wǭǝtǝr[voor] (L286p Hamont),
wǭtǝr[voor] (L163a Milsbeek, ...
L115p Mook,
L163p Ottersum,
K353p Tessenderlo),
wǭʔǝr[voor] (K353p Tessenderlo),
wɛtǝr[voor] (P187p Berlingen, ...
Q002c Bokrijk,
Q156p Borgloon,
P219p Jeuk,
P118p Kozen,
P177a Ordingen,
P107a Rummen,
P058p Stevoort,
Q079a Wintershoven,
P177p Zepperen),
watervoord:
wātǝr[voord] (L289a Hushoven, ...
L288p Nederweert),
watervoren:
wãtǝrvōrǝ (L248p Lottum),
watervoren maken:
wãtǝrvōrǝ mãkǝ (L248p Lottum),
waterzouw:
wętǝrzǫu̯ (Q071p Diepenbeek),
welgracht:
węlgrãx (Q078p Wellen),
zoe/zouw:
zuf (K278p Lommel),
zǫu̯ (P120p Alken, ...
Q094b Wolder / Oud-Vroenhoven / Wiler)
|
Een watervoor is een meestal wat diepere voor die men vóór de winter over de akker trekt, om overtollig water te laten afvloeien. Een watervoor kan dwars op de normale ploegvoren liggen, in het midden van de akker (bij uiteenploegen), tussen de delen van een in panden geploegde akker of ook wel om de (reeds ingezaaide) akker heen. In het algemeen brengt men watervoren aan op laaggelegen of natte gronden, akkers met een laagte erin of op een hellende akker om te voorkomen dat de grond wordt uitgespoeld. De benamingen kunnen ook gebruikt worden voor de middenvoor (omdat deze vaak als watervoor fungeert), verder voor de brede of grove voren van een akker die "op de wintervoor" is gelegd om hem te laten uitvriezen of voor ondiepe waterlopen, greppels en geulen in het algemeen. [N 11, 59b; N 11A, 137k; N 11A, 137i add.; div.]
I-1
|
18123 |
waterzucht |
dikke benen:
dikke bieën, vuut (bv.) (L352p Hechtel),
dikke benen/voeten:
dikke bieën (L353p Eksel),
dikke voeten:
dikke bieën, vuut (bv.) (L352p Hechtel),
dikke vüt (L353p Eksel),
oedeem (gr.):
oedeem (Q034p Merkelbeek),
oedieëm (L369p Kinrooi),
opgezwollen zijn:
opgezwolle ziên (L353p Eksel),
te veel water hebben:
te vèèl water höbbe (L360p Bree),
vocht:
voch (Q018p Geulle),
vocht (P219p Jeuk, ...
K278p Lommel,
L265p Meijel,
L289p Weert),
op de longen, aan het hart
vocht (L368p Neeroeteren),
water:
`t water (L245b Tienray),
`t water höbbe (Q197p Noorbeek, ...
Q197a Terlinden),
het water (L428p Born, ...
Q027p Doenrade,
L381p Echt/Gebroek,
L366p Gruitrode,
Q203p Gulpen,
P219p Jeuk,
L382p Montfort,
L371p Ophoven,
Q015p Stein,
L432p Susteren,
L374p Thorn),
het water höbbe (L322a Nunhem),
hət waatər höbbə (L329a Kapel-in-t-Zand),
hət waotər (K317p Leopoldsburg),
hət wàitər (P047p Loksbergen),
op t water hebbe (L266p Sevenum),
op t water hèbbe (L266p Sevenum),
t waater (Q021p Geleen),
t waater höbbe (Q020p Sittard),
t wasser han (Q121p Kerkrade),
t water (Q102p Amby, ...
Q111p Klimmen,
Q112c Kunrade,
L267p Maasbree,
Q095p Maastricht,
Q033p Oirsbeek,
L331p Swalmen),
t water hebbe (L210p Venray),
t water hubbe (Q203p Gulpen),
t water hêbbe (Q098p Schimmert),
t water höbbe (L330p Herten (bij Roermond), ...
Q095p Maastricht,
Q094b Wolder/Oud-Vroenhoven),
t watər (Q108p Wijnandsrade),
t wāter (L417p As),
t woatter (Q077p Hoeselt),
t wááter (Q033p Oirsbeek),
t wäoter (Q193p Gronsveld),
ut water (L271p Venlo),
vol wátter zitten (L353p Eksel),
waatur (Q035p Brunssum),
waatər (L425p Grevenbicht/Papenhoven, ...
L328p Heel,
L382p Montfort),
waoter (Q188p Kanne, ...
Q171p Vlijtingen),
wasser (Q222p Vaals),
water (P120p Alken, ...
Q198p Eijsden,
L320a Ell,
Q120p Heerlerbaan/Kaumer,
L422p Lanklaar,
L372p Maaseik,
L372p Maaseik,
L372p Maaseik,
Q196p Mheer,
L368p Neeroeteren,
L371p Ophoven,
Q012p Rekem,
L318b Tungelroy,
L318b Tungelroy,
L289p Weert),
water höbbe (L360p Bree),
water in de aojers (Q095p Maastricht),
watər (L329a Kapel-in-t-Zand, ...
Q098p Schimmert),
wetter (P188p Hoepertingen, ...
P219p Jeuk),
woater (Q086p Eigenbilzen),
woatter (Q077p Hoeselt),
wotter (Q083p Bilzen),
wáátər (Q207p Epen),
öt wāātör höbbö (L378p Stevensweert),
ət waatər hubbə (Q095p Maastricht),
ət wattər (L265p Meijel),
ət wāātər (Q117p Nieuwenhagen),
ət wáátər (Q113p Heerlen),
’t water (K278p Lommel),
(komt bij legkippen veel voor)
het water (L265p Meijel),
- in de bee, de errem...
wassər (Q116p Simpelveld),
longoedeem
wátter oppe longen (L353p Eksel),
waterblaas:
waterblaas (Q240p Lauw),
waterzucht:
waaterzucht (L317p Bocholt, ...
L294p Neer),
wasserzoech (Q117a Waubach),
water zug (L269p Blerick),
waterzuch (L269b Boekend, ...
L329p Roermond,
Q187p Sint-Pieter,
L271p Venlo,
L386p Vlodrop),
waterzuch (?) (L299p Reuver),
waterzucht (L269p Blerick, ...
L321a Ittervoort,
L298a Kesseleik,
L369p Kinrooi,
L332p Maasniel,
L355p Peer),
waterzug (L387p Posterholt),
waterzöch (Q095p Maastricht),
watərzùch (Q014p Urmond),
waôterzucht (P176p Sint-Truiden),
wā.tərzø.ch (Q202p Eys, ...
Q203b Ingber),
wāātərzog (Q117p Nieuwenhagen),
wātərzoxt (Q253p Montzen),
woaterzucht (Q086p Eigenbilzen, ...
L414p Houthalen,
K317a Kerkhoven),
wáátərzuch (L432p Susteren),
Niet typisch
waterzuch (Q011p Boorsem),
zucht:
de zŭcht (Q098p Schimmert),
zoeg (Q095p Maastricht),
zuch (L299p Reuver, ...
L329p Roermond,
L271p Venlo),
zucht (L369p Kinrooi, ...
L289p Weert),
zugt (L265p Meijel)
|
Waterzucht: ziekelijke ophoping van vocht in het onderhuidse weefsel en in de lichaamsholten (zuch(t), het water, waterzuch(t), vocht). [N 107 (2001)] || Waterzucht: ziekelijke ophoping van vocht in het onderhuidse weefsel en in de lichaamsholten (zucht, het water). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
21675 |
wbd: afzeggen |
aan niks doen:
Algemene opmerking: invuller twijfelt over het spellingssysteem (Veldeke). Aangezien de lijst normaal (dus in gewoon Nederlands) is ingevuld, heb ik de lijst letterlijk overgenomen, dus niet(s) omgespeld!
de koop aon nieks doen (Q198p Eijsden),
aan niks zijn:
der koup is aan nieks (Q111p Klimmen),
afbreken:
de koup aafbraeke (L270p Tegelen),
ps. invuller heeft geen spellingssyteem genoteerd, dus letterlijk overgenomen (niet(s) omgespeld!).
d’r keup aafbrèè.ke (Q117a Waubach),
afhandelen:
aofhandelen (Q104p Wijk),
afzeggen:
aofzeggen (Q104p Wijk),
de koop aofzègge (Q094b Wolder/Oud-Vroenhoven),
de koup aafzégge (L434p Limbricht),
ps. omgespeld volgens Frings.
afzeͅgə (K278p Lommel),
āfseͅgə (L423p Stokkem),
koͅu̯p ōͅfsājə (Q156p Borgloon),
afzien:
iech seen de van aof (Q187a Heugem),
ps. letterlijk overgenomen (dus niet(s) omgespeld!).
aafzīēn (Q204a Mechelen),
breken:
ps. omgespeld volgens Frings.
də koͅp breͅkə (L355p Peer),
door de nek trekken:
ps. omgespeld volgens Frings.
dor də neͅk treͅkən (L286p Hamont),
effen maken:
effe make (L331p Swalmen),
intrekken:
Opm. de eerste e als bij Fr. woord père.
intrekke (L289b Leuken),
nagedaan maken:
nagedoa maken (Q039p Hoensbroek),
niet doorgaan:
kōēp gīēt nit daor (L266p Sevenum),
ps. deels omgespeld volgens Frings.
de koop [gēͅi̯t nēt dūr (L368b Waterloos),
ps. omgespeld volgens Frings. Het -tekentje heb ik letterlijk overgenomen.
də ⁄kuəp get ni dor (L312p Neerpelt),
niet geldig maken:
d’r koop neet geldig make (Q113p Heerlen),
niet ontvangen:
ps. omgespeld volgens Frings.
nēət ontfaŋə (Q012p Rekem),
niks geven:
’t geef niks (Q020p Sittard),
niks maken:
ps. omgespeld volgens Frings.
dər kōͅbəneks mākə (Q209p Teuven),
nivelleren (<fr.):
nieveleere (L289p Weert),
ongedaan maken:
de kaup ongedaon make (L322a Nunhem),
de koop ongedaon make (L159a Middelaar),
de koup ongedaon make (L292p Heythuysen, ...
Q098p Schimmert),
de koup ungedoan make (L432p Susteren),
de koup óngedaon make (L329p Roermond),
d’r koop ongedoa make (Q113p Heerlen),
eine koup ongedaon make (L269p Blerick),
kōēp ongedaan maake (L266p Sevenum),
ongedaon make (L295p Baarlo, ...
L428p Born,
L377p Maasbracht,
L299p Reuver,
L329p Roermond),
ôngedaon maake (L270p Tegelen),
ôngedaon maken (L295p Baarlo, ...
L216p Oirlo),
ps. letterlijk overgenomen.
ongedòò.n maake (L290p Panningen),
ps. omgespeld volgens Frings.
ou̯ngədōͅn (L369p Kinrooi),
ongeldig (bn.):
ps. omgespeld volgens Frings.
ongeͅldix (Q162p Tongeren),
ongeldig maken:
ps. omgespeld volgens IPA.
ungeͅlʔeg māəkə (L420p Rotem),
ontbinden:
intbuije (L329p Roermond),
ontdoen:
de koop ontdoen (L326p Grathem),
de koup ontdoen (Q095p Maastricht),
de koup ontdoon (L318b Tungelroy),
Algemene opmerking: invuller noteert als spellingssysteem Veldeke, maar met een vraagteken erachter; de lijst is gewoon in het "Nederlands"ingevuld en heb het daarom maar letterlijk overgenomen (dus niet omgespeld!).
ontdoon (Q097p Ulestraten),
ps. letterlijk overgenomen (dus niet omgespeld!).
de koop ontdōēan (Q028p Jabeek),
ps. letterlijk overgenomen (dus niet(s) omgespeld!).
de kāūp ōntdōōn (Q098p Schimmert),
ps. omgespeld volgens Frings.
on don (L372p Maaseik),
ondōn (L372p Maaseik),
onverkocht (bn.):
ps. omgespeld volgens Frings.
oͅnvərkoͅi̯x (Q071p Diepenbeek),
opzeggen:
de koup opzègke (L270p Tegelen),
ps. omgespeld volgens Frings.
oͅpzeͅgə (Q003a Oud-Waterschei),
roffen:
ps. omgespeld volgens Frings.
rufə (P044p Zelem),
rouwkoop (zn.):
ps. omgespeld volgens Frings. Het -tekentje heb ik letterlijk overgenomen.
r⁄oͅu̯kōͅu̯p (L422p Lanklaar),
tenietdoen:
de koup te neet doon (L327p Beegden, ...
L318b Tungelroy),
te neet doon (L270p Tegelen),
te niet dôên (L353p Eksel),
teneet doon (L289p Weert),
ps. invuller heeft hierbij geen fonetische notering gegeven.
te niet doen (P048p Halen),
ps. niet omgespeld!
te niet doen (P107a Rummen),
ps. omgespeld volgens Frings.
də kōp tənit dūən (Q004p Gelieren/Bret),
də kōu̯p tə nit du̯on (Q079a Wintershoven),
də kōͅu̯p tənēt dōn (L317p Bocholt),
kōp tə nīt dy (Q179p Zichen-Zussen-Bolder),
kōͅup te nēt dun (Q009p Mechelen-aan-de-Maas),
tə nejt duŋ (Q156p Borgloon),
tə nēt dōn (L422p Lanklaar),
tə neͅjt duən (Q002p Hasselt),
tə nit dun (P174p Velm),
tə nīt dūn (Q077p Hoeselt),
tə nītuən (Q002p Hasselt),
tənit dun (Q078p Wellen),
tənit dūən (Q071p Diepenbeek),
tənitun (P048p Halen),
tənīt dyn (P222p Opheers),
tənīt tun (P176p Sint-Truiden),
tə⁄nīt ⁄ty(3)̄n (K361a Boekt/Heikant),
ps. omgespeld volgens IPA.
tə nidu(ə)n (L314p Overpelt),
terugtrekken:
teruuk getroch (L386p Vlodrop),
zich truuk trekke (Q039p Hoensbroek),
ps. omgespeld volgens Frings.
zex trøͅktrɛkə (L420p Rotem),
tot niks doen:
tot niks doon (L318b Tungelroy),
uit de kan springen:
ps. omgespeld volgens Frings.
øt də ka͂n spreŋə (K278p Lommel),
van niet zijn:
ps. omgespeld volgens Frings.
dēͅ kø͂ͅi̯p wās van ēt (L416p Opglabbeek),
van niks maken:
de koup van niks make (L292p Heythuysen),
ps. omgespeld volgens Frings.
də kōͅu̯p vaneks makə (L371p Ophoven),
van niks zijn:
de kaup is van niks (L426z Holtum),
de koup is van niks (Q018p Geulle),
van niks (L381p Echt/Gebroek, ...
L321p Neeritter),
ps. deels omgespeld volgens Frings.
de koop is [van neks (L368b Waterloos),
ps. omgespeld volgens Frings. Onder de a (van "van") staat nog een rondje; dit heb ik niet meegenomen in de omspelling. Misschien bedoelt invuller een "a met een rondje erboven"(en dus omgespeld: a)?
də kōͅu̯p is van neks (L317p Bocholt),
vanaf maken:
vanaafmaake (Q032a Puth),
Algemene opmerking: invuller noteert als spellingssyteem Veldeke, maar het is gewoon in het Nederlands genoteerd en heb het daarom letterlijk overgenomen (dus niets omgespeld!).
zich van d’r koop aafmake (Q113a Welten),
vanaf zijn:
der van aaf-zieë (Q033p Oirsbeek),
vanniksen:
ps. omgespeld volgens Frings.
vaneksēn (L372p Maaseik),
verbreken:
de kaup verbreke (L425p Grevenbicht/Papenhoven),
de koop verbrieeke (Q198a Mesch),
ps. omgespeld volgens Frings.
vərbrōͅu̯kə (P107a Rummen),
vernielen:
de koup vernele (L320a Ell),
vernietigen:
verneetige (L369p Kinrooi),
vernietigen (K361p Zolder),
Algemene opmerking: invuller noteert als spellingssysteem Veldeke, maar met een vraagteken erachter; de lijst is gewoon in het "Nederlands"ingevuld en heb het daarom maar letterlijk overgenomen (dus niet omgespeld!).
vernetige (Q097p Ulestraten),
ps. omgespeld volgens Frings.
də kōp vərnitəgən (K278p Lommel),
də kup vərnītegə (P055p Kermt),
køͅi̯jp vərnētegə (L360p Bree),
vərnitegə (Q002p Hasselt, ...
P051p Lummen,
P213p Niel-bij-St.-Truiden),
vərnitəgə (P050p Herk-de-Stad, ...
Q093p Rosmeer),
voor niks verklaren:
de koup veur nieks verklaore (L332p Maasniel),
zijn woord door zijn nek trekken:
ps. omgespeld volgens Frings.
zīn wēͅrt dy(3)̄r zīnə neͅk treͅkə (L416p Opglabbeek)
|
ongedaan, De koop ~ maken [de koop ontdoen?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
21683 |
wbd: in trek |
aangehoogd:
priese zeen aangehocht (L292p Heythuysen),
beur hebben:
ps. omgespeld volgens Frings.
də eͅjər hømə bøər (Q156p Borgloon),
zə həbə bø͂ͅr (Q156p Borgloon),
bij prijs:
bie pries (L321p Neeritter),
billig (du.):
ps. omgespeld volgens Frings.
belex (L423p Stokkem),
de eieren zijn op:
de eier zin op (Q098p Schimmert),
de markt is hoog:
de mert is hoëg (L270p Tegelen),
dik betaald:
ps. omgespeld volgens Frings. Het -tekentje aan het eind heb ik geïnterpreteerd als een "glottishslag".
dek bətāltʔ (L368b Waterloos),
dikke markt:
ps. omgespeld volgens Frings.
dekə meͅrk (P054p Spalbeek),
duur verkocht:
ps. omgespeld volgens Frings.
dīr vərkōu̯x (Q078p Wellen),
duur verkopen:
ps. omgespeld volgens Frings.
dir vərkūpə (P107a Rummen),
duur zijn:
de bagge zien deur (L270p Tegelen),
de eier zeen deur (L322a Nunhem),
de eier zien deur (L270p Tegelen),
det is deur (L294p Neer),
deur (L289b Leuken),
duur (L329p Roermond),
duur zeen (L429p Guttecoven),
duur zin (Q033p Oirsbeek),
ps. invuller twijfelt over dit antwoord!
duur? (Q121c Bleijerheide),
ps. letterlijk overgenomen (dus niet(s) omgespeld!).
zīēn deur (Q198b Oost-Maarland),
ps. omgespeld volgens Frings.
d"r (L317p Bocholt),
dy(3)̄r (Q077p Hoeselt),
zēn d"r (L369p Kinrooi),
ps. omgespeld volgens IPA.
dy(3)̄r (L314p Overpelt),
də ēͅi̯jər zēͅən d"ər (L420p Rotem),
een goede maand hebben:
ps. omgespeld volgens Frings.
də būər het ən guj mōnt xəhat (Q004p Gelieren/Bret),
een goede prijs doen:
de eier doen enne goeie pries (L216p Oirlo),
ze doon eine gooië pries (L332p Maasniel),
een goede prijs gaan:
ps. omgespeld volgens Frings.
gujə prēͅs gōən (P213p Niel-bij-St.-Truiden),
ps. omgespeld volgens IPA.
ənə gui̯ə prēͅs gon (P186p Gelinden, ...
P197p Heers),
een goede prijs krijgen:
ich kreeg eine gooie pries! (L377p Maasbracht),
een goede prijs maken:
gooje prīēs make (L269p Blerick),
een goede prijs opbrengen:
ps. omgespeld volgens Frings.
nə gujə pris oͅpbreͅŋə (L316p Kaulille),
een goede prijs uitdoen:
ze hebbe ene gooie pries oetgedoan (L432p Susteren),
een schone prijs opbrengen:
det bringt eine sjôône pries op (L294p Neer),
fel trekken:
ps. omgespeld volgens Frings. Boven de "@"(omgespeld: @) staat nog een ~; deze combinatieletter is niet te maken/om te spellen en heb alleen de "@"omgespeld.
hət trekt feͅ~l (P055p Kermt),
gaan:
de eier gaon wel dees waek (L216p Oirlo),
gekoop:
ps. omgespeld volgens IPA.
gukuəp (L314p Overpelt),
geld kosten:
ze koste geld (L270p Tegelen),
geld opbrengen:
de eier bringe gèld op (Q094b Wolder/Oud-Vroenhoven),
get opbrengen:
ze bringe get op (L369p Kinrooi),
gewild zijn:
get waat gewild is (Q020p Sittard),
gewildj (L289p Weert),
gewillig zijn:
die waar is gewillig (Q113p Heerlen),
gezocht worden:
die waar wäed gezoch (Q113p Heerlen),
goed aan prijs komen:
ps. omgespeld volgens Frings.
gōdōͅnprīskomə (Q096d Smeermaas),
goed betaald krijgen:
veer kriegen het good betaold (Q104p Wijk),
goed betaald worden:
de eier wéére deze mòòndj good betaald (L329p Roermond),
goed bij prijs zijn:
ps. omgespeld volgens Frings.
gōt bi pris (L371p Ophoven),
goed gaan:
de eier goan good deze moandsj (L360p Bree),
der maert geit good (Q111p Klimmen),
goan goed (L353p Eksel),
goan good (L318b Tungelroy),
good gao(n) (Q032a Puth),
goot gaon (L327p Beegden),
goòn good (Q193p Gronsveld),
junt jot (Q121p Kerkrade),
ze gaon good (L295p Baarlo, ...
L289b Leuken,
L270p Tegelen,
L268p Velden,
L289p Weert),
ze gon goe (L265p Meijel),
ze gunt good (Q204a Mechelen),
Opm. bijv. de bagge (= biggen) gaon good vandaag.
good gaon (L299p Reuver),
ps. omgespeld volgens Frings.
dər handəl va ... gēͅt xōt (Q209p Teuven),
gōət goͅən (L360p Bree),
goͅən goͅwd (Q079a Wintershoven),
gut goi̯n (Q071p Diepenbeek),
gut gōͅn (Q078p Wellen),
gut gøͅn (L355p Peer),
gūtxwø (Q179p Zichen-Zussen-Bolder),
sə gon gut (P174p Velm),
ze goͅən gut (P055p Kermt),
zə gaon gōt (Q009p Mechelen-aan-de-Maas),
zə gonə gūt (P222p Opheers),
zə gōͅn guət (Q002p Hasselt),
zə gwə gyt (Q093p Rosmeer),
zə gøͅn gut (Q071p Diepenbeek),
goed geld opbrengen:
de eier bringe gôt geltôp (Q119p Eygelshoven),
goed gelden:
ps. omgespeld volgens Frings.
zə geͅlə gut (P044p Zelem),
goed get opbrengen:
brink goud get op (Q020p Sittard),
goed in de markt liggen:
dèè liktj good inne mèrtj (L322p Haelen),
ligge good inne mert (L330p Herten (bij Roermond)),
goed in de markt zijn:
good in de mèrt (Q098p Schimmert),
goed in prijs zijn:
goot in pries (L426z Holtum),
goed kosten:
ps. omgespeld volgens Frings.
got koͅstə (L372p Maaseik),
gōt koͅstə (L372p Maaseik),
goed liggen:
ze lieje gaod (Q204a Mechelen),
ze ligge goed (L159a Middelaar),
goed meegaan:
het geet dae good mit (Q033p Oirsbeek),
goed opbrengen:
goot opbringe (Q117a Waubach),
goot opbrèngə (L426z Holtum),
Algemene opmerking: invuller twijfelt over het spellingssysteem (Veldeke). Aangezien de lijst normaal (dus in gewoon Nederlands) is ingevuld, heb ik de lijst letterlijk overgenomen, dus niet(s) omgespeld!
ze brenge goed op (Q198p Eijsden),
Opm. bijv. "de appel hubbe goot opgebrach"(= goed opgebracht).
goot opgebrach hubbe (L425p Grevenbicht/Papenhoven),
ps. omgespeld volgens Frings.
zə brengə gōt oͅp (L422p Lanklaar),
zə breͅŋə gūət oͅp (Q002p Hasselt),
goed staan:
de .... sjtònt good (Q039p Hoensbroek),
steet goot (Q039p Hoensbroek),
ps. omgespeld volgens Frings.
gud stōͅm (K278p Lommel),
goed trekken:
ps. omgespeld volgens Frings. Boven de \\ staat nog een ?; deze combinatieletter is niet te maken/om te spellen.
zə trə⁄kə gōt (L317p Bocholt),
goed uitdoen:
doon goud oet (L434p Limbricht),
goed zijn:
good (L289p Weert),
ze zien good (L266p Sevenum),
ps. letterlijk overgenomen (dus niet omgespeld!).
de eur sint gōōd deze maonjd (Q028p Jabeek),
goede markt:
ps. omgespeld volgens Frings. Het -tekentje heb ik letterlijk overgenomen.
⁄t əs ən guj ⁄mēͅrt gəwest (L312p Neerpelt),
gouden markt:
enne gooh máát (Q204a Mechelen),
hoog staan:
hoag sjtaon (L426z Holtum),
hoagsjtoan (L429p Guttecoven),
staon hoîg (Q098p Schimmert),
ze sjtoan hoeag (L427p Obbicht),
ps. omgespeld volgens Frings.
hux (P050p Herk-de-Stad),
hux stōn (Q096c Neerharen),
hux stoͅn (P176p Sint-Truiden),
hūəx stōͅən (Q012p Rekem),
in trek zijn:
die waar is in trek (Q113p Heerlen),
opbrengen:
ps. omgespeld volgens Frings.
brēͅŋə n oͅp (Q002p Hasselt),
ps. omgespeld volgens IPA.
breͅŋtxutoͅp (L282p Achel),
opgaan:
ps. omgespeld volgens Frings.
opgəgaŋə (L416p Opglabbeek),
prijs houden:
ps. omgespeld volgens Frings.
pris hawə (L368b Waterloos),
prijshoudend:
prieshoajend (L320a Ell),
prijshoudend (L326p Grathem),
prijzig zijn:
alles is priezig vandaag (Q020p Sittard),
de eier zeen priezig (Q020p Sittard),
preisig (Q104p Wijk),
priesig (L381p Echt/Gebroek),
priezig (Q113p Heerlen, ...
L434p Limbricht,
L373p Roosteren,
Q020p Sittard),
staan:
ps. invuller heeft hierbij geen fonetische notering gegeven.
staan (P050p Herk-de-Stad),
sterk navraag naar:
dao is sjterk naovraog nao (Q020p Sittard),
stevig:
sjtēvig (L331p Swalmen),
stijf:
priese zeen schtīēf (L292p Heythuysen),
vast:
ps. omgespeld volgens Frings.
də meͅrt es vast (L420p Rotem),
vas (Q178p Val-Meer),
vaste markt:
vaste mert (Q100p Houthem),
ps. omgespeld volgens Frings.
vastə mēͅrt (Q162p Tongeren),
vaste prijs:
Algemene opmerking: invuller noteert als spellingssyteem Veldeke, maar het is gewoon in het Nederlands genoteerd en heb het daarom letterlijk overgenomen (dus niets omgespeld!).
vaste pries (Q113a Welten),
veel gelden:
ps. omgespeld volgens Frings.
gelə vøl (K278p Lommel),
veel opbrengen:
vèùl opbringe (Q117a Waubach),
ps. omgespeld volgens Frings.
v"l ubreŋə (P048p Halen),
veel uitdoen:
veul oet doon (Q101p Valkenburg),
verdienstelijk (bn.):
verdeenstelijk (Q039p Hoensbroek),
vlot:
flot (L290p Panningen),
vlot gaan:
vlot gaon (L299p Reuver),
ze gaen flot (L332p Maasniel),
wat opbrengen:
ps. omgespeld volgens Frings.
wa oͅpbreͅŋə (L355p Peer),
willig zijn:
willig (L290p Panningen, ...
Q098p Schimmert,
L318b Tungelroy,
L289p Weert),
willig zeen (L428p Born, ...
L330p Herten (bij Roermond)),
willug (Q198a Mesch),
ze zien willig (L163a Milsbeek, ...
L163p Ottersum),
Algemene opmerking: invuller noteert als spellingssysteem Veldeke, maar met een vraagteken erachter; de lijst is gewoon in het "Nederlands"ingevuld en heb het daarom maar letterlijk overgenomen (dus niet omgespeld!).
willig (Q097p Ulestraten)
|
Goed in de markt liggend, een goede prijs opbrengend [willig, b.v. de eieren zijn willig deze maand?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
21662 |
wbd: katten |
afvangen:
ps. omgespeld volgens Frings.
ōͅfaŋə (Q078p Wellen),
bedotten:
ps. omgespeld volgens Frings.
bə⁄doͅtə (K361a Boekt/Heikant),
bedriegen:
ps. omgespeld volgens Frings.
bədrēgə (L422p Lanklaar, ...
L422p Lanklaar),
bədrigə (P107a Rummen),
hēͅ hēͅt həm bədrōgə (L422p Lanklaar),
blijven zitten:
ps. omgespeld volgens Frings.
hēͅ blif tə meͅt zitə (Q077p Hoeselt),
foppen:
ps. omgespeld volgens Frings.
fopə (K361p Zolder),
i eͅtəm gəfup (Q002p Hasselt),
halcoti (wa.):
ps. omgespeld volgens Frings.
halkəti (Q071p Diepenbeek),
ən hālkəti (Q079a Wintershoven),
jodenstreken hebben:
ps. omgespeld volgens Frings.
hēͅ hēͅt jydəstriək (L416p Opglabbeek),
katten:
katte (L289p Weert),
katten (L326p Grathem),
ps. letterlijk overgenomen (dus niet(s) omgespeld!).
gekat (Q098p Schimmert),
kloten:
gekloet (Q095p Maastricht),
ps. omgespeld volgens Frings.
ēͅ ēt ym gəklōu̯ətʔ (L369p Kinrooi),
hēͅhēͅfmixəklut (L372p Maaseik),
heͅ heͅft mix gəklut (L372p Maaseik),
laten:
ps. omgespeld volgens Frings.
ex heͅp hət əm gəlōtə (Q004p Gelieren/Bret),
laten brommen:
laote(m) bròmme (L270p Tegelen),
laten houden:
ps. omgespeld volgens IPA.
heͅm lōͅtən hāwə (L314p Overpelt),
laten staan:
ps. letterlijk overgenomen (dus niet(s) omgespeld!).
laote sjtōē.we (Q204a Mechelen),
laten stikken:
hae haet öm laote sjtikke mét ziene rómmel (L290a Egchel),
laote stikke (L266p Sevenum),
loate stikke (L289p Weert),
stieke laoten (Q101p Valkenburg),
zitte laote (Q119p Eygelshoven),
ps. omgespeld volgens Frings.
tər lōͅtə bēͅ stikə (Q002p Hasselt),
əm lōətə stəkə bə zən wau̯r (P174p Velm),
laten stoven:
ps. omgespeld volgens Frings.
luu̯ətə st"və (P054p Spalbeek),
laten zitten:
dermit laote zitte (Q111p Klimmen),
d⁄r mit laote zitte! (L216p Oirlo),
hae haet hem laote zitte dermit (Q033p Oirsbeek),
hae haet tum mit zien waar loate zitte (Q020p Sittard),
hae leet ⁄m zitte (L434p Limbricht),
hae luit um zitte (L269p Blerick),
hae luut um met de stukke zitte (L295p Baarlo),
hai hait mig der mit laote zitte (L332p Maasniel),
he hèt ⁄m loate zitte mit z⁄n waar (L432p Susteren),
heer heet mich de mèt op de maog laote zitte (Q104p Wijk),
hem laoten zitten mit zien waar (L373p Roosteren),
hē heet hum laote zitte (L321p Neeritter),
häe hat mich d’r mit loate zitte (Q113p Heerlen),
laote hem zitte de mit (Q098p Schimmert),
laote zitte (L292p Heythuysen, ...
Q204a Mechelen,
L266p Sevenum,
L331p Swalmen,
L270p Tegelen,
Q094b Wolder/Oud-Vroenhoven),
laote zitten (Q014p Urmond),
laotə zittə d⁄r mit (L426z Holtum),
leutjt t⁄r mich mit zitte (L330p Herten (bij Roermond)),
loate zitte (L289p Weert),
loate zitte de mit (L429p Guttecoven),
lŏte zitte (L265p Meijel),
lét em zitte der mit (Q204a Mechelen),
mit de waar lotte zitte (Q117a Waubach),
mit laote zitte (L159a Middelaar, ...
L163a Milsbeek,
L163p Ottersum),
mèt loate zitte (L318b Tungelroy),
op der stump loate zitte (Q039p Hoensbroek),
ŏm der mit laote zitte (L322a Nunhem),
sjoen loate ziette (Q198a Mesch),
zitte (Q187a Heugem),
’m (mit der kroam) loate zitte (Q039p Hoensbroek),
Algemene opmerking: invuller noteert als spellingssyteem Veldeke, maar het is gewoon in het Nederlands genoteerd en heb het daarom letterlijk overgenomen (dus niets omgespeld!).
laote zitte (Q113a Welten),
’m laote zitte (Q111p Klimmen),
ps. letterlijk overgenomen (dus niet omgespeld!).
’m uit de wāār lāōte zitte (Q028p Jabeek),
ps. omgespeld volgens Frings.
dix laotə zitə meͅt dər wār (Q009p Mechelen-aan-de-Maas),
də kūpər lōͅtə zetə (Q002p Hasselt),
hēͅm loͅətə zeͅtə (L360p Bree),
həm loͅtə zitə (Q179p Zichen-Zussen-Bolder),
lōtə zetə (Q156p Borgloon),
lōətə zetə (P213p Niel-bij-St.-Truiden),
lōͅtə zetə (Q002p Hasselt),
loͅtə zitə (Q003a Oud-Waterschei),
luətə zeͅtə (P051p Lummen),
luətə zitə (P222p Opheers),
løͅtə zetə (L355p Peer),
mɛt (d)ə būl lōͅtə zetə (L420p Rotem),
tər bēͅi̯ə lōətə zetə (P055p Kermt),
tər lōͅtə bēͅ zeͅtə (Q002p Hasselt),
tər meͅt lōͅtə zetə (L371p Ophoven),
əm lōͅtə zetə (L423p Stokkem),
əm loͅətə zetə (Q093p Rosmeer),
ps. omgespeld volgens Frings. Boven de "a met een rondje erboven"(omgespeld: a) staat nog een ~; deze combinatieletter is niet te maken/om te spellen en heb alleen de "a met een rondje erboven"omgespeld.
la~tə zetə (L317p Bocholt),
ps. omgespeld volgens Frings. Het -tekentje vóór "\\r"heb ik letterlijk overgenomen.
hēͅ lēt⁄ ər həm meͅt zetə (L368b Waterloos),
ps. omgespeld volgens IPA.
təmetløtəzitə (Q162p Tongeren),
tər meͅt la͂tə zetə (L420p Rotem),
laten zweten:
leutjt t⁄r mich mit zjweite (L330p Herten (bij Roermond)),
met een natte handdoek afdrogen:
ps. omgespeld volgens Frings. Boven de "#"moet nog een ~ staan; deze combinatieletter is niet te maken/om te spellen en heb alleen de "#"omgespeld.
hī heͅt əm oͅ~fgədrøͅi̯gt meͅt eͅnə noͅai̯tə handuk (Q156p Borgloon),
naaien:
geneijd (Q095p Maastricht),
niet komen:
ich höb hem neet mieë gezieë, hae is neet mir kŏĕmme (Q033p Oirsbeek),
niet komen opdagen:
neet komme opdaage (L327p Beegden),
op een stomp zetten:
ps. omgespeld volgens Frings.
oͅp ənə stōmp zeͅtə (Q096c Neerharen),
op het varken zetten:
ps. omgespeld volgens Frings.
uptfeͅrəkə gəzeͅt (P044p Zelem),
op stompen trekken:
ps. omgespeld volgens Frings.
up stumpə treͅkə (P048p Halen),
roffen:
ps. omgespeld volgens Frings.
gəruft (P050p Herk-de-Stad),
zən wot gəruft (P050p Herk-de-Stad),
rouwkoop:
vgl. Maastricht Wb. (pag. 357): rouwkoop, rouwkoop, a) A.N. rouwkoop; -b) in de zegsw. - kriege berouw krijgen over een onvoordelige koop.
rouwkoup (Q095p Maastricht),
rouwkoop (zn.):
ps. letterlijk overgenomen.
rau.wkau.p (L290p Panningen),
rouwkoop krijgen:
rouwkoup kriege (L427p Obbicht),
uit de koord springen:
vgl. Lommel Wl. (pag. 159): koor(d), [kouër] (v.), koord.
øͅtə koͅu̯ər spreŋən (K278p Lommel),
verneuken:
eemes vernûûke (Q032a Puth),
hae haet ’m vernaök (Q020p Sittard),
Algemene opmerking: invuller twijfelt over het spellingssysteem (Veldeke). Aangezien de lijst normaal (dus in gewoon Nederlands) is ingevuld, heb ik de lijst letterlijk overgenomen, dus niet(s) omgespeld!
vernuuëke (Q198p Eijsden),
ps. omgespeld volgens Frings.
ēͅ ēt ym vərnø͂ͅkt (L369p Kinrooi),
heͅ heͅft mix vərnykt (L372p Maaseik),
ps. omgespeld volgens Frings. Boven de y staat nog een dakje (^ deze combinatieletter is niet te maken/om te spellen en heb alleen de y omgespeld.
hēͅhēͅfmixvərny^k (L372p Maaseik),
woordbreuk (zn.):
ps. omgespeld volgens Frings.
wōdbr"k (P048p Halen),
woorden intrekken:
ps. omgespeld volgens Frings.
wurdə en trəkə (L317p Bocholt),
zijn gat in de haag steken:
ps. invuller heeft hierbij ajjeen een fonetische notering gegeven van de woorden: gat [g‹\\t] en haag [‹\\x].
zijn gat in de haag steken (P176p Sint-Truiden),
zijn kat sturen:
ps. omgespeld volgens Frings. Onder de a (van "kat") staat nog een rondje; dit heb ik niet meegenomen in de omspelling. Misschien bedoelt invuller een "a met een rondje erboven"(en dus omgespeld: a)?
zi(ə)n kat støͅrə (L317p Bocholt),
zijn woord in de nek trekken:
ps. omgespeld volgens Frings.
heͅi̯ treͅkt zeͅ womərt in də neͅk (K278p Lommel)
|
katten: Wat zegt men wanneer de koper de verkoper met zijn waar laat zitten, niet afhaalt wat hij gekocht heeft [katten? hij heeft gekat?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|